7 merken dat de ene gemeente het instrument gebruikt voor het meten van veelhoeken en hoofdmeetlijnen, terwijl de andere ge meente het instrument voor detailmeting en vlaktewaterpassing gebruikt. Uit het voorgaande blijkt, dat diverse ge meenten bij het kiezen van het voor de metingen benodigde instrumentarium niet altijd de meest gewenste oplossing vinden. Daarom zal nu getracht worden globaal aan te geven voor welke metingen de bij gemeen ten gewoonlijk gebruikte instrumenten het meest geschikt zijn. Voor deze classificatie werd gebruik gemaakt van door de fabrieken verstrekte gegevens. De theodolieten kan men als volgt indelen: a. Theodolieten, geschikt voor metingen die direct aansluiten bij het net van de Rijks driehoeksmeting: Kern DKM 2, Watts Microptic Theodolite nr. 2, Wild T2, Zeiss 010. b. Theodolieten waarmede men delen van een meetkundige grondslag goed kan be palen: Kern DK 1, Kern DK 2, Watts nr. 1, Wild Tl, Zeiss Theo 120. c. Theodolieten voor eenvoudig werk: Watts B50, Wild TO. Voor de waterpasinstrumenten kan men eveneens een globale indeling opstellen: a. Instrumenten, geschikt voor nauwkeurig heidswaterpassingen: Kern NK3, Wild N3, Zeiss Koni 007, Zeiss Ni 004 en Zeiss Ni 2 (bij gebruik van planparallelle plaat) b. Instrumenten, die geschikt zijn voor wa terpassingen t.b.v. civieltechnische doel einden: Kern NK1, W41d N10, Watts Quickset level, Zeiss Koni 025, Zeiss Ni 2 (zonder planplaat). c. Tot op zekere hoogte geschikt voor nauwkeurigheids- en vlaktewaterpassin gen zijn de Kern NK2 en de Wild N2. d. Instrumenten, alleen geschikt voor zeer eenvoudig werk: Kern GK0 en Kern GK1 Als optische afstandmeters worden hier ge noemd: a. de diagramtachymeter (Fennel, Kern, Wild, Zeiss-Jena); b. de dradenafstandmeter (DKRV en KI RA van Kern, Salmoiraghi) c. de dubbelbeeldafstandmeter; d. de 2 meter-basisbaak, welke hulpappara- tuur kan worden gebruikt indien men over een theodoliet met een nauwkeurige afleesinrichting van de rand (bijv. een Wild T2 of Tlbeschikt. Ook deze ba- ken worden door verschillende firma's geleverd: Zeiss-Oberkochen, Zeiss-Jena, Wild, Watts, Kern): e. de basisafstandmeter (BRT 006 van Zeiss-Jena, Teletop). De onder a, b en e genoemde instrumenten zijn geschikt voor metingen die geen grote nauwkeurigheid vragen. De hier gegeven indeling is globaal en mag daarom zeker niet alleen bepalend zijn bij het kiezen van instrumenten. 4.2 De reken- en kaarteerinstrumenten Wat de uitwerkingsinstrumenten betreft is het volgende op te merken: Vier gemeenten bezitten waarschijnlijk in plaats van het ruitennetsjabloon een tekenmachine; twee andere bezitten geen speciale apparatuur om het ruitennet voor een kaartering goed op het papier te krij gen. Voor het kaarteren beschikken zeven ge meenten over een orthogonaal-coördinato- graaf, terwijl een gemeente, die bij de detailmeting optische afstandmeting toe past, een poolcoördinatograaf bezit. Acht gemeenten beschikken over een re kenmachine. Merkwaardig is dat bij acht andere gemeenten men wel volgens de opgave althans voor snelliuspunten en veelhoeken de nodige metingen verricht met behulp van de daarvoor nodige instru menten, echter voor de uitwerking daarvan niet beschikt over een rekenmachine. De overige drie gemeenten meten volgens de verkregen gegevens geen snelliuspunten of veelhoeken. Het is niet uitgesloten dat een aantal diensten zijn puntennetten laat kaarteren m.b.v. coör- dinatografen van andere diensten (bijv. de kadastrale dienst). Voor de volgende soort van werkzaam heden bij de uitwerking van de metingen het bepalen van oppervlakten kan worden vermeld dat zeventien gemeenten een planimeter bezitten. Eén gemeente be zit zowel een pool- als een schijfpoolplani- meter, zes bezitten alleen een poolplani- meter, zes een schijfpoolplanimeter en drie een compensatiepoolplanimeter. Daar van deze apparaten niet bekend is bij welke kaartschalen zij worden gebruikt, kan hier de geschiktheid van de instrumenten voor hun gebruiksdoel niet worden getoetst. Gezien de geconstateerde en in diverse ge vallen voorkomende te losse verbanden in het pakket uitwerkingsinstrumenten, is het wen-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1966 | | pagina 7