In memoriam C. H. KOOP KADASTRALE INFORMATIES 186 Door een noodlottig ongeval op zater dag 4 juni 1966 te Middelburg heeft het leven van de hr. C. H. Koop een plotseling einde gevonden. Hij bracht met zijn ge zin zijn vakantie door in Zeeland. Op een autotocht tussen Goes en Middel burg is op onverklaarbare wijze zijn auto van de dijk geraakt. Zijn vrouw, zijn dochter en haar vriendin zijn vrij ernstig gewond naar het ziekenhuis in Middelburg gebracht. Voor hen is goede hoop op genezing. Dit plotseling gebeuren heeft bij ons allen tijd nodig gehad om als werkelijk heid te worden onderkend; men wist niet anders of hij zou maandag weer in gebouw Flevo verschijnen. De heer Koop bereikte de leeftijd van 56 jaar. Hij was op 1 april 1958 bij de Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders als technisch hoofdambtenaar bij het landmeetkundig werk van de Sociaal- Economische Hoofdafdeling in dienst getreden waar hij op 1 januari 1965 tot technisch hoofdambtenaar le klasse werd bevorderd. Voordien was hij reeds 32 jaar in ver schillende functies bij het Kadaster werkzaam geweest. Zijn werk beheerste hij volkomen; hij was steeds actief bezig te onderzoeken of er vereenvoudiging of verbetering op de tekenafdeling mogelijk was. Door zijn jarenlange kadastrale ervaring was zijn voorlichting in deze van bijzondere waarde. Buiten zijn ambtelijke werkkring ver vulde hij in diverse verenigingen belang rijke functies. De vele medewerkers, collega's en vrienden, die hem op donderdag 9 juni 1966 op zijn laatste tocht vergezelden en hem een laatste groet brachten, gaven daarmede blijk van de grote achting en vriendschap, welke men voor hem voelde. Wij zullen hem nog vele malen geden ken als een goed vriend en collega. Zijn echtgenote en de kinderen wensen wij een spoedige algehele genezing van hun verwondingen toe. Dat zij de kracht mogen vinden met elkaar dit grote ver lies te dragen. N. J. H. GÖEKEN Onder bovenstaande titel verscheen van de hand van Mr. D. P. A. Nakken in het Week blad voor Privaatrecht, Notarisambt en Re gistratie nrs. 4892 t/m 4895 een artikelen serie over de verhouding tussen de opvattin gen die er over het kadaster bestaan en de be doelingen die het Burgerlijk Wetboek had en heeft met de openbare registers. De inhoud van deze artikelen laten we hieronder in het kort volgen: A. Een opvallende kloof tussen theorie en praktijk Hierin stelt de schrijver, dat jaarlijks door de bewaringen 500.000 informaties worden ver strekt van allerlei soort en voor allerlei doel einden. Hij vraagt: „Kloppen de verzoeken om inlichtingen met het stelsel van onroerend goed van ons Burgerlijk Wetboek? Dus met het publiciteitssysteem, waarvoor de wet gevende macht opteerde? Zo neen, welke be tekenis dan aan die vragen te hechten? En

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1966 | | pagina 18