259
punten bieden voor incidentele recreatieve
voorzieningen (picknick- en parkeerplaatsen,
voorzieningen voor de hengelsport).
Een sterk gemengde functie hebben de zeer
aantrekkelijke coulissenlandschappen, waarin
agrarische gronden, bossen en natuurgebie
den elkaar voortdurend afwisselen (o.a. Sal-
land, Achterhoek, Twente, Zuid-Limburg).
Deze streken zullen een belangrijke recrea
tieve functie gaan vervullen. Intussen moet
echter wel worden bedacht, dat de kleine
schaal van de open ruimte -één van de aan
trekkelijkheden van dergelijke gebieden
noodzakelijkerwijze door de modernisering
van de landbouw groter zal worden. Als
vormgevingsprincipe moet hierbij dan gelden,
dat waar de schaal van de ruimte groter
wordt, ook de schaal van de landschappelijke
elementen (bossen, houtwallen, enz.) groter
moet worden.
Uit de huidige ruilverkavelingsplannen blijkt
duidelijk, dat er reeds naar gestreefd wordt
om enerzijds in deze gebieden de landbouw
aan moderne produktie-omstandigheden te
helpen en anderzijds het landschapsschoon te
behouden en te versterken. Een verdere evo
lutie in deze richting, waarbij de Regering met
name denkt aan verruiming van de opper
vlakten die ter beschikking komen voor doel
einden van openbaar nut, is wenselijk. In dat
geval ontstaat ook de mogelijkheid om op
zichzelf noodzakelijke ruilverkavelingsblok-
ken versneld tot uitvoering te brengen.
Agrarische bebouwing
Een tweede vraagstuk, dat in dit verband de
aandacht verdient, is dat van de agrarische
bebouwing. Vooral in de landschappelijk aan
trekkelijke landbouwgebieden ontwikkelen
zich gespecialiseerde bedrijven (kalver- en
varkensfokkerijen en -mesterijen, pluimvee-
bedrijven, bollenschuren, champignonkweke
rijen enz.). Deze horen hier landbouwkundig
gezien ook structureel thuis en moeten zich in
deze gebieden kunnen blijven ontwikkelen. De
uitbreiding van de bebouwing van bestaande
agrarische bedrijven en de stichting van
nieuwe bedrijven moet daarom mogelijk blij
ven, mits in beginsel het huidige karakter van
het landschap behouden blijft en de bebou
wing nader geregeld wordt door gemeente
lijke bestemmingsbepalingen (aanwijzing van
bouwstroken, aanbrengen van beplantingen,
enz.). Daarbij verdient voorts ook de bevor
dering van verantwoord bouwen in deze ge
bieden bijzondere aandacht. De agrarische
ondernemer zal in staat moeten blijven om zijn
bedrijf aan te passen aan wat economisch
noodzakelijk is (bijv. door de bouw van een
montagestal), maar anderzijds zal wat hij
maakt, het aanzien waard moeten zijn. Voor
al een daarop gerichte voorlichting van de
landbouworganisaties en van de land- en
tuinbouwvoorlichtingsdiensten is van veel
belang.
Ten slotte kan het in dergelijke gebieden
soms gewenst zijn, om uit cultuurhistorische
en recreatieve overwegingen de oude schaal
te handhaven. Dit belemmert uiteraard een
goede agrarische ontplooiing; een normale
exploitatie kan daarom dan niet worden ver
langd. Bij deze iandschapsreservaten vragen
derhalve ook de landbouwgronden om bij
zondere beheersvormen. De kosten hiervan
zullen het ontstaan van zulke reservaten
noodzakelijkerwijze beperken tot enkele ka
rakteristieke voorbeelden. Deze zullen bij
voorkeur geplaatst moeten worden in aan
sluiting aan of binnen parkgebieden van na
tionale of regionale betekenis. De aanwijzing
van deze landschapsreservaten is urgent.
,,Open ruimte'' tussen stadsgewesten
Als specifiek aspect vraagt de Nota verder
de aandacht voor de ontwikkeling van de lan
delijke gebieden in de directe omgeving van
de steden, n.l. de „open" ruimte tussen de
stadsgewesten en de z.g. bufferzones binnen
de stadsgewesten, die als zodanig veilig ge
steld dienen te worden. De goede inrichting
van de gebieden rond de steden vraagt om
een feitelijke reconstructie, zoals in het geval,
dat in de nu nog overwegend agrarische buf
ferstroken - bijv. de strook tussen Rotter
dam en Delft recreatievoorzieningen, o.a.
groenstroken, moeten worden aangelegd.
Voorts is reconstructie ook vaak nodig, als
het agrarische grondgebruik wordt gehand
haafd: behoud van de landbouw in deze ge
bieden vlak bij de stad is immers alleen moge
lijk als de gebieden niet te klein zijn en in
goede externe produktie-omstandigheden ver
keren. Voor dergelijke agrarische reconstruc
ties is de ruilverkaveling het normale instru
ment.