IN MEMORIAM
T. C. B. VAN VOORST
146
Op 24 juni j.l. overleed onverwachts op
55-jarige leeftijd onze collega Theo van
Voorst, chef van de onderafdeling Meet-
dienst van de dienst voor Publieke Werken
en Volkshuisvesting in Nijmegen.
Aanvankelijk sinds 1928 voorbestemd
voor een loopbaan bij de Belastingdienst
ging hij in 1936 over naar de landmeet
kundige dienst van het Kadaster, waar hij
spoedig door zijn ijver en toewijding een
geziene figuur werd.
Zijn collega's bij de landmeetkundige dien
sten in Maastricht en Eindhoven en zijn
medewerkers bij de dienst voor BLW zullen
zich hem herinneren als een bekwaam vak
man, een goed collega en een voorbeeldig
chef.
In 1949 werd hem de leiding van de Meet-
dienst in Nijmegen toevertrouwd.
Hier kwamen zijn capaciteiten als leider en
organisator eerst goed tot hun recht.
Nu, na 18 jaar, wist hij zich geliefd en ge
respecteerd door een grote kring van vrien
den, collega's en medewerkers.
En toen hij na een kort ziekbed, dat voor
zijn omgeving slechts het begin scheen van
een periode van gedwongen rust, plotseling
toch heenging, hebben velen om hem ge
rouwd.
De onverweldigende belangstelling bij zijn
ter aarde bestelling was het bewijs van hun
sympathie en genegenheid en heeft allen die
hem nastonden goed gedaan.
Maar meer nog dan de ambtenaar, zal de
mens Theo van Voorst in onze herinnering
voortleven, steeds vol zorg en belangstel
ling voor allen met wie hij in aanraking
kwam.
In de eerste plaats ging die zorg uit naar
zijn vrouw voor wie hij een nimmer falende
steun was en naar zijn kinderen, die hij als
een voorbeeldig vader naar hun bestemming
heeft geleid.
Daarnaast heeft hij zich met al de trouw
van zijn hart en de kracht van zijn geloof,
ingezet voor de kerk, die zo'n grote plaats
had in zijn geestelijk leven. Maar ook daar
buiten deed niemand ooit vergeefs een be
roep op hem.
Zijn verantwoordelijkheidsgevoel bracht
hem in de vakbeweging niet vooraan, dat
lag hem niet, maar wel op een plaats waar
hij van nut kon zijn.
In zijn werk van de personeelsvereniging,
dat hem in direct contact bracht met de
vreugde en het leed in de gezinnen van de
enkeling, is hij op menige, voor hem als ge
voelsmens zware gang velen tot troost en
steun geweest.
Op al deze plaatsen laat hij nu een grote
leegte na. Hij was een der meesten onder
ons omdat hij aller dienaar was. Trouw dien
de hij de overheid, trouw diende hij zijn
medemensen, trouw diende hij zijn Heer in
Wiens rust hij nu is ingegaan.
W. J. A. DE JONG