een oppervlakte van 2.645.000 ha. Hiervan was 415.000 in een meting of hermeting be grepen (IJsselmeergebieden en ruilverkave lingen?), maar 35.000 ha van deze cultuur grond moest dringend hermeten worden en van 295.000 ha werd hermeting urgent ge acht, wellicht omdat de kadastrale kaarten zo slecht sloten dat er haast niet meer mee te werken viel. Tien jaar geleden vroegen derhalve 638.000 ha ongebouwde en gebouwde eigendommen drin gend om hermeting en herkaartering; herme ting ter modernisering van de vastlegging in meetgetallen der grenzen van zakelijk recht, herkaartering van de verouderde kadastrale kaarten op voor de verschillende maatschap pelijke instellingen op planologisch gebied zo nodige handzame schaal. Dit nog buiten gebieden met een oppervlakte van 2.219.000 ha die in latere jaren nog zouden moeten wor den hermeten, en buiten de door het latere Meerjarenplan voor Ruilverkaveling genoem de 1.500.000 ha, welke voor ruil- en herver kaveling in aanmerking komen en dus moeten worden opgemeten. Het zal duidelijk zijn dat in een land als het onze - met b.v. z'n snel groeiende bevolking, een verhoudingsgewijs nog sneller groeiend autopark en een zeer dynamische industrie - in de „welvaartstijd" de enquête-Stoorvogel als verouderd moet worden beschouwd. Men behoeft daar maar de jongste Nota over de Ruimtelijke Ordening voor na te slaan. Zwolle in 35 jaar van 60.000 naar 500.000 inwoners; Deventer naar 125.000 zielen; Apeldoorn naar een kwart miljoen; Medemblik dubbel zo groot als het nu is; Alkmaar, dat pas z'n 50.000ste begroette, is gepland op ver over de 150.000 inwoners; Enschede naar het mil joen evenals Eindhoven en Arnhem. Andere plannen maken Den Helder tot koop vaardershaven aan het eindpunt van een in ternationale autobaan naar het Roergebied; binnen afzienbare tijd is de Veluwe via de nieuwe IJsselmeerpolders ver binnen het uur vanuit de overbevolkte Hollanden te bereiken. En wat eveneens een jaar of vijftien geleden (toen de enquête-Stoorvogel plaatsvond) niet kon worden overzien, was het moderne streven naar „het tweede huis". Iedere landmeetkun dige die zijn werk heeft in streken waar ook maar een weinig aan natuurschoon te vinden is, weet uit ondervinding dat de laatste 10-15 jaar de bouw van zomerbungalows enorm toe nam. Op Texel b.v. zijn honderden bouwter- reintjes in eigendom van derden overgegaan; dit verschijnsel treft U trouwens langs het ge hele Noordzeestrand- en duingebied. Ik was dit jaar in Holten: hele bossen zijn er in klei ne percelen verkaveld en brengen per centiare een prijs op waarvan men vóór 1940 zelfs niet zou durven dromen. Er zijn kampeerter reinen, waar men van scheerlijn tot scheerlijn een dubbeltje per dag per centiare moet neertellen aan huur, wat in een mij bekend ge val neerkomt op een gekapitaliseerde waarde van ongeveer honderdduizend gulden per bun der zandgrond. Veeneilandjes in de Hollandse en Utrechtse plassengebieden zijn al haast on betaalbaar. Waarmee ik maar zeggen wil, dat zelfs daar waar volgens de enquête-Stoorvo gel met een gerust hart kon worden opgegeven dat er in het geheel geen reden tot enige urgen tie voor hermeting was, deze prognose geheel niet meer opgaat. Verandering van leefge woonten, van statussymbolen, van het soci aal-economisch beleid, versnelling van de be volkingsgroei (in het jaar 2000 wordt op een vermeerdering van een kwart miljoen per jaar al gerekend), en vooral verstedelijking van Nederland dringen eenvoudigweg ons allen in de richting van een wetenschappelijke aanpak van een Meerjarenplan voor Hermeting. Hiertoe heeft het Ontwerp-Kadasterwet reeds de mogelijkheid geopend, o. a. door artikel 16, dat zegt: „Onze Minister kan, de Kadaster- raad gehoord, besluiten tot vernieuwing. van de kadastrale kaarten, de daaraan ten grondslag liggende bescheiden of de kadastra le registers van de door hem aan te wijzen gebieden". In deze Kadasterraad zullen vol gens het Ontwerp-Koninklijk Besluit naast de Directeur van de Rijksdienst van het Kadas ter ambtenaren zitting hebben van Justitie, Financiën, Verkeer en Waterstaat, Volkshuis vesting en Bouwnijverheid, Landbouw en Vis serij en van Defensie, alsmede vertrouwens lieden van de Broederschap van Notarissen, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de Unie van Waterschapsbonden. Deze Ka dasterraad zal dunkt mij wel mede de taak krijgen (lettende op de verschillende belangen) een urgentieplan voor hermeting op te stellen, zoals hiervoor reeds genoemd als het „Meer jarenplan voor Hermeting van Nederland" zo als door de Vereniging van Technische Ambte naren van het Kadaster in haar Program van Actie al een jaar of zeven wordt voorgestaan. De brede samenstelling van de Kadasterraad maakt het mogelijk dat objectieve maatstaven worden gevonden welke kunnen worden ge hanteerd bij de samenstelling van urgentie programma's voor de hermeting van de vele gebieden en gebiedjes die al jaren aan ver- 244

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1967 | | pagina 12