Onderzoek naar de nauwkeurigheid
van elektronische tekenapparatuur
Prof. ir. G. F. Witt, Hoogleraar in de planologische geodesie aan de Tech
nische Hogeschool te Delft.
Voordracht, gehouden op het 4e N.G.L.-Congres te Arnhem, 29-30 sep
tember 1967.
1.0 Inleiding
Men kan er zich over verbazen, dat het on
derwerp van deze voordracht instrumenten
betreft, waarmee wij zelf niet dagelijks wer
ken en die in een gering aantal in ons land
voorkomen. Toch zullen de meesten van dit
gezelschap, hoewel zij geen potentiële kopers
van een elektronische tekenmachine zijn, in de
toekomst wel met het produkt van deze auto
maten te maken krijgen. Kennis van de nauw
keurigheid der resultaten is dan wel gewenst,
welke wenselijkheid o.m. tot uiting kwam in
een rapport dat verscheen in het Tijdschrift
voor Kadaster en Landmeetkunde van 1966.
Het is een rapport van de „Werkgroep voor
Kaartreproduktie", getiteld „De moderne
techniek van het vervaardigen van kaarten".
Op blz. 297 is geschreven: „Het is momenteel
nog niet mogelijk om een verantwoord over
zicht van de bereikbare nauwkeurigheid van
alle genoemde coördinatografen te geven. Deze
is nl. tengevolge van de geringe praktijkerva
ring nog niet met een aanvaardbare zekerheid
vast te stellen". De genoemde tekenautomaten
zijn:
E-51 (Concord Control Incorporated; Tech-
nitron)
Graphomat (Zuse; N.V. Hagen)
Coragraph (Contraves; Gebr. Van Swaay)
Coradomat (Coradi; Gadella)
Calcomp (California Computer Products Inc.
A.N.R.U.).
Als moeilijkheid noemen de rapporteurs de
geringe praktijkervaring. Een andere moeilijk
heid is om een zo objectief mogelijk onder
zoek in te stellen. Er is tot nu toe geen enkel
wetenschappelijk instituut dat over een aantal
instrumenten van verschillend fabrikaat be
schikt.
Om een indruk te krijgen van de mogelijkhe
den van een instrument, de nauwkeurigheid
en het economisch gebruik (tijdsduur, kosten)
moet men afgaan op de gegevens van de fa
brikant. Deze gegevens zou men in één tabel
kunnen verzamelen. Het is de vraag of men
dan volkomen betrouwbare en vergelijkbare
gegevens naast elkaar plaatst. Maar ook
iemand die onder de huidige omstandigheden
tracht een objectief en betrouwbaar oordeel
uit te spreken moet bij het trekken van zijn
conclusies zeer voorzichtig zijn. Aan de ob
jectiviteit van de onderzoeker die volkomen
onafhankelijk van enige constructeur is, be
hoeft niet te worden getwijfeld. Het zijn ech
ter de omstandigheden waaronder een verge
lijkend onderzoek plaatsvindt, die tot ver
keerde gevolgtrekkingen kunnen leiden. Welke
zijn de faktoren, die het resultaat kunnen be
ïnvloeden en die niet voor verschillende in
strumenten dezelfde zijn?
1. Men onderzoekt uit een serie instrumenten
één exemplaar. Hierbij kan een gelukkige
of ongelukkige keuze plaatsvinden. Bij
deze steekproef moet men aannemen, dat
elk ander instrument van de serie afwij-
52