raat komen. Het formaat is 55 X 75 cm. Een rol papier is voldoende voor 4000 kaarten, dus voor twee uur produktie (fig. 14). Maar wij zouden onze gedachten laten gaan over kleinere oplagen en ook daarvoor kun nen we bij de elektrofotografie terecht. Remak Elektrograph Bij dit Australische procédé wordt gebruik gemaakt van de directe methode. Het wordt gepropageerd voor het maken van de kleuren- proeven van positieve films, voordat hiervan de offsetplaten worden vervaardigd. De werk wijze is als volgt: Een vel zinkoxydepapier wordt in het vacuüm- raam (zie fig. 15) gelegd en over het gehele oppervlak van een negatieve elektrostatische lading voorzien. Een positieve film wordt op het papier gelegd en belicht. Het licht dat door de heldere delen van de film valt, doet de lading wegvloeien. Er blijft dus een onzicht baar, een latent elektrostatisch beeld op het papier over, dat volkomen overeenkomt met het beeld op de film. Door nu het papier te dompelen in een pigmentbad van tegengestelde lading, wordt het latente beeld zichtbaar ge maakt. De kleurstofdeeltjes worden nl. aange trokken door de nog aanwezige elektrostati sche lading, zodat er een afdruk in deze kleur ontstaat, die overeenkomt met het origineel. Na het drogen van het papier kunnen na el kaar de gewenste kleuren aangebracht worden. Deze werkwijze leent zich zeer goed voor kaartwerk. De kleurkeuze is zeer groot, er zijn namelijk 40 toners leverbaar. De werkwijze is in feite iets omslachtiger dan zoeven geschetst. Schematisch bezien is de volgorde: opladen, positief opleggen, vacuüm zuigen, belichten, voorweken, kleurbad, le spoelbad, 2e spoelbad, droogbad. Na het aan brengen van alle kleuren: fixatief. De hele cyclus van opladen tot en met het droogbad duurt 6 a 7 minuten per kleur. Na het droogbad wordt het vel papier in een droogkast gehangen, zodat met het volgende exemplaar kan worden doorgegaan. Op deze wijze is het mogelijk 40 a 50 kleuren per dag aan te brengen, of met andere woorden tien kaarten met vier kleuren. Daar dit Remak procédé zo flexibel is, lijkt het mij wel nuttig, de kosten wat nader te beschouwen. Basiskosten zijn: het vel zink oxydepapier, de fixatief spray en een extra spoelbad. Voor het formaat 30ï X 38 cm (of afgerond 30 X 40 cm) bedragen deze kosten 6,25. De kosten per kleurbad inclusief de andere baden zijn 11,50, ongeacht het aantal vellen papier, dat er in behandeld wordt. Deze kosten zijn derhalve variabel. Bij het verwerken van deze getallen in een tabel komen wij tot de volgende afgeronde bedra gen: 4 kleuren 5 kleuren 6 kleuren 1 kaart 52,50 64,00 75,50 2 kaarten 29,50 35,00 41,00 3 21,50 25,50 29,50 4 18,00 21,00 23,50 5 15,50 18,00 20,00 6 14,00 16,00 18,00 7 13,00 14,50 16,00 8 12,00 13,50 15,00 9 11,50 12,50 14,00 10 11,00 12,00 13,00 11 10,50 11,50 12,50 12 10,00 11,00 12,00 (In een grafiek uitgedrukt, geven deze getallen het beeld van fig. 16.) De kleurbaden zijn in gerede toestand slechts 10 uur houdbaar, zodat er dus zoveel moge lijk gebruik van gemaakt dient te worden. Een praktijkgemiddelde is het reeds genoemde aan tal van 10 a 12 kopieën in 4 kleuren. Bij 10 kopieën is de prijs per cm2 bijna 1 cent, zodat de kostprijs voor andere afmetingen ongeveer afgeleid kan worden. Het grootste formaat is 76 X 107 cm. Met nadruk wil ik er nog op wijzen, dat de genoemde getallen kostprijzen zijn van het materiaal, dus zonder arbeidsloon, afschrijving en onderhoud, stroomverbruik e.d. Een ander belangrijk punt is de maatvastheid. Het elektrographpapier is een kunstdrukpa pier, aan één zijde voorzien van een witte laag 109 Fig. 15. Remak elektrograph JJ >5 5 J 5 J JJ

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1968 | | pagina 11