in hoeverre bij de verschillende gebruikers be hoefte bestaat aan regelmatig bijgewerkte hoogtekaarten. Uit een oogpunt van bodem bewegingen lijkt het waarschijnlijk, dat de hoogtekaart zeker 80 a 100 jaar (of langer?) zijn waarde zal behouden. Ten aanzien van de veranderingen in de topografische onder grond ligt dit natuurlijk geheel anders. Uit de jaarlijks stijgende omzet van hoogte- kaarten kan worden vastgesteld dat de Hoog tekaart van Nederland zich in een sterk toe nemende belangstelling mag verheugen. Naar verluidt wordt zij voor allerlei soms sterk uiteenlopende doeleinden gebruikt. Aange nomen mag worden dat deze tendens zal voortduren. Het ligt voor de hand dat de vraag nog aanmerkelijk zal toenemen wan neer van het hele land hoogtekaarten lever baar zijn. Uiteraard houden de samenstellers zich aan bevolen voor op- en aanmerkingen en sugges ties van gebruikers. De kaarten, die 12, per blad kosten, kunnen worden besteld bij de Topografische Dienst, Westvest 9, Delft. Voortzetting Ruilverkaveling Voorne en Putten De voorbereiding van de ruilverkaveling Voor ne en Putten wordt voortgezet. De regering heeft dit besluit in overeenstemming met de strekking van het streekplan genomen om Voorne en Putten als agrarisch, recreatief en woongebied instand te houden. Inmiddels heeft de Cultuurtechnische Commissie op 26 april j.l. de voorbereidingscommissie voor deze ruilverkaveling ingesteld, zo deelt de minister van Landbouw en Visserij mede in antwoord op schriftelijke vragen van het Tweede Kamer lid, de heer S. van der Ploeg. Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland heb ben op een zo spoedig mogelijk ter hand nemen van deze ruilverkaveling aangedrongen. Op de vraag van de heer Van der Ploeg, of het juist is dat de bespreking van het rapport Zeehavenontwikkeling Zuid-West-Nederland in de Gemeenteraad van Rotterdam en in de Rijnmondraad voor de minister aanleiding is geweest om opdracht te geven de benoeming van een voorbereidingscommissie op te schor ten, antwoordt minister Lardinois in zoverre bevestigend, dat de regering meende zich t.a.v. de ruilverkaveling Voorne en Putten nader te moeten beraden. Bedrijfsactiviteiten van Grontmij Op de vergadering van aandeelhouders op 25 april j.l. gaf Ir. J. J. Westerhof, voorzitter van de Directie van Grontmij, een overzicht van de bedrijfsactiviteiten. De binnenlandse bouwsom van Grontmij be droeg in 1967 ruim 136 miljoen gulden, het geen 7 i miljoen meer is dan werd geraamd en 10 miljoen meer dan in 1966. Het opdrachten pakket bestond voor 42 °/o uit werken ten be hoeve van ruilverkavelingen, 18% uit aan vullende werken en 40 uit vrij werk. De bouwsom van de projecten in Nederland die aan Grontmij zijn opgedragen en waarvan de plannen en begrotingen grotendeels gereed zijn, is in 1967 opgelopen tot boven 1 miljard gulden. Op het gebied van de recreatie en de landschapsverzorging zijn de activiteiten even eens belangrijk toegenomen. Zo werd een groot aantal projecten voor verschillende Neder landse gemeenten uitgewerkt, o.a. een studie voor elf gemeenten in het Rijk van Nijmegen. De Wetenschappelijke Dienst voltooide in '67 400 studierapporten, waarvan 40 op het gebied van de recreatie. Ook in het buitenland namen de werkzaam heden belangrijk toe. Irrigatiewerkzaamheden in Tunesië, drie wegenprojecten ter lengte van ruim 700 km in Lybië, een studie in Marokko, cultuur- en civieltechnische werken in Mada- 150

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1968 | | pagina 22