Ons ja is de mededeling van mijn tegenwoor dige wil en tevens voorspelling van mijn toe komstige wil. Dat ik mijn vroegere beloften te goeder trouw gestand doe, veronderstelt mijn identiteit in de tijd. Ist's nicht genug, dass mein gesprochen Wort Auf ewig soli mit meinen Tagen schaken? Rast nicht die Welt in allen Stromen fort, Und mich soil ein Versprechen halten? Goethe, Faust. Belofte maakt schuld: men moet nakomen, wat overeengekomen is. In de mondelinge verbintenis heeft men de an der alleen zijn woord gegeven. Weigert daarna de verkoper aan het passeren van de akte mede te werken dan is hij verplicht tot schadever goeding, niet leveringsplichtig. De schriftelijke obligatoire overeenkomst heeft de vorm: „gij zult verkrijgen". De voldingende overeenkomst heeft tot inhoud: „gij zult heb ben". Beide hebben dit gemeen, dat zij per soonlijke aanspraken scheppen met als doel de overgang van het zakelijk recht. In de overeenkomst worden twee willen aan elkander verbonden: de vrijheid van de één wordt gebonden aan de vrijheid van de ander. De wil is identiek en er is één voorwerp. Als voorbeeld van een niet tweezijdige belofte en deszelfs onzekerheden zij het volgende voor beeld aangevoerd: In de roman van E. Caldwell: Gods little acre, wordt een boer beschreven, die jaarlijks de op brengst van één akker voor de kerk bestemt. Ieder jaar is dit een ander akkertje, om te ver hoeden, dat een al te grote opbrengst aan de kerk ten deel zou vallen. De man gaat dan overal in zijn grond naar goud graven: en ook nu moet hij in gedachten de akker voor de kerk voortdurend verplaatsen teneinde te voorkomen, dat de goudader juist op dat deel van zijn bedrijf zou worden aangetroffen. Oorzaken van nietigheid van het tweezijdige contract kunnen zijn: a. de persoon is onbevoegd (directeur van een N.V. gevolmachtigd door een onvoltallige vergadering van aandeelhouders), of han delingsonbekwaam- b. de handeling is onwettig. Voorbeelden: gift bij vermogen onder nul; transactie ten tijde van de Wet Vervreemding landbouwgron den voor 22.500, terwijl in de akte een gefingeerde koopprijs van 15.000 was vermeld. Een dergelijke overeenkomst was nietig en de koper was verplicht het ge kochte terug te geven, c. de vorm is onvolledig; een overeenkomst houdende de blote verklaring, wie als eigenaar moet worden beschouwd, is geen behoorlijke titel van eigendomsovergang (jurisprudentie op 639 B.W.). Om van kracht te zijn moet iedere wilsver klaring: 1. serieus zijn (gegeven bij wijze van borrel- grap, is de overeenkomst nietig, bij reser- vatio mentalis idem.). 2. niet gesimuleerd zijn (een gift vermomd als een schijnbare koop geldt slechts in de mate, waarin de verborgen handeling van waarde is). 3. niet op een vergissing berusten (error). De vergissingen (errare humanum est) zijn door het klassieke romeinse recht reeds onder verdeeld als volgt: 1. error in negotio: de één meent te lenen, de ander in depot te geven. Error over de oorzaak, derhalve ontbreken van een overeenkomst. 2. error in persona: men handelt met A, me nende B voor te hebben. 3. error in corpore: de één meent een perceel te verkopen, de ander een slaaf te kopen. 4. error in substantia of materia: kandelaars van koper, verkocht als goud. 5. error in qualitate: overeengekomen te leve ren bouwland, in werkelijkheid ongeculti veerd land. 1, 3 en 4 zijn oorzaak van nietigheid. De error berust op een wilsgebrek. Het zaakgevolg is niet gewild en berust op dwaling. N.B. Indien een overdracht vernietigbaar is op grond van dwang, dwaling of bedrog, blijkt dit nergens uit. Ons B.W. art. 1358 luidt: Dwaling omtrent de zelfstandigheid der zaak maakt een overeen komst nietig- Bij grondstukken is de economische gesteldheid het wezenlijke kenmerk en in de rechtsorde ning als voorwaarde uitgelegd. De bruikbaar heid van een bouwterrein gaf de doorslag, ook al bestond er verschil tussen de werkelijke en de bij de overeenkomst aangenomen maten, al dus de Hoge Raad in 1937. Als het verkochte 5 te groot of te klein is dan kan de koper van de koop afzien. Dit is regelend recht; partijen kunnen anders over eenkomen. De tolerans in de Wet op de Grond belasting zoekt geen contact met deze regeling. 165

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1968 | | pagina 9