Elektro-optische Afstandmeters In het aprilnummer van 1968 sprak ik in deze rubriek van een troefkaart die door Zeiss uit gespeeld werd met de constructie van de elek tro-optische afstandmeter SM 11. Met opzet werd gezwegen over de hoogte van deze troef. Na de internationale congressen met instru mentententoonstellingen in Lausanne (foto- grammetrie) en Londen (landmeetkunde), die beide vorige zomer plaats vonden, kunnen we concluderen dat er meer fabrikanten aan het spel willen deelnemen. Ik zal de vergelijking met het kaartspel niet verder doortrekken, hoewel er voldoende aanwijzingen zijn, dat ook het bieden voor de consument interessant zal worden. De elektro-optische afstandmeters, waarvan tot dit jaar de Geodimeter de enige bruikbare representant was, blijken voor het normale landmeetkundige werk voordelen te hebben boven de microgolfafstandmeters. De voor naamste oorzaken waaraan dit te danken is, zijn: a) Het werken met één instrument en een aantal reflectoren in plaats van met twee in strumenten. Hierdoor kan met één ope rateur volstaan worden, er kunnen meerdere opstellingen gelijktijdig verzorgd worden, de snelheid van meten is groter, vervoerbezwaren zijn minder, moeilijke opstellingen zijn beter uit te voeren, b) De topografie speelt geen rol, in tegenstelling tot de oorzaak van reflecties bij de microgolf-apparaten, c) Er is minder storing van het waarnemingsproces bij druk verkeer, d) De waarnemingen zijn tot nu toe betrouwbaarder gebleken, onder andere door dat de vochtigheid van de lucht geen rol van betekenis speelt. Nadelen zijn er ook: het kor tere meetbereik en de gevoeligheid voor mist en regen. De voordelen zullen er toe geleid hebben, dat meer fabrikanten zich aangetrokken voelden tot de elektro-optische afstandmeters, waar door men op dit ogenblik kan kiezen uit niet minder dan 7 merken, waarvan enkele met meerdere typen. Hiervan zijn er drie die op de genoemde tentoonstellingen met verbeterde (proto)typen kwamen: Geodimeter, Zeiss en Mekometer. Verder waren er toestellen van Wild, Askania, Tellurometer en Jenoptik Jena. Het is nog te vroeg om een waarde-oordeel uit te spreken of een grondige vergelijking te ma ken. Toch lijkt het me nuttig ter informatie nu reeds een korte karakteristiek van de appara ten te geven en op enige verschillen te wijzen. 1. AGA Geodimeter, Model 6 Volledigheidshalve vermeld ik dit instrument, waarvan er reeds meer dan tien in Nederland in gebruik zijn, eerst. Het afstandsbereik blijkt bij normale omstandigheden overdag 1,5 a 2 km te zijn. Doordat de golflengte van het ge bruikte licht in het zichtbare deel van het spectrum valt, kan die afstand 's nachts tot het dubbele opgevoerd worden. Uit ervaring wil ik nog wijzen op de grote voordelen die het aanschaffen van een kwiklamp biedt: het afstandsbereik wordt aanzienlijk vergroot en op afstanden tot 2 km kan men bij minder gunstige meteorologische omstandigheden toch goede resultaten behalen. Men dient dan wel over een lichtgewicht-stroomaggregaat te be schikken. 2. AGA Geodimeter, Model 7T (figuur 1 en 2) In dit instrument, dat wat de afstandmeting betreft berust op de principes van model 6, is de mogelijkheid om horizontale en verticale richtingen te meten ingebouwd. Voor lengte- 12

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1969 | | pagina 12