Om de gelijkvormigheid te handhaven zal men aan de afstanden in x-richting de over- y? eenkomstige toeslag dx—moeten geven. Voor de gehele abscis wordt deze toeslag f d - CS\ J 2r- 6r2 Voor de lijnvergroting is er een tabel, waar van hieronder een samenvatting wordt ge geven. Deze geeft bij een bepaalde afstand tot de middenmeridiaan, gerekend van het mid den van de gemeten lengte, de correctie in cen timeters. Afstand in km tot Gemeten lengte de middenmeridiaan 1 km 10 km 10 0 1 20 0 5 30 1 11 40 2 20 50 3 31 60 4 44 70 6 60 80 8 79 90 10 100 100 12 123 150 28 276 200 49 491 correctie in cm Een voorbeeld van toepassing in de praktijk Zoals reeds in het begin genoemd, wordt de Gauss-Krüger projectie o.a. in Zweden en in Duitsland toegepast. In Zweden heeft men de middenmeridiaan omschreven als: „De meridiaan die 2,5 gr ten westen van het oude observatorium van Stockholm loopt." Door de uitgestrektheid van het land zou er echter bij de kaarten op grote schaal toch een vrij grote lijnvergroting ontstaan. Daarom dient het stelsel met genoemde meridiaan als middenmeridiaan alleen als grondslag voor geografische en topografische kaarten en heeft men voor de kadastrale en stadskaarten ver schillende coördinatenstelsels ontworpen, alle met een eigen middenmeridiaan. Zo onder scheidt men de volgende stelsels: 7,5 gr West, 5 gr West, 2,5 gr West, 0, 2,5 gr Oost en 5 gr Oost, waarbij het oude observatorium van Stockholm de O-meridiaan is. Let wel, men heeft hierbij de decimale graadverdeling van de landmeetkunde toegepast en niet de sexa- gesimale zoals in de geografie gebruikelijk is. Er zijn in principe dus zes stelsels, elk met een eigen middenmeridiaan als x-as en de eve naar als y-as. Hierbij dien ik op te merken, dat Zweden, evenals de meeste andere landen, de x-as naar het noorden en de y-as naar het oosten gericht heeft. Voor Zweden, met zijn noordelijke ligging, worden de numerieke waarden van de x-coör- dinaten bijzonder groot, variërende van 6.100.000 tot 7.600.000 meter. Om het aantal cijfers te beperken deelt men elk stelsel in stroken van 100.000 meter, welke van de evenaar af doorlopend genummerd worden. Deze vormen elk weer een zelfstandig coör dinatenstelsel, waarbij de x-coördinaten ge rekend worden vanaf de zuidelijke begren- zingslijn. Een coördinatenopgave zal dan ook steeds beginnen met de vermelding van het stelsel. Een opgave betrekking hebbende op de stad Halsingborg zal beginnen met: „stelsel 5 gr W 62", d.w.z. de x-as is de meridiaan die 5 gr ten westen van het oude observatorium van Stockholm loopt en de y-as wordt ge vormd door de parallelcirkel op 6.200.000 m van de evenaar. Hoe groot is nu de maximale lijnvergroting in deze stelsels? We gaan uit van een punt op 56° NB, dat is het zuiden van Zweden. Op de evenaar be draagt de afstand tussen twee meridianen met een onderlinge boogafstand van 2,5 gr: X 40.000 km 250 km Op 56° NB is deze afstand: 250 km X cos 56° 140 km Elk stelsel strekt zich dus daar in twee rich tingen uit tot 70 km van de middenmeridiaan en bij deze afstand bedraagt de lijnvergroting volgens de tabel 6 cm per km; dit is dus de maximale lijnvergroting die in deze stelsels kan voorkomen. Tot slot zij nog vermeld, dat in Duitsland de projectie wordt uitgevoerd onder gebruik making van de meridianen 6°, 9°, 12° en 15° OL van Greenwich als middenmeridianen. 35 O s' Zie ook: Ir. F. Harkink „Gerichte Vlakke Driehoeks meting en Elementaire Landmeetkundige Berekeningen" 2e druk, blz. 122 en 123.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1969 | | pagina 7