het waterschap „Het Ambacht van Westfries
land". Het huidige polderpeil waarborgt ech
ter geen voldoende ontwatering. Wat de ont
sluiting betreft is „Het Grootslag" een karak
teristiek vaargebied. De enige weg die het ge
bied doorsnijdt loopt van Grootebroek naar
Andijk. Voor ontsluiting van de percelen doet
deze weg nagenoeg geen dienst. Voor het be
reiken van de cultuurgrond is men aange
wezen op de talrijke vaarsloten, hetgeen een
efficiënt gebruik van grond, arbeid en kapi
taalgoederen in de weg staat.
De infra-structurele werken gaan in beteke
nis en omvang boven het landbouwbelang uit.
Zij zijn niet alleen een eerste aanzet voor het
streekplan Westfriesland-Oost. Bovendien
zijn zij van betekenis voor uitvoering van be
stemmingsplannen van de Grootslaggemeen-
ten. Naast de rijksoverheid en de direct be
langhebbenden zullen daarom ook derden in
de projectkosten delen: provincie, gemeenten,
waterschappen en nutsbedrijven.
De arbeidsproduktiviteit in het Grootslag
wordt sterk geremd door de verouderde pro-
duktie-omstandigheden. Slechts ingrijpende
wijziging van de structuur van het gebied kan
baat brengen. Dit houdt in dat het vaartrans-
port zal moeten worden vervangen door rij-
transport. Daartoe is een stelsel van hoofd-
ontsluitingswegen en plattelandswegen ont
worpen. De dorpen van De Streek zullen daar
mede tevens uit verkeerstechnische moeiliik-
heden worden verlost. Er zal een mogelijk
heid open blijven voor aanleg van een hoofd
verbindingsweg van Enkhuizen naar de rijks
weg AmsterdamLeeuwarden. Voorts zal een
aansluiting tot stand worden gebracht met
de polders Wieringermeer, de Vier Noorder
Koggen, de Drieban en de Markerwaard. De
plattelandswegen zullen de bedrijfspercelen
moeten ontsluiten.
De omschakeling van vaar- naar rijpolder en
de bezwaren van het hoge peil moesten wel
tot een reconstructie van de waterstaatkundige
toestand in het gebied leiden. Deze bestaat uit
een belangrijke peilverlaging, het stichten van
een nieuw gemaal te Andijk, dat de huidige ge
malen aldaar en te Broekerhaven zal vervan
gen en het aanpassen van het huidige water-
lopenstelsel aan de nieuw ontstane situatie.
Kavelinrichtingswerken beogen de kavels een
zodanige vorm en afmeting te geven, dat deze
voor een doelmatige exploitatie geschikt wor
den. Er zal naar worden gestreefd de tot één
bedrijf behorende percelen zoveel mogelijk
samen te voegen. Overtollige sloten zullen
worden gedempt. Indien een doeltreffende ver
kaveling zulks wenselijk maakt, zullen enkele
bedrijfsgebouwen worden verplaatst.
Toekomstig streekbos
De veranderingen, die zich in het blok door
omzetting van vaar- in rijpolder zullen vol
trekken, zullen landschappelijke gevolgen
hebben. Daarom is het nodig, dat zowel een
landschaps- als een recreatieplan wordt uit
gevoerd. Het eerste voorziet in een aan het
gebied aangepaste beplanting; het tweede
heeft de realisatie van enkele recreatiecentra
op het oog, waaronder de eerste fase van het
toekomstige Streekbos.
Er zouden voorts in het ruilverkavelingsge-
bied vier plaatsen van oudheidkundige waarde
voor bewaring voor het nageslacht als cul
tuurhistorisch monument in aanmerking kun
nen komen. Het betreffen terreintjes, waarin
naast nederzettingsresten, ook begravingen
en grafheuvels zijn vastgesteld. De plaatselij
ke ruilverkavelingscommissie zal daarover
t.z.t. in overleg met de Rijksdienst van het
Oudheidkundige bodemonderzoek treden.
Kosten
Als de stemming ten gunste van de ruilverka
veling „Het Grootslag" uitvalt, zal voor uit
voering der ruilverkavelingswerken een be
drag van 82,5 miljoen gespreid over 10 a
12 jaren nodig zijn. Daarvan zal het Rijk
een 67 dit is 55 miljoen voor zijn reke
ning nemen.
Van de resterende rond 33 zal 21,3 mil
joen door de gezamenlijke eigenaren moeten
worden opgebracht, terwijl 6,1 miljoen door
„derden" zal worden besteed aan recreatie
voorzieningen, utiliteits- en waterbeheersings-
werken. Buiten beschouwing van het totaal ad
82,5 miljoen der ruilverkavelingskosten, zijn
gelaten de kosten van aanleg der Marker-
waardweg en aanverwante werken en van ver
betering van wegen in het Ambacht van West-
Friesland, genaamd Drechterland, welke kos
ten door de Provincie Noord-Holland samen
met dit waterschap, resp. door dit waterschap
alleen zullen worden gedragen. Het plan is
er op gericht, met de voorgestelde verbete
ringen op het gebied van de ontsluiting, de
waterbeheersing en de kavelinrichting, de
land- en tuinbouwbedrijven in het Grootslag
tot een doelmatige bedrijfsvoering in staat te
stellen en de gehele streek tot welvaart te
strekken.
208