bepaling uii te voeren. Wat opvalt in deze pu- blikaties is dat voor de voorgestelde frekwenties van de ijkmetingen geen duidelijke reden wordt vermeld. Ook, en dat is belangrijker, wordt niet aangegeven welke vermenigvuldigkonstante A_ men voor de eigenlijke metingen moet gebruiken. Moet de konstantebepaling van vóór de me tingen worden toegepast, die van na de metingen of dient er naar de tijd te worden geïnterpo leerd? Het is niet aannemelijk dat oorzaken van instrumentele aard de konstanten doen veran deren. Alleen na zeer lange tijd kunnen zich door slijtage verschijnselen, speciaal van de be weegbare dele,n, zoals centrale instellens, prisma stelsel van Boscovif en het oculair, wijzigingen voordoen. Hiervoor kan verwezen worden naar een onderzoek van Bahnert [1], waarbij een Redta 002 gedurende een vol jaar regelmatig werd geijkt. Er kon geen verband worden ge- konstateerd tussen de tijd en de konstante A. Alle fabrikanten zorgen bij de konstruktie van zelfreducerende dubbelbeeldafstandmeters dat de uittreepupillen van gebroken en ongebroken lichtbundels in elkaar worden gelegd. Algemeen wordt dan ook aangenomen dat de onregelmatig heden in de optische delen van het oog geen rol spelen bij het koïncideren van beide beelden. Toch kunnen zich nog verschillen voordoen in de uitkomsten van twee waarnemers. In de literatuur worden verschillen van enkele cm per 100 m genoemd. Uit de metingen op de Loenermark en het temperatuuronderzoek is af geleid dat bij de metingen zonder of met weinig ondulatie een verschil van 1 cm per 100 m tussen de waarnemers D en vR voorkomt. Dit geldt voor alle drie instrumenten. Bij de metingen waarbij sterke ondulatie optreedt is een verschil van 2 a 3 cm gekonstateerd bij de instrumenten met een noniusaflezing. Elke waarnemer rea geert niet gelijk op de ondulatie. Voor de DK.RT is dat verschil niet gekonstateerd. Samenvattend kan gesteld worden dat de ver menigvuldigkonstante afhankelijk is van de tem peratuur, de waarnemer en de ondulatie. Kor- 15 Instrument: Redta Waarnemer-- D L= 71,968 -Q0017 t°C 71.96 71,94 71.92 Waarnemer: v. R. L 71,962 -0,0017 t °C 71,94 - WaarnemerV i 71,966-0.0017 t °C Figuur 5 Instrument: RDH Waarnemer: D. L 72,051- 0,0015 t°C 72,03- 72,01 -I 72,05 -| Waarnemer: v.R. L 72,041 - 0,0015 f °C 72,01- 72,05*1 Waarnemer:V. L 72.036 -0,0015 t °C 72,03- +J2 72,01 - Figuur 6

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1970 | | pagina 15