Afscheid van
de heer W. F. den Hengst
als Directeur van de
Topografische Dienst
Op 31 december 1969 beëindigde de heer W. F.
den Hengst zijn ambtelijke loopbaan en trad hij
af als directeur van de Topografische dienst.
In feite nam hij al eerder afscheid nl. op vrijdag
19 december 1969 toen tijdens de ochtenduren
een bijeenkomst werd gehouden van alle leden
van het personeel en hij 's middags vrienden,
bekenden en relaties persoonlijk de hand kon
schudden tijdens een receptie in de cantine van
de Topografische Dienst.
De heer den Hengst kwam met het kaarterings-
werk in aanraking toen hij in oktober 1930 als
tweede luitenant werd gedetacheerd bij de Mili
taire Verkenningen, nadat hij tussen 1922 en
1928 tot officier was opgeleid in Kampen en
Breda en twee jaar had gediend in Arnhem.
Bij de afdeling Militaire Verkenningen die toen
nog niet verenigd was met de Topografische
Inrichting, verrichtte hij met 14 collega's onder
de leiding van Majoor Brückel, verkennings
werkzaamheden waarvan de resultaten werden
ingetekend op verkleinde, gecombineerde ka
dastrale kaarten.
Nadat in 1932 de Topografische Dienst ont
stond door samenvoeging van de afdeling der
Militaire Verkenningen en de Topografische
Inrichting, bleef de heer den Hengst als officier
werkzaam bij deze dienst en werd hij belast met
de opleiding van de topografen, burgerambte
naren, die de taak van de officieren-verkenners
overnamen.
24
Tijdens de mobilisatie- en oorlogsjaren kon hij
zich wegens troependienst en krijgsgevangen
schap nauwelijks meer bezighouden met kaar-
teringsarbeid doch zeer kort na de bevrijding in
1945 keerde hij terug naar de Topografische
Dienst die toen, nogal gedecentraliseerd, door
de Duitse bezetters in Utrecht was geplaatst.
In 1947 ging de heer den Hengst over in burger
dienst bij de Topografische Dienst en werd hij
benoemd tot secretaris. In deze functie gaf hij al
gauw blijk van zijn organisatorische gaven toen
in 1948 de Dienst werd verhuisd van Utrecht
naar de huidige gebouwen aan de Westvest te
Delft.
In 1954 ontving hij zijn benoeming tot hoofd
van de Opnemingsdienst en in 1960 tot direc
teur, als opvolger van de heer J. H. Bramlage.
Met het aftreden van de heer den Hengst neemt
de laatste directeur die via een militaire oplei
ding deze rang bereikte, afscheid.
Zijn opvolger, ir. J. A. C. E. van Roermund,
volgde de opleiding aan de Technische Hoge
school te Delft, die hij in 1951 afsloot met het
behalen van het diploma van geodetisch inge
nieur.
Als het meest opmerkelijke feit tijdens de perio
de, dat hij fungeerde als directeur, moet de heer
den Hengst ongetwijfeld zien de moeilijkheden
die hij heeft moeten overwinnen tijdens de
veelvuldige, zeer gecompliceerde en vaak moei
lijke besprekingen betreffende de productie van
De heer WF. den Hengst.
