DE WEGONTWERPER EN DE COMPUTER
door ir. H. Rietveld, Meetkundige Dienst van de Rijkswaterstaat
te Delft.
1. Inleiding
Enige tijd geleden werd me gevraagd op dit
congres iets te willen vertellen over: „Automa
tisering in samenhang met Weg- en Water
bouw". Dit onderwerp is echter zo breed dat
daarmee wel een hele dag gevuld kan worden.
Aangezien de spreektijd vastgesteld is op drie
kwartier, zal ik me beperken tot: De Wegont-
werper en de Computer.
Daar het niet mogelijk is om het hele proces
van de totstandkoming van een weg te beschrij
ven, het is een vele jaren durende lijdensweg
van besprekingen voeren, plannen maken, wij
zigingen daarin aanbrengen en eventueel een of
meerdere malen van voren af aan beginnen
worden slechts een aantal werkzaamheden van
de wegontwerper besproken. Daarbij vraag ik
speciaal uw aandacht voor reken- en teken
werk dat u, landmeetkundigen, ongetwijfeld
aanspreekt omdat het enigszins aansluit op
landmeetkundig werk en daarop verder bouwt.
Natuurlijk wordt bij alle voorbeelden gespro
ken over het gebruik van de computer en de
daardoor gestuurde elektronische tekenmachine.
Achtereenvolgens worden behandeld:
de berekening van de as van de weg;
de berekening van uitzetgegevens;
de meting en uitwerking van maaiveldpro
fielen;
de berekening van het ontwerplengteprofiel;
de bepaling van ontwerpdwarsprofielen;
de volumeberekening;
de vervaardiging van perspectieftekeningen.
2. De as van de weg
De definitie van „weg" luidt: Algemene bena
ming voor een gebaand gedeelte van het terrein
t.b.v. het verkeer te land.
Een weg verbindt gewoonlijk twee steden of
dorpen met elkaar. Hoewel een rechte lijn de
kortste verbinding tussen twee punten is, wor
den tegenwoordig geen kaarsrechte wegen meer
aangelegd, de tijd van de zgn. Napoleonwegen
is voorbij. De tegenwoordig gebouwde wegen
zijn altijd gekromd en zo goed mogelijk aan de
terreinsituatie aangepast, hebben dus duidelijk
een driedimensionaal verloop.
Ten behoeve van de aannemer die een wegvak
moet maken, wordt een wegontwerp beschre
ven en vastgelegd in de vorm van tekeningen,
waarvan situatietekeningen en langs- en dwars
doorsneden de belangrijkste zijn.
Om te komen tot deze tekeningen wordt een
weg in de eerste fase van het ontwerp voor
gesteld door een enkele lijn, de as. Indien
mogelijk wordt het midden van de middenberm
als referentielijn gebruikt. Deze driedimensio
nale lijn wordt in horizontale en verticale zin
ontbonden. Zie fig. 1.
De projectie van de ruimtelijke aslijn op een
horizontaal vlak wordt aangeduid als horizon
taal alignement, tracé of horizontale as. Dat
laatste wordt in het spraakgebruik veelal ver
kort tot „as". Hoewel deze benaming niet ge
heel juist is, wordt hij in het vervolg van deze
voordracht toch in de bedoelde zin gebruikt.
Het verticale verloop van de ruimtelijke as
83
Lezing, gehouden op het 5e NGL-congres te
Arnhem op 19 september 1969.