Wat is en wat doet
de afdeling Kartografie
van de ANWB*
door M. A. G. Bos, hoofd van de afdeling
Kartografie van de ANWB.
Het is wellicht interessant voor de lezers van
Geodesia, iets te vernemen over de geschie
denis van, en ook iets over de techniek bij de
vervaardiging van ANWB-kaarten, te meer daar
de werkterreinen van de landmeetkundigen en
de kartografen zo dicht bij elkaar liggen.
Allereerst iets over de historie van onze kaar
ten.
Zolang de Bond bestaat (en u weet wellicht
dat die in 1883 is opgericht) heeft zij zich eigen
lijk al beziggehouden met het maken van kaar
ten voor haar leden.
De ANWB heette toen „Het Nederlandsch Ve-
locipedisten Bond", een vereniging van enthou
siaste jongemannen, die op hun fietsen club-
tochten maakten en met elkaar wedijverden
wie het snelst was. Eén van de oprichters was
de jeugdige Engelsman Bingham die tot 1884
voorzitter van deze Bond was. Hij wijzigde in
dit jaar de naam van de Bond in „Algemeene
Nederlandsche Wielrijders Bond", de ANWB
Onder zijn leiding kwam de eerste kaart van
Nederland voor fietsers tot stand, welke voor
15 cent bij de secretaris verkrijgbaar was.
Men noemde deze kaart toen de Afstandskaart
van Nederland. Op 25 mei 1884 nam het Be
stuur het besluit om meer kaarten van Neder
land te gaan uitgeven, maar zo eenvoudig was
dat echter niet. De gedetailleerde gegevens ont
braken nl. Daarom besloot men op 17 april
1887, onder voorzitterschap van Edo Bergsma,
om de topografische kaart van Nederland in
doorverkoop te nemen. Zo kon men toen de le
den voor weinig geld een atlas van 43 kaarten
in kleurendruk aanbieden, welke waren samen
gesteld door de kolonel-ingenieur Kromhout. De
schaal was 1 200.000.
Eén van de belangrijkste initiatieven van vóór
1900 was het plan om een atlas voor fietsers
samen te stellen. Deze, later zeer bekende
Bondsatlas (foto 1), bestond uit 36 bladen,
schaal 1 200.000, waarop de wegen door ver
schillende kleurtoepassingen werden geclassifi
ceerd. Bij de 3e druk hiervan in 1904 werd de
hulp ingeroepen van Majoor S. P. Lindhout,
onderdirecteur van de toenmalige Topografische
Inrichting. Dank zij zijn deskundigheid waren de
rijkswegen met een bijzonder teken aangege
ven, de bossen in groen, het water in blauw, de
rijksgrens, behalve met kruisjes ook met een
zwarte toon. Vele symbolen kwamen op de kaar
ten voor, zoals molens, stoomgemalen, kerken,
scholen, buitenplaatsen, tollen, stations e.d.
In de loop van de nu volgende jaren werden
steeds meer verbeteringen en aanvullingen in
de Bondsatlas aangebracht. Totdat de Tweede
Wereldoorlog uitbrak en de uitgave van deze
atlas moest worden gestaakt.
Teruggaande naar 1911, in dat jaar deed zich
reeds de behoefte gevoelen om naast de atlas
bladen, van de Veluwe ook de beschikking te
hebben over een kaartje waarop vooral de rij
wielpaden duidelijk uitkwamen. Er kwam een
„schetskaartje van de rijwielpaden over de Ve
luwe" tot stand in een zeer eenvoudige uitvoe
ring, alleen in zwartdruk en ook weer op
schaal 1 200.000.
Ook verscheen iets dergelijks van Twenthe,
maar dan op de schaal 1:100.000. Deze kaart
jes vormden de eigenlijke voorlopers van onze
huidige toeristenkaarten. Zij hebben dienst ge
daan tot 1923. Toen verschenen de rijwielpaden-
kaarten van het Gooi en Utrecht 1 100.000
en van de Veluwe op dezelfde schaal. De kaar
ten kregen voor het eerst een kartonnen omslag
103
Tekst van de lezing, welke is uitgesproken tijdens
het middagprogramma van de jaarvergadering van
de Vereniging van Landmeetkundigen te Amsterdam
op 21 november 1969.