2. a. Wat weet gij omtrent boedelscheiding? b. Wat is inkorting volgens het erfrecht? c. Als gij als ongehuwde een testament zoudt laten maken, welke punten zoudt gij dan daarin op laten nemen? Motiveer uw ant woord. Op welke leeftijd kunt gij dit doen? d. Wat zijn legitimarissen in het erfrecht? e. Wat zijn legatarissen in het erfrecht? 3. Geef een kort overzicht van de moderne in zichten in het algemeen administratief recht ten aanzien van de verhouding tussen het bestuur enerzijds en de wetgeving anderzijds. Welke principiële tegenstellingen kunnen er rijzen tussen een (technisch) direkteur en een wethouder in de gemeentelijke sector? Hoe kunnen deze worden overbrugd? c.q. voorkomen? 4. Geef puntsgewijze een kort overzicht van de tenuitvoerlegging van vonnissen en (andere) authentieke akten volgens het burgerlijk procesrecht. HULPTECHNIEKEN Tijd: uur A. Geodetische astronomie 1. Bepaal de uurhoek van de ster Pollux op 1 juli 1971 om 21 uur MET X 20m 30s. 2. Welke instrumenten heeft men nodig voor: a azimutbepaling uit hoogte b uurhoek van de zon c Polaris d lengtebepaling e simultane lengte- en breedtebepaling vol gens Gauss. 3. Waarom neemt men bij breedtebepaling uit meridiaanshoogten liefst een Noord- en een Zuidster en bij lengtebepaling een Oost- en een Westster. B. Kartografie 1. Bij een normale azimutale projectie wor den de meridianen op de gewone wijze af gebeeld als rechten door de NP., de parallel cirkels als concentrische cirkels met straal R aardstraal). Toon aan dat deze afbeel ding conform is. 2. Geef aan welke betekenis Mercator had voor de ontwikkeling van de kartografie. C. Fotogrammetrie 1. Geef een korte omschrijving van: a horopter b binoculair onderscheidingsvermogen c indirecte stereoscopie d isogoonpunt e inversor f intreepupil g dwarsparallax h fotoschaal i kernvlak j vierpuntsmethode 2. Geef een uitvoeriger behandeling van één der onderwerpen: a Ontschranking b Radiaaltriangulatie c Relatieve oriëntering d Spiegelstereoscoop Opm.: Bij voldoende tijd kan nader worden in gegaan op een der resterende onderwer pen met dien verstande, dat c of d wordt gekozen indien al a of b is behandeld en omgekeerd. REGISTRATIE EN INDELING GRONDEN Tijd: 2j/> uur A. Kadaster 1. Als systeem van publiciteit van de rechts handelingen betreffende onroerend goed geldt hier te lande, ten aanzien van de recht hebbenden op de grond, het zogenaamde negatieve stelsel. Wat houdt dat in? 2. Wat zijn de bronnen waaruit het kadaster wordt bijgehouden? Komen via deze bron nen alle wijzigingen in de eigendomstoestand ter kennis van het kadaster? Zo neen, welke niet? 3. Wat is de functie van a het register 4 b het register 71 c de kadastrale legger? Beschrijf in het kort de samenstelling van deze registers. 4. Een heer komt aan de balie van het hypo theekkantoor en vraagt: „Welke eigendom men heeft mej. A onder dit hypotheekkan toor en zijn deze eigendommen met hypo theek bezwaard?" Wordt de vragensteller volledig ingelicht en zo ja, hoe en met behulp van welke regis ters? 216

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1971 | | pagina 24