Van rekenmachine
naar computer
door L. Spruijt, landmeetkundig ambtenaar B.
Een zoemer verbreekt de stilte.
Op een schakelkast flitst een lampje aan.
Een van de telexen begint te ratelen en spuwt
een stroom van getallen op papier. Er ver
schijnt tevens een lange, van honderden gaatjes
voorziene strook tape.
We bevinden ons in de ruimte waar de com
puter staat opgesteld. Een telexklant seint ge
codeerde gegevens door ter verwerking met de
computer.
Enige tijd later is de stilte weer hersteld.
Een operator scheurt de tape af en plaatst deze
in een aan de computer gekoppelde ponsband-
lezer.
Enige goedkeurende klopjes op de daarvoor
bestemde toetsen zijn voldoende om de com
puter tevreden te doen spinnen. „Niets voor
niets', schijnt ze te denken, want vrijwel on
middellijk daarna worden we geconfronteerd
met een nog grotere hoeveelheid tape. Het is
het resultaat van de rekenopdracht. Dan komt
de telex nogmaals tot leven, ditmaal om het
resultaat naar de telexklant terug te seinen.
We schetsten een van de laatste ontwikkelin
gen in de geschiedenis van de rekenafdeling.
Wanneer we daarnaast nog eens bladeren in
de reeds vergeelde formulieren, geproduceerd
in de beginjaren van de Meetkundige Dienst,
waarbij in sierlijk handschrift de berekeningen
zich aaneenrijgen, dan kunnen we ons bijna
geen groter contrast bedenken.
Het is een haast ondoenlijke zaak om in enkele
bewoordingen iets van deze ontwikkeling weer
te geven en we zullen ons dan ook moeten be
perken tot het belichten van een enkel aspect.
Reeds vanaf de jaren 30 verleent de rekenafde
ling hand- en spandiensten aan Rijkswater
staatsdiensten, die zich met het ontwerpen van
nieuwe wegen bezig houden.
Voor de rekenaar is hierbij het uitgangspunt
een op een situatiekaart getekende lijn, een as
lijn opgebouwd uit rechten, cirkels en over-
gangsbogen. De overgangsbogen bestonden
vroeger uitsluitend uit stukken van kubische pa
rabolen en lemniscaten. De as-lijn moest in
coördinaten worden vastgelegd.
Begonnen werd met het berekenen van het
meetkundige verband tussen de elementen,
waaruit de as-lijn was opgebouwd. Daarna wer
den de detailpunten op genoemde lijn berekend
(kilometrering).
Het geheel was een tijdrovende procedure,
waarbij dankbaar gebruik werd gemaakt van
de Brunsviga handrekenmachine, voorzien van
twee telwerken („de koffiemolen"). Ook de
Marchant elektrische tafelrekenmachine kwam
reeds vroeg in gebruik. Ze was nog wel niet van
al die gemakken voorzien als de tegenwoordige
machines van hetzelfde merk, maar ze leverde
toch reeds een positieve bijdrage in het auto
matiseringsproces. Ook zat de drang tot het
273
-cSSVv