Petri, ir. A. J. Bedaux en ir. A. Scheffer res pectievelijk luiden: ,,De Stad - Van Waar?", „De Stad - Waarheen?" en „De Stad - Hoe?". De heer Petri gaf in een vlot en boeiend betoog de ontwikkeling weer van de praehistorische, agrarische nederzetting tot de huidige stad en trok vervolgens deze lijn door tot de in de toe komst te verwachten uitgroei van de stad tot regio of „technopolis", welke term door spreker werd gedefinieerd als de pluricentrale, urbane bundeling van overheid, handel en industrie in een bepaalde landstreek. De heer Bedaux lichtte in zijn lezing deze ont wikkeling toe, die volgens spreker door auto nome krachten wordt veroorzaakt, waarvan de planoloog slechts de consequenties zichtbaar kan maken. Spreker gaf aan dat het bij deze ontwikkeling niet uitsluitend om stadsuitbrei ding, maar ook om stadsvernieuwing gaat. Ir. Scheffer besprak vervolgens bij de beant woording van de vraag „De Stad - Hoe?" de moeilijkheden in het sociale zowel als het fi nanciële vlak bij de sanering en reconstructie van oude binnensteden; ter oplossing van de hierbij optredende problemen kan misschien een stedelijke ruilverkaveling een middel zijn. De discussie aan het eind van de eerste dag was levendig; voor de beantwoording van de vragen had een forum, bestaande uit de heren inleiders en onder voorzitterschap van de heer De Bruin, achter de groene tafel plaatsgenomen. De in gediende vragen en de bij de behandeling er van uit de zaal komende replieken waren eer der politiek en sociaal gericht dan landmeet kundig, hetgeen misschien de in vergelijking met voorgaande congressen kwantitatief gerin gere belangstelling en het voortijdige vertrek van een aantal toehoorders verklaart. Het was reeds tien over vijf toen de heer De Bruin de inleiders hartelijk dank zegde voor hun bijdrage aan de eerste congresdag, welke dank door de zaal met een hartelijk applaus werd onderstreept. De lezingen van de tweede dag, waarvan de onderwerpen uit de praktijk van de landmeet kunde waren gekozen, trokken een redelijke be langstelling, hoewel duidelijk geringer dan op de eerste dag; misschien verdient het aanbeve ling met deze verminderde belangstelling reke ning te houden door in het vervolg dit congres in plaats van op vrijdag en zaterdag, op don derdag en vrijdag te organiseren. De tentoonstelling was indrukwekkend; door maar liefst zesentwintig exposanten was een keur van opname- en verwerkingsapparatuur op ruime en overzichtelijke wijze tentoonge steld, zodat de grote schare belangstellenden een goede indruk hebben kunnen opdoen van hetgeen de optische- en elektronische industrie anno 1971 de beoefenaar van de landmeetkunde hebben te bieden en in welke richting de ont wikkeling in de toekomst zal gaan. Jalon en meetband, tot voor kort de voornaamste hulp middelen bij het landmeten, lagen wat verloren tussen Distomat en Geodimeter, Digimeter en elektronische tekenautomaat als ornament of ter afscheiding van de stands onderling. Het was vooral de tentoonstelling, waar de belang stelling van de honderden bezoekers naar uit ging- Buiten het nuttige van het congres en expositie was er ook het aangename van het weerzien van vriend en collega, de gezelligheid, die voor al tot zijn recht kwam bij het avondprogramma van de eerste dag, waar in het smaakvol inge richte restaurant van het Postiljon-Motel de deelnemers en hun dames werden vergast op een exquis „Scandinavisch Buffet". Bij de ope ning van de avond bracht de voorzitter van de congres-commissie, de heer B. H. W. Benda, de afgetreden congrescommissie, welke bestond uit de heren Schrikkema, Tijsmans en Benda, hulde en dank voor hetgeen zij bij de voor gaande congressen hebben gepresteerd, waarna hij hun met hun echtgenoten de gelegenheid gaf als eersten uit de vele, voortreffelijke ge rechten een keuze te maken. De avond werd opgeluisterd door het „Arnhem-Kwartet" en de klanken van dit ensemble heeft menig paar tot een dans kunnen verleiden. Van de gezelligheid van deze avond hebben de dames, ongeveer zeventig in getal, een voor proef kunnen genieten in het programma van de eerste dag, dat hen aan boord van de luxe 306 Het forum.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1971 | | pagina 18