BOEKAANKONDIGINGEN
zin dat de eis dat het bedrijf diende te worden
beëindigd in het kader van de beëindigings
vergoedingsregeling van het fonds is komen te
vervallen en vervangen door de algemenere eis
dat het bedrijf binnen twee jaar dient te worden
beëindigd. Een bijdrageregeling werd vastge
steld in het kader waarvan aan oudere agrari
sche werknemers die om structurele redenen het
landbouwbedrijf waarop zij werkzaam zijn moe
ten verlaten een bijdrage van 3.000,— (op
geblokkeerde en rentedragende rekening) kan
worden verleend.
Als belangrijkste ontwikkelingsbijdrageregelin
gen die in het verslagjaar werden vastgesteld,
kunnen nog worden genoemd de bijdragerege
ling stimuleringspremie aan glastuinbouwbedrij
ven voor de ombouw van hun verwarmings
installaties op aardgas, de bijdrageregeling in
zake de stimulering van de bekalking ter ver
betering van de bodemfysische toestand van de
kleigronden in Groningen, de bijdrageregeling
ter bevordering van proefnemingen op het ge
bied van rationele rundvleesproductie, de bij
drageregeling experimentele goedkope rundvee
stallen en een nieuwe bijdrageregeling bedrijfs-
verzorgingsorganen.
Bedrijfsbeëindiging in 1970
Sinds 1 januari 1968 is de nieuwe Beëindi
gingsvergoedingsregeling (Bestuursbesluit no.
25) van kracht ter vervanging van de Beëindi
gingsregeling I (1964) en II (1966). De werk
zaamheden met betrekking tot de regelingen I
en II beperkten zich in het verslagjaar tot het
verrichten van betalingen. In totaal waren in
het kader van deze regelingen per 31 december
1970 nog 6293 resp. 252 ondernemers in be
taling.
Bestuursbesluit no. 25
In het verslagjaar werden 1236 aanvragen in
gediend, ruim 31% meer dan in het jaar 1969.
Deze stijging strekt zich uit over het gehele jaar,
met uitzondering van de maand december, aan
gezien toen bekend werd dat de bestaande rege
ling gunstig zou worden gewijzigd.
In totaal waren per 31-12-1970 3022 aanvra
gen ingediend, waarvan per ultimo 1970 in 690
gevallen de aanvragers een uitkering ontvingen.
Afgewezen op de basisvoorwaarden werden in
totaal 421 aanvragen (21,5%), terwijl 165 aan
vragen (8,4%) door het bestuur werden afge
wezen. Ingetrokken werden 199 aanvragen
(10,1%), terwijl 252 aanvragen (12,8%) ver
vielen ingevolge artikel 16 van Bestuursbesluit
no. 25.
Wat het verslagjaar betreft valt op te merken
dat van de afgewerkte aanvragen 52% tot een
overeenkomst heeft geresulteerd, tegen 44% in
1969. Deze stijging is voornamelijk toe te schrij
ven aan het feit dat het aantal afwijzingen door
het bestuur daalde van 11,4% in 1969 tot
6,5% in 1970 en aan het feit dat het aantal
aanvragen dat ingevolge artikel 16 vervallen is
verklaard, is gedaald van 17,6% in 1969 tot
14,4% in 1970.
In de leeftijdsverdeling van de beëindigende
ondernemers (op het moment van de beëindi
ging) valt een opmerkelijke verschuiving te con
stateren. Deze verschuiving houdt ten opzichte
van 1969 een stijging in van het aantal beëin
digende ondernemers in de groep ouder dan
50 jaar van 8,6% tot 11,9% en in de groep
van 60-65 jaar van 12% tot 15,8%. Daaren
tegen daalde het percentage van de beëindigen
de ondernemers in de groep 50-60 jaar van
77,2% in 1969 tot 71% in 1970. Het percen
tage van de groep beëindigende ondernemers
boven de 65 jaar daalde van 2,2% in 1969 tot
1,3% in 1970.
De uitkering ineens bedroeg in het verslagjaar
gemiddeld 7.322,tegenover 7.461,in
1969. Van de 521 ondernemers van wie de
beëindigingsdatum in 1970 is gelegen ontvin
gen 30 ondernemers (5,7%) geen uitkering
ineens, aangezien de bedrijfsomvang in punten
gemiddeld minder dan 2500 bedroeg. In 1969
bedroeg dit percentage 3,7%.
KWADRAATTAFEL EN BOGENBOEKJE
Bij de N.V. Uitgeversmaatschappij Agon Else
vier, Amsterdam/Brussel verscheen „Kwadraat
tafel en bogenboekje" door K. Wagenaar ing.
(ingenaaid, 75 blz., 8.50).
Het boekje bevat de kwadraten van 0,00 tot
250,00 in twee cijfers achter de komma; tafel
2 en 3 vormen samen het (cirkel)bogenboekje;
tafel 4 en 5 zijn omrekeningstabellen voor hoe
ken in het decimale stelsel naar het sexagesi-
male stelsel en omgekeerd.
Het bevat dus geen gegevens voor overgangs-
bogen. Tafel 2 geeft bij een gegeven hoek b
(0,00 0,02 0,04 0,06 gr enz.) de tangens van
y2v. in vijf cijfers achter de komma. Men kan
dan zelf, na vermenigvuldiging met een straal
R, een tangentlengte R. tg x/ a) bepalen.
Tafel 3 geeft bij een gegeven straal (20 25 30
35 m enz.) en een gegeven abscis (2 4 6 8 m
enz.) vanuit het tangentpunt, een ordinaat in
mm. B. N.
313