Voor het voor de recreatie bestemde gebied
stelt de regering voor, op grond van de Ont
eigeningswet tot eigendomsverwerving over te
gaan. Voor het gebied, dat zijn agrarische be
stemming zal behouden, wordt een herverkave
ling voorgesteld. Een reconstructiecommissie,
onder voorzitterschap van een lid van gedepu
teerde staten van Zuid Holland, zal met de lei
ding van de uitvoering van het project worden
belast.
Bezwarenprocedure
Zoals bekend, werd in juli 1970 de kaart van
het onderhavige gebied ter visie gelegd teneinde
belanghebbenden in de gelegenheid te stellen
hun bezwaren tegen de verklaring ten algemene
nutte van het voor de recreatie te verwerven ge
bied kenbaar te maken. Daarop zijn 75 be
zwaarschriften binnengekomen. Deze zijn door
de Commissie Bezwaarschriften Midden-Delf
land samengebracht in een rapport dat als bij
lage bij de Memorie van Toelichting is gevoegd.
De kosten van de reconstructie
De kosten van de voorzieningen in het recrea
tiegebied, die ten laste van de Staat komen,
worden geraamd op 118 miljoen en die in het
agrarische gebied op 35 miljoen.
Ten laste van het Rijk komen alle reconstructie-
kosten voorzover deze niet bij wet of krachtens
overeenkomst door anderen worden gedragen.
Ten laste van hen, die eigenaar in het agrarisch
gebied blijven, komen de eventuele waardever
meerderingen ten gevolge van de werken en het
plan van toedeling, alsmede de kosten van voor
zieningen tot uitvoering waarvan bij overeen
komst tussen de Reconstructiecommissie en de
betrokkenen wordt besloten (zoals bijv. de stich
ting van een nieuw bedrijfsgebouw).
Geheel of gedeeltelijk ten laste van de openbare
lichamen komen de kosten van voorzieningen
waarvan de opname in het plan afhankelijk is
van een bijdrage door het betrokken openbare
lichaam. Het ontwerp maakt mogelijk, dat alle
te treffen recreatieve voorzieningen worden op
genomen in het plan van voorzieningen. Het is
mede hierom niet mogelijk thans reeds aan te
geven welke voorzieningen, die op grond hier
van worden uitgevoerd, ten laste van het Rijk
en welke ten laste van het op te richten recre
atieschap (d.i. het orgaan van de samenwer-
kingsregeling) behoren te komen. Het is de be
doeling dat de basisvoorzieningen in het recre
atiegebied geheel ten laste van het Rijk zullen
komen.
VRIJSTELLING OVERDRACHTS
BELASTING BIJ AANKOOP NABURIG
LAND
Zoals bekend, is sedert 1 januari 1972 het regi
stratierecht vervangen door de overdrachtsbe
lasting, onderdeel van de Wet op Belastingen
van Rechtsverkeer. Hierin is opgenomen een
landbouwvrijstelling, die betrekking heeft op de
aankoop van naburige landerijen voor bedrijfs-
vergroting.
Om in aanmerking te komen voor deze vrij
stelling moet aan de volgende voorwaarden zijn
voldaan:
- Kopers moeten reeds eigenaar zijn van grond,
of op de grond, die ze reeds exploiteren, een
recht van erfpacht of beklemming hebben.
Als dus een pachter buurmans grond wil ko
pen, valt hij buiten de prijzen.
- De aankoop van de grond moet in het belang
zijn van verbetering van de landbouwstruc
tuur. Bedrijfsvergroting op zichzelf is daartoe
niet voldoende.
- De vrijstelling geldt tot maximaal een ver
dubbeling van het land, dat men reeds in
eigendom, erfpacht of beklemming heeft.
Koopt men meer, dan is alleen het meerdere
belast.
- Het reeds in bezit zijnde land dient men ge
durende tenminste vijf jaar in eigendom, erf
pacht of beklemming te hebben.
Door de Staatssecretaris van Financiën is een
overgangsregeling getroffen. Hierin is bepaald
dat de termijn van vijf jaren berekend wordt van
1 oktober 1970 af. Wie vóór deze datum reeds
grond in eigendom, erfpacht of beklemming
had, kan volledig van de vrijstelling profiteren,
mits natuurlijk aan de andere voorwaarden is
voldaan.
Als nu een beginnende boer of tuinder pas
vorig jaar, in 1971 dus, het bedrijf van zijn
ouders in eigendom overnam, kan hij dan pas
in 1976, dus na vijf jaar, grond bijkopen met
vrijstelling van overdrachtsbelasting? In dit ge
val mag de termijn van de eigendom enz. van
de ouders meetellen. Als dus ouders het bedrijf
overdragen aan hun kind met vrijstelling en
daarna koopt het kind naburige grond bij, dan
geldt hier de vrijstelling bij aankoop van nabu
rige landerijen. Voor de berekening van de ter
mijn van vijf jaar wordt de bezitstermijn van
ouders en het kind samengevoegd.
Ten aanzien van het begrip „naburige" lande
rijen, kan het volgende worden opgemerkt:
„Naburig" is in elk geval ruimer dan „aangren
zend". Wat nu precies naburig is en wat niet
99