afgifte, dus het instrument met toebehoren
eerst laten acclimatiseren;
- het vertikaal opstellen van het instrument
zeer belangrijk is.
Alvorens over te kunnen gaan tot het bepalen
van de schaaljactor k, de evenredigheidsfactor
c en de ijkcorrectie, moet eerst de nulpositie
van het gyromerk bepaald worden volgens de
volgende procedure [5], [10]:
- laat de gyroscoop met onbekrachtigde motor
een vrije slingering uitvoeren,
- lees 4 omkeerpunten af volgens de schaal
methode (2 links en 2 rechts),
- bepaal het verschil tussen het gemiddelde van
deze aflezingen en de nulstreep van de gyro-
schaal,
- dit verschil mag niet groter zijn dan ±1-2
schaaldelen, is het meer, dan moet een juste
ring uitgevoerd worden op de bovenste band
klem.
De schaaljactor k wordt op de volgende wijze
bepaald (zie V.2, fig. 18):
- bepaal volgens de schaalmethode of de om-
keerpuntenmethode (2 omkeerpunten) de
voororiëntering N0' (afgerond op hele mi
nuten),
- stel het instrument in op N} (N0' 1
en verricht 4 aflezingen volgens de schaal
methode met draaiende gyro-tol,
- bepaal de algebraïsche som AAt van het ge
middelde van de linker- en van de rechter
aflezingen, AA1 is positief,
- stel het instrument in op N.2 (N0' 1°),
herhaal de voorgaande procedure en bepaal
A A 2, welke negatief is,
- bereken k op 1 decimaal nauwkeurig uit:
k -
2°
7200'
AAt AA2 AAt AAo
algemeen:
A,
A,4, A^,
(38)
De evenredigheidsfactor c wordt op de volgen
de wijze bepaald (zie V.3, fig. 18):
- bepaal volgens de schaalmethode of de om-
keerpuntenmethode (2 omkeerpunten) de
voororiëntering N0' (afgerond op hele minu
ten);
- stel het instrument in op N010')
en bepaal volgens de tijdmethode 4 nuldoor
gangen en de schaalaflezingen van de 3 tus
senliggende omkeerpunten;
- bereken uit de 4 tijdwaarnemingen de ge
middelde tijd Atl i/2 (tl 3t2 3t3
t4), A t, is positief;
- bereken uit de 3 schaalaflezingen de gemid
delde waarde A, volgens:
Ax
at 2 a, fl3
hierbij worden de tekens van de schaalafle
zingen niet in rekening gebracht;
- stel het instrument in op N2 N„10'),
herhaal de voorgaande procedure en bepaal
At2, welke negatief is en A2;
bereken c op 2 decimalen nauwkeurig uit:
20'
1200"
A\Atj A2At2 AtAt, A2At2
algemeen:
N2~N,
At At, A,At2
(39)
- de evenredigheidsfactor c is alleen geldig, in
dien de voororiëntering Ntl' binnen 15' juist
is.
De ijkcorrectie wordt vastgesteld door een cali-
bratiemeting te verrichten volgens de volgende
procedure, nadat eerst de nulpositie van het
gyromerk gecontroleerd is:
- bereken de richting N naar het Ge.N. uit de
gegeven calibratierichting, eventueel de meri
diaanconvergentie toepassen, waarbij a de
hoek is tussen de gegeven astro-richting en
het Ge.N.,
- stel het instrument in op N als voororiën
tering,
- meet 3 series met tussentijds arrêteren vol
gens de tijdmethode,
- bereken de N„ van elke serie en bepaal het
gemiddelde hiervan (het verschil tussen het
gemiddelde en de enkele waarde mag niet
groter zijn dan 30"),
- bereken het astronomisch azimut van de cali
bratierichting uit: A' N„ a, dus zonder
een ijkcorrectie toe te passen,
- bereken de ijkcorrectie uit het verschil tussen
het gegeven azimut en het berekende azimut:
ijkcorrectie A A' (N„ AN0 A
(N0 a) AN0 A
- indien de ijkcorrectie groter is dan 10' moet
het instrument gejusteerd of gerepareerd wor
den (niet zelf doen).
- indien het gyromerk niet samenvalt met de
nul-index van de gyro-schaal, dient de waar
de van deze noordcorrectie genoteerd te
worden bij de ijkcorrectie, teneinde indien
nodig een bandcorrectie te kunnen toepassen
(zie verg. 35).
117
c