Uit de goed geschoolde vakmensen zijn uit de begintijd van de Engelse kartografie kaartmakers als Saxton, Norden (1548-ca. 1625), wiens werk veelomvattender is dan dat van Saxton, Symonson (overl. 1598) e.a. voort gekomen, hoewel ondanks hun goede werk en dat van Robert Lythe en Ralph Agas „the general practice was far from scientific Zo was het in 1570. Er opereerden verscheidene lay-surveyors, die men echter wel moet onder scheiden van de kroonlandmeters, die al sinds 1515 optraden. Zo weten wij, dat o.m. Merca tor zijn kaart van 1564 van de Britse eilanden samenstelde voornamelijk uit Engelse informa ties en dat Ortelius in 1573 kaarten publiceer de, die enige jaren eerder in Engeland gereed gekomen waren, b.v. een kaart van Humphrey Lluyd. En de kopie van Quartermaster's Map" van 1644, gegraveerd door Hollar, welke kaart meest bij het veldleger werd gebruikt, moet worden gezien als samengesteld vrijwel uitsluitend met behulp van Saxton's origineel (Latere drukken van Jeimer-1671, Garreit- 1688 en Rocque-1752 geven wel meer wegen, maar Saxton's werk is toch een paar eeuwen intact gebleven). Om op Saxton terug te komen, in 1572 droeg Thomas Seckford (overl. 1587, een advocaat verbonden aan het Engelse Hof en Master of the Requests van koningin Elisabeth) Saxton op, alle landen van Engeland en Wales op te meten en in kaart te brengen. Op 22 juli 1577 kreeg hij toestemming tot publikatie voor 10 jaar. In de licentie staat o.m. dat hij ,,a greate nomber of the severall counties and sheires has drawen oute and set fourthe diverse trewe and pleasawnte mappes, chartes or platts (De volledige tekst is opgenomen in dl 3 van Ty pographical Antiquities"or an Hist, account of the origin and progress of printing in Gr. B. and I., by Joseph Ames and William Herbert, London 1790). Er is onzekerheid omtrent zijn positie in het huishouden van Seckford; „a ser vant", zoals in Chubb, The printed maps repr. 1966 wordt verondersteld, was hij o.i. niet. Toen hij zijn eerste nationale atlas produceerde, was hij niet ouder dan 28 jaar. Men heeft er zich steeds over verbaasd, dat deze jonge toen onbekende Yorkshireman met betrekkelijk weinig training zulk uitstekend werk kon leve ren. Over zijn werkwijze is zeer weinig bekend, maar zijn grote werk, 34 county-plans, zou hij in minder dan 7 jaren hebben voltooid. Waar schijnlijk schetste hij vanaf heuvels en liet hij zijn helpers beneden inlichtingen verzamelen over plaatsnamen, afstanden en grenzen. Zoals Jac. v. Deventer een Spaanse opdracht met vrij geleide had (Geodesia 1968-11), zo ook werd Saxton beschermd door een brief van het toen malige vorstendom Wales, door welke autoriteit hem zelfs een Welsh en Engels sprekende ruiter werd meegegeven als gezelschap. Elders heet het dat hij moest worden „conducted unto any towre, castle, high place or hill to view the country accompanied with 2 or 3 honest men such as do best know the country for the better accomplishment of that service". Het is bekend dat ook Robert Lythe voor zijn grote kaart van Ierland (1570) gebruik maakte van plaatselijke gidsen voor aanwijzing van grenzen en uitzichtpunten, waardoor hij veel onkosten maakte door het huren van paarden en boten. Lythe's Survey Map bestaat nog als 214 resmm G* ralamn alvironJas.m a/jre Een vignet uit „The surveyor" van Aaron Rath- borne (1616): de landmeter aan het werk.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1972 | | pagina 6