en visserij na een schets van huidige en toekom stige ontwikkelingen in onze landbouw, een aantal opmerkelijke uitspraken over het toe komstige Iandinrichtingsbeleid gedaan. Ir. S. Herweijer ging daarbij uitvoerig in op de verschillende functies van het platteland en de aanspraken die op de groene ruimte worden gemaakt door enerzijds een zich steeds verder rationaliserende landbouw en anderzijds door andere niet-agrarische gebruikers. Bij de in richting van het landelijk gebied is het dan ook noodzakelijk te komen tot een evenwichtige af weging van de diverse functies. Dit houdt tevens in het stellen van prioriteiten. Eensdeels zal moeten worden overgegaan tot scheiding van functies. Anderzijds verdient het zoeken naar nieuwe verantwoorde vormen van integratie voor bepaalde gebieden grote aandacht. Instrument voor de boeren en tuinders Er is steeds gebouwd en verbouwd aan het platteland en het zal voor vele delen van het land van belang zijn dat dit proces wordt voort gezet, met name de schaalvergroting. Dit uit gangspunt leidt tot de volgende conclusies: een agrarisch inrichtingsplan moet worden geënt op toekomstige exploitatievormen teneinde kapitaalverliezen te vermijden. denkwereld en houding van zgn. "blijvers" en "wijkers" zullen ten opzichte van ruil verkaveling en landinrichting verschillend zijn. het wordt van toenemend belang de plan nen in overleg met de ondernemers op te stellen en hen ten aanzien van de uitvoering bepaalde onderdelen individueel te laten beslissen. Directeur-generaal Herweijer ging op enkele onderdelen van het inrichtingsplan iets nader in. Ten aanzien van de ontsluiting ziet hij een tendens tot minder openbare wegen (schaal vergroting), maar met hogere kwaliteitseisen (tankmelken, bulkvervoer). Ook voor de wa terbeheersing is een voortdurende verbetering van veel belang, waarbij de voor- en nadelen van beekverbetering tegenover partiële aan koop dan wel onteigening van oeverstroken met inundatie, het overwegen waard zijn. Voor de verkaveling zowel van bouwland als gras land zijn grote kavels van betekenis, terwijl de eventuele integrale perceelsverbetering van in dividuele factoren afhangt. Tenslotte: de bedrijfsvergroting is geen doel in zichzelf bij de ruilverkaveling, maar wel van belang voor het rendement van de investerin gen. Een zekere economische rivaliteit tussen de spontane en georganiseerde bedrijfsvergro ting is zeer wel aanwezig. Bedachtzaam optre den met het prijsbeleid van de Stichting Beheer Landbouwgronden is daarom gewenst. Instrument voor niet-agrarische functies Bij een bespreking van de niet-agrarische func ties van de landelijke gebieden maakt ir. Her weijer een duidelijk onderscheid tussen de in frastructuur en de open ruimte daarbinnen, met andere woorden tussen het net en de ma zen. Met betrekking tot de infrastructurele ele menten van de ruilverkaveling merkte hij onder andere op: Bij aanleg en verbetering van plattelandswegen moet rekening worden gehouden met het niet- agrarisch verkeer; dit eist bijdragen van derden om de eigenaren niet onevenredig te belasten. De functie van watertransportweg in de lan delijke gebieden wordt steeds onbelangrijker. Het belang van de kwalitatieve waterbeheersing zal in de plannen zwaarder gaan wegen, mede naarmate de relatie sterker wordt met water sport en oeverrecreatie, met name de sport- visserij. Het tegemoetkomen aan gerechtvaar digde verlangens naar beter wonen en buiten wonen wordt via bestemmingsplannen gehono reerd, maar kan consequenties hebben voor de plannen. Aandacht vraagt hierbij vooral een geïntegreerde visie ten aanzien van de land schappelijke inrichting, bijv. bossen planten waarin later eventueel ook woningen kunnen worden gebouwd. Er moet gebruik worden ge maakt van de "verschuivingsmogelijkheden" in de ruilverkaveling, door recreatievoorzieningen daar te treffen waar zij het hoogste rendement opleveren. Het vervullen van deze functies van bedoeld netwerk vraagt wèl aanpassingsvermo gen, creativiteit en durf, maar roept geen bij zondere moeilijkheden op. Merkwaardig genoeg komen moeilijkheden te voorschijn in de dis cussies over de toekomst van de open ruimte. De groene mazen tussen het net Iedereen, die de krant leest of naar de televisie kijkt zal het wel bemerkt hebben: er ontstaat in ons land een toenemende spanning tussen de schaalvergroting in de landbouw enerzijds en de landschappelijke en natuurwetenschappelijke belangen anderzijds. Zo nu en dan dreigt er een polarisatie plaats te vinden, die het berei ken van een verantwoord compromis bemoei lijkt. De problematiek is bovendien zeer com plex: kleinschalige landschappen, stroomdalen, verharden van zandwegen, beekverbetering, heggen, bomen, oude boomgaarden enz. 307

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1972 | | pagina 15