plaatsen dergelijke punten wel op een signaal
lijst.
5. Middelpuntscoördinaten.
De middelpuntsberekening kan als volgt tot
stand komen. De coördinatenlezer kan de
plaats meten waar het perceelnummer staat of
het beste geplaatst kan worden en dit punt kan
als zwaartepunt beschouwd worden. Het punt
kan voor verschillende doeleinden een rol spe
len, waarbij het vaak voldoende zal zijn om de
nauwkeurigheid op 100 of 10 meter te hebben.
Met de aangegeven oplossing krijgt men een
nauwkeurigheid van ongeveer één meter, het
geen voor de plotter nodig is, om het perceel
nummer juist te plaatsen.
6. Blad- en ruit aanduiding.
Het is duidelijk dat, als alle perceelnummers
met hun middelpuntscoördinaten in een bestand
zitten het zoeken naar de laagste X niet moei
lijk is. Door tevens de schaal aan de computer
op te geven, is het mogelijk om door de com
puter de stroken met eenzelfde ruitnummer te
laten opzoeken. Een zelfde werkwijze gebeurt
ook t.a.v. de Y. De gevonden ruitaanduiding
kan in de lijst, in het bestand en op de plot
verwerkt worden.
7. Herkennen van een zelfde lijn.
Het herkennen van zelfde lijnstukken door het
programma is van belang om metingen die in
het ene perceel gedaan zijn in de berekening
van het aanliggende perceel te betrekken, en
omgekeerd, en ook om metingen in beide per
celen gedaan tot één geheel om te vormen. De
techniek die hiervoor nodig is, is de sleutel van
het hele probleem en iets nieuws voor het Ka
daster.
In een volgend artikel zal nader worden ver
klaard hoe dit kan worden gerealiseerd.
8. Percelen binnen een perceel.
Voor die gevallen waarbij een perceel geheel
binnen een ander perceel valt, zoals in plans
waarin een uitbreidingsplan wordt gerealiseerd,
veel voorkomt, is een speciale procedure no
dig. Eerst wordt het grote perceel gemeten met
de enclaves. Daarna wordt twee maal een re
cord aangemaakt m.b.v. het op de digimeter
aanwezige toetsenbord. Het eerste bevat het
grote perceelnummer dat er nog instond van de
zojuist beëindigde meting; dan komt het eiland-
perceelnummer met een andere code.
Er wordt daarna gewoon gemeten enz. Het pro
gramma weet door de code dat dit perceel ge
woon behandeld moet worden, doch dat van
de oppervlakte van het grote perceel deze groot
te moet worden afgetrokken.
9. Met werkplan 1-figuratie het werkplan 2
tekenen.
Om bij de waarde-berekening van het werk
plan 1 geen dubbel werk te moeten doen is ge
zorgd dat de metingen hiervoor een zelfde di-
gimeterband opleveren als die voor het digita-
liseerproces. Met andere woorden er moet
eenmaal gemeten worden op het werkplan 1,
waarbij de waarden enz. uit de metingen bere
kend kunnen worden doch de resultaten van de
meting ook kunnen omgezet worden in:
a. een kaart op elke gewenste schaal en met
elke gewenste bladindeling eventueel met
selectiemogelijkheid om alleen de percelen
of alleen de klassegrenzen te tekenen.
b. de resultaten van de metingen die later ge
bruikt kunnen worden om de schatting op
het werkplan 2 te tekenen. Enig handwerk
blijft hierbij nog over namelijk het bijwer
ken van de randen. De figuratie van de
klassen zal ook over de wegen en waterlo
pen uitgevoerd worden, hetgeen naar onze
mening, geen onoverkomenlijk bezwaar zal
opleveren.
VI Slotopmerkingen
Het hierbij aangebodene bevat materiaal om
over te discussiëren waarbij het van belang is
te bedenken, dat de functies passen in een alles
omvattend geheel. In het hierna volgende
schets-systeemontwerp is ook te zien dat ruim
te is gereserveerd in de records zodat het pro
ject in fasen uit te voeren is, zonder dat in de
invoerprocedure veel gewijzigd moet worden.
Getracht is de handelingen voor de coördina
tenlezer in alle gevallen vrijwel identiek te hou
den, zodat een meting voor verschillende doel
einden gebruikt kan worden.
In verband met de informatieoverdracht van en
naar een andere computer lijkt het belangrijk
dat de computer waarop dit systeem wordt ge
realiseerd, beschikt over een aantal tape units.
Dit medium heeft namelijk het voordeel dat er,
in tegenstelling tot ponsband weinig storingen
optreden, terwijl het voor het langdurig op
slaan van bestanden het meest geschikt is.
Om het een en ander te verduidelijken zal in
een volgend hoofdstuk een schets-systeemont
werp beschreven worden waarin de essentiële
punten meer gedetailleerd toegelicht worden.
Ook zal aan de hand van een eenvoudig voor
beeld het proces worden toegelicht, waardoor
het voor ieder mogelijk is na te gaan of het
beschreven systeem inderdaad realiseerbaar is.
73