In een lokaal assenstelsel worden de argumen ten van de veelhoekszijden en de coördinaten van begin- en eindpunt bepaald, benevens het argument en de afstand van begin- naar eind punt. Deze laatste twee grootheden worden te vens uit de gegeven coördinaten van begin- en eindpunt bepaald. Uit de beide verkregen af standen wordt de vergrotingsfactor bepaald en toegepast op de gemeten lengten. Het verschil tussen beide berekende argumenten van begin- naar eindpunt wordt nu gecorrigeerd op de ar gumenten van de veelhoekszijden in het lokale stelsel, waarna de veelhoek op de conventionele manier berekend kan worden. Deze methode is ontwikkeld omdat de reeds lang gebruikelijke methode bestaande uit bere kening van de punten in een lokaal stelsel die daarna getransformeerd worden naar het RD- stelsel, volgens de auteurs te weinig controle in zich draagt bij de transformatieberekening. Be rekening van een gelijkvormigheidstransforma tie in het formulier Kad. nr. 46 biedt echter afdoende controles! Bij de behandeling van de richtingsmeting heeft men nog het oude kadastrale hoekmeetformu- lier gebruikt, terwijl een nieuw formulier zijn intrede reeds heeft gedaan. Derhalve dienen de kolommen 6 en 7 te worden vervangen door resp. Herleide richtingen en Gemiddelde der herleide richtingen. Bij de berekening van de standaardafwijking in de richtingsmeting vindt men q door elke waar neming van het overeenkomstige gemiddelde af te trekken en niet het omgekeerde zoals ver meld wordt. In het veelhoeksregister op blz. 105 dient de kolom gemiddelde gemeten temperatuur te wor den vervangen door: gemiddelde gemeten leng te. De hierin vermelde afstanden dienen alle in mrn's te worden vermeld. Hetzelfde geldt voor de kolom: lengte terug. Op blz. 115 lezen we: „Indien een veelhoek begint in een punt van een andere veelhoek van een hogere orde, kun nen we als oriënteringsrichting één (of beide) aansluitende zijde(n) van deze veelhoek gebrui ken. Voorwaarde is echter dat de te maken veelhoek gelijktijdig of nagenoeg gelijktijdig met de gegeven veelhoek wordt gelegd, omdat we dan absolute zekerheid hebben, dat het aan- sluitingspunt en het oriënteringspunt nog geheel ongestoord zijn". Hierbij zij opgemerkt dat dit alleen is toege staan wanneer bij de richtingsmeting van de veelhoek van hogere orde in het aansluitings- punt tevens de richting naar het eerstvolgende punt van de andere veelhoek wordt gemeten. Wanneer dit niet gelijktijdig geschiedt kieze men een afsluitrichting minstens ter lengte van de tweede veelhoek. Het hoofdstuk eindigt met Uitgewerkte meetop- drachten. Op duidelijke kaarten heeft de lezer de mogelijkheid om grondslagverkenning op pa pier uit te voeren. In het volgende gedeelte van het boek worden „Bijzondere onderwerpen" be licht, waarin aandacht wordt geschonken aan ruimtelijke metingen, uitzetten van cirkelbogen en uitzetten met de theodoliet. Het boek eindigt met het onderwerp Uitzetten. De schrijvers behandelen hierin achtereenvol gens: eenvoudige uitzettingen, het rekenen met lijnvergelijkingen, het matenplan, uitzetten en maatvoeren in de bouw, het uitzetten van een hoog gebouw in één landmeetkundig verband en het uitzetten van wegen. In het boek komen een aantal landmeetkundige benamingen voor zoals sluitfout, signaleren, gedwongen centrering, centreringsfouten, minu ten- en secondentheodoliet, die beter vervangen hadden kunnen worden door resp.: sluitterm, signaliseren, geleide centrering, centreerafwij- kingen, centigaden- en decimilligradentheodo- liet. Ondanks het feit dat dit 214 bladzijden tellend boek, voorzien van een moderne kleurige om slag, niet altijd even zorgvuldig is samengesteld, zijn de schrijvers toch wel in hun opzet ge slaagd. Het werk is een goede aanvulling van de op dit gebied bestaande literatuur en voorziet in een behoefte. Door de vele uitgewerkte prak tijkvoorbeelden met daarnaast de vele praktijk- opgaven is het boek geschikt voor hen die zich in het landmeten en waterpassen willen bekwa men. 105 P. G. Kadaster Benoemd m.i.v. 1-3-1973 tot hfd. ing. C. H. H. School, Roermond; tot tek. B 3e kl. rnej. J. H. Bruynzeels, Apeldoorn CTO; m.i.v. 1-4-1973 tot techn. ambt. J. Stienstra, Nijmegen. Eervol ontslagen m.i.v. 1-7-1973 de hfd. ing. H. A. Steyn Parvé, Haarlem; m.i.v. 1-6-1973 de hfd. ing. C. Roggeveen, Nijmegen; m.i.v. 1-5-1973 de techn. ambt. Ie kl. W. G. Koopman, Eindhoven; m.i.v. 1-7- 1973 de lmk. ambt. A A. F. A. Piederiet, Eindhoven R. Verplaatst m.i.v. 1-4-1973 de lmk. ambt. N. J. Jonker van Eindhoven R naar Eindhoven en de adj. lmk. ambt. R. J. H. van den Heuvel van Utrecht R naar 's-Hertogenbosch.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1973 | | pagina 17