De Murasü-tabletten In 1893 werden door een Amerikaanse groep van de Pensylvania-universiteit meer dan 700 gebakken kleitabletten gevonden bij Nuffer (het vroegere Nippur), 10 km zuidwest van Baby- Ion. De vindplaats bleek de hoofdzetel te zijn van de bank der familie Murasü. Later, in 1900, groef men wel 23000 tabletten op uit de biblio theek van de tempel Bel, daterend uit de 23e eeuw v. Chr., maar het bijzondere van boven bedoelde familietabletten was, dat ze stammen uit de tijd van de Achémeniden. Uit die periode (van de bekende koningen Artaxerxes I en Da rius II) was nog zeer weinig bekend geworden. Voor de studie van het recht zijn ze belangrij ker dan b.v. de archieven van Tehiptilla, die door Chiera bij Nuzi gevonden werden. Verscheidene vakgeleerden hebben zich met deze serie bezig gehouden. Publikaties vindt men o.a. in "The Babylonian expedition of the University of Pensylvania, vol. 9, 1898; vol. 8 1908, en vol. 2, 1912. Door Krückmann wordt er aandacht aan besteed in "Texte und Mate- rialien der Frau", Prof. Hilprecht, coll. II/III, 1933" onder het hoofdstuk: Neubabylonische Rechts- und Verwaltungstexte, terwijl ook Koh ier en Augapfel in een uitgave van 1917 van verscheidene tabletten (een 150-tal) de tran scriptie, de vertaling en het commentaar heb ben verzorgd. De tijd, waarin wij ons hier terugdenken, is de 5e eeuw v. Chr. Mesopotamië was een feodale landbouwersmaatschappij. De dadelcultuur was zeer wijd verbreid. Er bestond reeds een over vloedig systeem van irrigatiewerken. Verschil lende kanalen (meer dan 60 zijn met name be kend) zijn ook in de Bijbel genoemd (Ezech. 1:3; 3:15; 10:15 en 22 e.a.p.). In deze tijd van het huis Murasü was Babylonië een deel van het Perzische rijk, maar het familierecht en de inhoud van de contracten zijn door die heer schappij weinig veranderd. Nog onder de Sas- saniden was de koning theoretisch althans mees ter van alle gronden. Newman zegt hiervan in "The agricultural life of jews in Babylonia": it appears that under Persian law all lands were considered the property of the Crown, and possessors of land could call themselves owners so long as they paid theTaska grond belasting)". Uit de bronnen blijkt in elk geval dat een belangrijk deel in handen is van Per zische grote heren en bevoorrechte collectieven en verschillende schenkingen aan een koningin, een prins en aan andere Iraanse potentaten ko men er in naar voren. In de contracten duiken telkens weer twee soor ten getuigen op en in een variërend aantal. Die genen, wier naam wordt voorafgegaan door het woord "ina mahar" in tegenwoordigheid van) zijn vaak rechters. Zij staan in elk geval in rang boven de gewone getuigen. De getuigen garanderen niet de juistheid van de gehele in houd der akten: zij verklaren dat de akte is geredigeerd in hun bijzijn. De betaling kan reeds hebben plaats gehad; alleen de kwitantie wordt dan in hun bijzijn opgemaakt en gete kend. Verschillende akten eindigen met de op merking: ieder van hen heeft een geschrift ge nomen. Dit was een begrijpelijke voorzorg: wij zigingen konden niet worden aangebracht. De tupsarru, die vaak de redactie verzorgt, moet boven de schrijver staan. Hij kent het recht en nadert meer de positie van notaris. Meermalen werken twee tupsarru samen, hetgeen bij de schrijvers nooit het geval is. De nagelindrukken (supru) schijnen een sym bolische betekenis te hebben, zij zijn zeker niet geplaatst door personen, die te arm zijn om een cachet te gebruiken. In de huurcontracten vin den wij weinig exacte gegevens omtrent de lig ging van het onroerend goed. Oppervlakten worden zelden genoemd. Men oriënteerde zich meestal op de kanalen. Huizen werden omschre ven met de aangrenzende eigendommen. (Ver koopcontracten zijn er alleen van slaven. Lengtematen zijn de ammatu 6 handen of 24 vingers 0.50 m en de qatu hand ca. 8 cm; oppervlaktematen de BUR 63510 m2, de KUR 13000 m2 en de GAN 3528 m^. Griekse juridische inscripties Meer dan 30000 Griekse inscripties zijn reeds gepubliceerd. De meest waardevolle en funda mentele teksten en alleen nog maar de belang rijkste van deze heeft R. Dares te vermeld in "Recueil des Inscriptions fur. Gr., Ir fasciule", Paris 1891. Na de wetten worden de akten behandeld. Dank zij de gewoonte, die in vele Griekse steden heerste, in steen uittreksels te beitelen van de belangrijkste stukken, zijn er verscheidene be waard gebleven. Zo heeft het Brits Museum de wet(ten) van Halicarnassus uit de le eeuw v. Chr. op een marmerplaat. In genoemd werk van Dareste vinden wij een lang fragment van een register van Myconos, waarin werden ingeschreven de huwelijksgiften en de kwitanties van de gegeven sommen en een nog langer fragment van het overschrijvings- register voor verkopen op het eiland Ténos. Bovendien zijn er meer dan 60 hypothecaire in schrijvingen opgenomen. De Grieken hebben een en ander met veel zorg voor de details uit- 127

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1973 | | pagina 15