rende erfpacht worden uitgegeven met uitzon
dering van die gronden, welke bestenul zijn
voor de uitgifte als industrieterrein en deel uit
maken van een complex, waarvan de terreinen
tot op heden in principe verkocht werden.
Krachtens besluit van de Utrechtse gemeente
raad worden nu reeds alle gronden in het plan
gebied Hoog Catharijne in erfpacht uitgegeven,
terwijl ook de gronduitgifte ten behoeve van de
bouw van woningwet- en premiewoningen
door de woningbouwcoöperaties hier geschiedt
op erfpachtsbasis.
Het stelsel van voortdurende erfpacht erf
pacht voor onbepaalde tijd) zal worden toege
past met de mogelijkheid van een integrale
herziening van de erfpachtsvoorwaarden om de
50 jaar.
De gemeente moet bevoegd zijn, krachtens een
besluit van de gemeenteraad het erfpachtsrecht
te beëindigen, indien het algemeen belang dat
eist. In zo'n geval zal de erfpachter volledig
schadeloos worden gesteld.
Om de 10 jaar zal de erfpachtscanon (op basis
van een herwaardering van de werkelijke
grondwaarde) worden herzien met maximaal
100%. De canon zal bij de aanvang worden
gesteld op 7,75% van de werkelijke grond
waarde (bij uitgifte voor woningwet- en premie-
bouw kan de canon alleen worden herzien op
basis van de rentevoet, waartegen het rijk
voorschotten verstrekt).
Verkoop van gemeentegronden heeft het na
deel dat de gemeente bij noodzakelijke terug
koop grote bedragen moet uitgeven. Het pro
ces van een dergelijke verkrijging is ook na de
jongste wijziging van de Onteigeningswet nog
zeer tijdrovend. Een groot struikelblok is, dat
de stadsvernieuwing er door wordt geremd.
Uitgifte in erfpacht kent deze nadelen niet. Bo
vendien is de schadevergoedingsregeling vol
doende. Grondspeculatie kan worden tegenge
gaan.
Bij het stelsel van verkoop zal de waardestij
ging van de grond voor de gemeente verloren
gaan. De gegadigde voor bouwgrond zal in het
geval dat hij over beperkte financieringsmidde
len beschikt, erfpacht boven koop prefereren.
Investering in de grond is er immers niet bij.
Natuurlijk moet hij wel het voordeel van een
eventuele waardestijging nagenoeg geheel aan
de grondeigenaar laten.
Het is duidelijk dat invoering van het erfpacht
stelsel niet populair is in de kringen van beleg
gers en bedrijven. Aan hun bezwaren is (ge
deeltelijk) tegemoetgekomen door uitzonde
ringsbepalingen.
Ook voor eventuele invoering van een systeem
van stedelijke ruilverkaveling behoeft het erf
pachtstelsel geen beletsel te vormen.
De „Nota Grondbeleid" zal in augustus a.s. in
raadscommissies en gemeenteraad worden be
handeld. Bij goedkeuring zou dit erfpachtstelsel
voor Utrecht 1 januari 1974 daadwerkelijk
kunnen ingaan. De belangstellende lezer zal
begrijpen dat het hier weergegevene slechts een
onderdeel vormt van een heel complex van
maatregelen.
W. K.
KADASTER NAAR VOLKSHUISVESTING
EN RUIMTELIJKE ORDENING
Op 4 juni 1973 is het Koninklijk Besluit onder
tekend waarbij de Dienst van het Kadaster en
de Openbare Registers met ingang van de da
tum van de dagtekening van dat Besluit van
het Ministerie van Financiën overgaat naar het
Ministerie van Volkshuisvesting en Ruimtelij
ke Ordening.
De Minister-President en de Ministers van Fi
nanciën, van Volkshuisvesting en Ruimtelijke
Ordening en van Binnenlandse Zaken zijn het
er geheel over eens geworden dat het zonder
meer aanbeveling verdient de dienst als geheel
over te brengen naar het departement van
Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening. En
dat heeft geresulteerd in het hiervoor genoem
de Koninklijk Besluit.
Het doorslaggevende argument was hierbij het
grote belang dat moet worden gehecht aan een
versterking van de mogelijkheden tot coördina
tie van het beleid ten aanzien van het ruimte
lijk beheer. Geconstateerd werd dat de dienst
zich enerzijds heeft ontwikkeld tot een belang
rijke informatiebron op het gebied van de ruim
telijke ordening en anderzijds dat de taakstel
ling van de dienst niet logisch aansluit bij de
overige (fiscale-, monetaire- en budgetaire) ta
ken van Financiën.
132