één papyrusblad. Ook onder de Lagiden (of Ptolemaeën, 305-30 v. Chr.) was het nog zo. De koper is stom: het geheel is een procesver baal van de verkoper. Met de geredigeerde ge schriften gingen ook de geschriften van de voorgangers naar de koper. Hij was steeds een lid van de familie die de oorspronkelijke eigen dom bezat of de opvolger van rechtswege van een lid van die familie. Die opvolging kon hij met de oude titels bewijzen. Een akte uit het jaar XLVII van Psammetik I zegt: Wij hebben je over deze titels gesproken; hier zijn ze, ter wijl een akte van jaar XII van Darius de vol gende zinsnede bevat: "Voor jou de stukken (die hierop betrekking hebben) waar ze zich ook bevinden". Wij kennen tevens een akte uit de tijd van Mautrut (jaar XV) met deze passa ge: "Aan jou de terreinen en de helft van hun huurders en de helft van hun gebouwen en van hun oude geschriften en van hun nieuwe ge schriften". In dit stuk verklaart de verkoper eveneens nadrukkelijk, dat zijn eigen verkoper hem diens vorige titel overgaf. Alle akten bevatten garanties. Ieder die op deze garanties inbreuk maakt, wordt bedreigd met de strengste straffen, die de goden aan de over treders zullen (moeten) voltrekken. Dat hielp in die tijden wel. In akten, betrekking hebbend op het heilige domein van de tempel, wordt meermalen melding gemaakt van de ontvangst van het overdrachtsrecht, dat werd betaald op het moment van het opmaken der akte. Het be drag van een/tiende van de verkochte waarde werd onder Psammetik I weer gevorderd. Pries ters betaalden dit niet. Een voorbeeld van een koopcontract uit de tijd van Ptolemeus II (3e eeuw v. Chr.) is opgeno men in het vaktijdschrift van de Vereniging van Techn. Ambt. Kadaster, 1953-2. Na de Grieks-Macedonische overwinning werd het Grieks de officiële taal in Egypte en dat bleek zo ook onder de Romeinse heerschappij. Bij het begin van onze jaartelling speelde het ge schrift bij de Romeinen reeds een secondaire rol. Door de omzetting van Egypte in een Ro meinse provincie werd niet zomaar de traditie veranderd. Veeleer is het de Griekse cultuur, die inwerkt op de Romeinse. De rechtsgeldige akten uit het begin van de Ptolemeeën-periode kenmerken zich door de dubbelakten, twee akten-exemplaren, geheel gelijk, op één blad geschreven, waarvan de ene gesloten en gezegeld, de andere open is. Tussen deze is een ruimte van ca. 3 cm gelaten. Aldus kan men kennisnemen van de inhoud, zonder het zegel te verbreken. Het ene exemplaar was opgerold en met papyrusbandjes en zegel vast- 144 gemaakt. In de 3e eeuw v. Chr. was de dubbel- akte vrij algemeen; langzamerhand nam de be langrijkheid van de open tekst toe. Dit had tot gevolg, dat de zg. scriptura exterior alle for mules bevatte, samenhangende met de authenti citeit; de scriptura interior werd eerst een ver korte inhoud, daarna een onbelangrijk extract en eindelijk verdween het geheel. Hieraan zal de invoering van de openbare registratie wel niet vreemd geweest zijn. Terwijl deze verandering zich voltrok, werd door een andere evolutie de actie-sfeer van de Griekse notaris (agoranome) steeds meer uit gebreid. Het werd gewoonte, de akten van ver koop van onroerend goed te laten voorafgaan door een korte samenvatting. Deze werd voor zien van het notariële zegel. Er zijn veel voor beelden van aan te wijzen. Tot aan de Romeinse verovering bleef het notariaat beperkt tot The- be. In het overige Egypte functioneerde het niet. Veel later ziet men het ook overal in de Fajoem gevestigd. Het Hellenisme, dat in Egypte doordrong, be vorderde, dat de akten een Griekse vorm kre gen. Tenminste in Beneden-Egypte bleef dat doorgaan gedurende de hele Ptolemeeën-peri ode. Toen de notarissen in Thebe eindelijk ook concessies moesten doen aan de opvattingen van de inboorlingen werd het nieuwe formulier vaak tegengesteld aan de vroegere: de ont vangst van de prijs door de verkoper werd niet meer apart genoemd. Wel vermeldde men het bedrag. Aldus is nu de samenhang: in het eerste deel zegt de opsteller van het stuk, dat de verkoper dit of dat heeft verkocht, in het tweede dat de koper heeft gekocht voor die en die prijs en in een derde formulier, ook wederkerig en geheel onbekend bij de Egyptenaren, wordt gezegd dat de verkoper zich garant verklaart voor de ver plichtingen voortvloeiende uit de verkoop en dat de koper het als zodanig aanvaardt. Zo zien wij het in vrijwel alle akten van de notarissen uit het midden van de 2e eeuw tot aan de Ro meinse verovering. In één zin: alle akten uit de Ptolemeeën-tijd vertonen de bilaterale vorm en alle akten uit de Romeinse tijd de unilaterale. Omstreeks het einde van de 3e eeuw is er van agoranomes vrijwel geen sprake meer. In Egyp te worden nu de akten geredigeerd door de ambtenaren van de grapheia, of door de tabelli- ones, die over het gehele rijk voorkomen tot zelfs in de kleine dorpen. Vóór de Romeinse tijd bevatte de préambule o.m. de naam van de regerende vorst, van de priesters-eponymen en van de agoranome, la-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1973 | | pagina 8