aan het onvoltooide vastgeplakt; in het nieuwe
deel toont de schrijver duidelijk zijn neiging, de
tekst wat korter weer te geven. Ook hier wordt
weer een vroegere akte overlegd. Interessant is
de vermelding van Yawan-staters als betaal
middel. Met Yawan (in de Bijbel Javan) is
Griekenland of Ionië bedoeld. Het is wel een
zeer oude verwijzing naar deze munt, die in
401, 402 v. Chr. gangbaar was in Egypte, een
aanwijzing van de Griekse invloed op Egyp
tische zaken.
Ook de datering is Egyptisch. Veel van de bij
zonderheden moeten wij helaas terwille van de
kortheid onbesproken laten.
De complete tekst van de papyrus (no. 12), die
hierboven in opgerolde toestand is afgebeeld,
luidt als volgt:
Op de rugzijde staat: Document betreffende het
huis dat Anabi b. Azariah en Tpmt zijn vrouw
verkochten.
Zoals wij eerder opmerkten, treft men „het
document voor zilver" (de verkoop) en „het
document van afstanddoening" (de overdracht)
samen op één papyrus reeds aan in de Saïtische
tijd (vgl. b.v. Seidl, „Agyptische Rechtsge-
schichte des Saiten- und Perzerzeit"). Eerst
tijdens de regering van de Ptolemeeën komt de
praktijk op van dit schrijven van twee docu
menten voor één transactie. In deze Aramese
akten vinden wij beide karakteristieke clausules
van de oudere tijd „zijn hart is tevredengesteld"
175
Uit de 5e eeuw vóór Chr. De nog met zegel gesloten
papyrusrol (is pap. 12). De vorm is gelijk aan die,
welke door Sayce-Cowley en Sachau beschreven zijn:
eerst gerold, dan gevouwen van elk eind af naar het
midden, daarna gezegeld.
Voor de techniek van het ontrollen leze men The
Brooklyn Museum Aramaic Papyri" by E. G. Krae-
iing, New Haven, 1953, hoofdst. „Four steps in the
opening of the papyri" (met foto's). Het Hyksos zegel
met soortgelijke tekening (hier onduidelijk) was zoals
bekend uit de Hyksos-periode (17301580 v. Chr.).
„Op de 12e van Thot, het 4e jaar van Artaxerxes, de
koning in die tijd, zei Anani, zoon van Azariah, lhn
van Yahu, de god, en Tpmt zijn vrouw, prypt (is Eg.
titel) van Meshullam b. Zakhur, in volledige overeen
stemming met elkaar, tot Anani b. Haggai b.Bss.
zeggende: Wij verkochten en gaven (over) aan u ons
huis dat wij kochten van Gagazusj, „zilverman". Het
onderste huis is een constructie met balken, vensters
en twee deuren. Het gebouwde (van het onderste huis)
bestaat uit de twee compartimenten van mij. En u gaf
ons zijn prijs in zilver, 1 karsh 3 shekel in geld van
Yawan (tot een aantal van) 6 staters en 1 shekel en
ons hart is tevreden (gesteld) door de prijs die u ons
gegeven heeft.
Dit zijn de afmetingen van het huis dat wij verkochten
en aan u (over) gaven: Van oost naar west de lengte
in cubits is 16 K 2 met de ééncubitsmaat en van
boven (noord?) tot beneden (zuid?) de breedte is 5
cubits K 2, aan de buitenzijde 151 K 1. (Dit zijn) de
grenzen van het huis dat wij verkochten en (over)-
gaven aan u. Oostelijk uw huis Anani b. Haggai, dat
wij gaven aan Yehoyishma onze dochter als restant-
deel op het document van haar huwelijk, grenst er
aan muur tegen muur. Westelijk er van is de tempel
van Yahu en de straat van de koning is er tussen.
Er boven grenst er aan, muur tegen muur, het huis
van Parnu b. Zili en Mardu, zijn broer. Er beneden
is het huis van Pehi en Pemet, zijn broer, bootman
van de wateren de cataract), zoons van Tawi, en
de straat van de koning is er tussen en zijn ene
venster heeft uitzicht op de twee compartimenten
en de poort boven komt uit op de straat van de
koning.
Vandaar zult gij verder gaan en het huis betreden,
waarvan de afmeting en begrenzingen zijn gegeven in
dit document. Gij, Anani, zult er macht over hebben
van deze dag af tot in eeuwigheid, en de kinderen
zullen macht hebben na u, en aan ieder, die gij wilt,
moogt gij het geven. Gij moogt het voor geld ver
kopen. Ik, Anani en Tpmt, mijn vrouw, die dienstbode
was bij Meshullam b. Zakhur, die haar aan mij ten
huwelijk gaf, wij zullen tegen u geen vervolging of
een proces beginnen betreffende dit huis, dat wij
verkochten en aan u (over) gaven en voor hetwelk gij
aan ons de prijs gaf in zilver en ons hart was daar
mee tevreden gesteld. Daarenboven zullen wij geen
vervolging kunnen beginnen tegen uw zoon en uw
dochters of tegen diegene, aan wie gij het gegeven zou
hebben voor geld of als geschenk. Ook zal een zoon
of dochter van ons, broer of zuster van ons, hngyt of
hnbg of 'drng van ons niet kunnen (vervolgen).
Wie ook tegen u een vervolging zal instellen of uw
kinderen vervolgt of iemand, aan wie gij het gegeven
zou hebben, en wie ook een klacht tegen u indient
bij de perfect of heer of rechter, noemende dit huis,
van hetwelk boven de afmetingen zijn genoemd, of
wie ook tegen u een document uitbrengt, nieuw of
oud, met verwijzing naar dit huis dat wij verkochten
en aan u (over)gaven, zal daarvoor aansprakelijk zijn
en daarvoor aan u of uw kinderen geven een boete
van 20 karsh zilver, koninklijk gewicht, fijn zilver, en
het huis is van u en van uw kinderen en van hem, aan
wie u het moge geven als een geschenk.
Ook behoren wij u te geven het oude document dat
Bagazusjt schreef voor ons als verkoopakte van het
geen hij aan ons verkocht en waarvoor wij hem de
prijs gaven in zilver.
Daar schreef Haggai b. Shema'iah dit document in
Yeb het fort Elephantine) naar het dictaat van
Anani, lhn van Yahu de god (en) Tpmmt, dochter
van Pethu, zijn vrouw, zij beiden in volledige over
eenstemming.
Getuige: Meshullam b. Ma'uziah
Rehum b. Beitha
Nathan b. Yeho'or, magir
hngyt, hngb, 'drng e.a. zijn Eyptische namen voor
familiebetrekkingen, van welke de juiste betekenis
niet bekend is.