(Wordt vervolgd). RUILVERKAVELING ZUIDELIJK WESTERKWARTIER De Centrale Cultuurtechnische Commissie (CCC) onderkent de behoefte aan ruilverkave ling voor het zuidelijk Westerkwartier maar is van mening, dat voor deze ruilverkaveling, die het karakter zou kunnen krijgen van een veel zijdig landinrichtingsprojekt, het voorhanden hebben van een planologische conceptie een basisvoorwaarde vormt. Dit o.m. antwoordt de minister van land bouw en visserij, mr. T. Brouwer, op schrifte lijke vragen van het Tweede Kamerlid, de heer Schouten. De CCC heeft op grond hiervan besloten de onderhavige ruilverkaveling nog niet in het vijfjarig volgordeschema voor ruil verkavelingen op te nemen en dit standpunt per brief aan het provinciaal bestuur van Gronin gen uiteengezet. Hierbij heeft zij zich bereid verklaard tot nader overleg teneinde de syn chronisatie tussen de voorbereiding van een streekplan en een eventueel landinrichtingsplan te bevorderen. Bij de jaarlijkse herziening van het volgorde schema door de CCC worden de voorstellen, die in de provincies zijn voorbereid in overleg met het provinciaal bestuur, nader getoetst aan een aantal beleidsvoorwaarden. Bij deze beoor deling is o.a. de afstemming op de plannen in het kader van de ruimtelijke ordening van be lang. Ten aanzien van de recent ingediende aanvraag tot ruilverkaveling voor het betref fende gebied, gelegen in de gemeenten Groote- gast, Leek, Marum en Oldekerk, hebben Gede puteerde Staten der provincie Groningen in het betreffende overleg het in voorbereiding nemen van deze ruilverkaveling gesteund en aangedrongen op benoeming van een voorbe reidingscommissie. Hierbij tekenden zij uit hoofde van de eigen verantwoordelijkheid ten aanzien van de ruimtelijke ordening aan dat naar hun inzicht de uitgangspunten voor een streekplan vast moeten staan alvorens deze commissie de doelstellingen zal kunnen formu leren en de wegen zal kunnen aangeven, waar langs deze kunnen worden verwezenlijkt. LANDINRICHTING In het tijdschrift der Koninklijke Nederlandsche Heidemaatschappij 1973-7/8 geeft dr. ir. P. A. v. d. Pol een samenvatting van de op 17 mei van dit jaar te Wageningen gehouden jaarlijkse voordrachtenreeks van het Koninklijk Genoot schap voor Landbouwwetenschap en het Neder lands Instituut van Landbouwkundige Ingeni eurs. De volledige tekst van de lezingen onder de samenvattende titel Multifunctionele landin richting, wordt in het Landbouwkundig Tijd schrift gepubliceerd. KADASTER In juli j.l. verscheen het jaarverslag over 1972 van de Dienst van het Kadaster en de Openbare Registers. De directie van de dienst geeft in 56 bladzijden een overzicht van respectievelijk: Taak en werkwijze; Bewaringen van de Hypo theken, het Kadaster en de Scheepsbewijzen; Landmeetkundige Dienst; Ruilverkaveling; Bij- houdingsdienst der Rijksdriehoeksmeting; Cen traal teken- en opleidingsbureau en Fotogram- metrische Dienst. Het verslag is voorzien van foto's, tekeningen en grafieken. Achterin is een lijst met adressen van de kantoren opgenomen. STAATSBOSBEHEER Heg en steg, is de naam van een fraai uitge voerd, 20 bladzijden tellend boekje, dat als ondertitel heeft: Grepen uit het jaarverslag 1972 van het Staatsbosbeheer. Bijzondere aan dacht wordt besteed aan de storm van novem ber 1972, die veel bos wegvaagde en nog meer beschadigde. Verder wordt een stormachtige toename van de belangstelling van onze bevol king voor de natuur gesignaleerd. Het boekje is te bestellen bij het Staatsbosbeheer, Museum laan 2 te Utrecht. B. N. 178 vermeld dat bedrog bij de afsluiting van de koop geheel afwezig was) een som corresponderend met de waarde van de zaak op het ogenblik, waarop die werd opgevorderd. Ik, Z, verkoper, heb dit geschreven, ik heb deze akte ondertekend en ik heb de gehele prijs ontvangen. Ik, getuige A, heb geholpen en ik heb ondertekend. Het slot varieerde sterk. De varianten doen hier echter weinig ter zake. De in de akte genoemde „culturae mancianae" zijn volgens de Lex Man- ciana onderworpen aan het recht van eigendom van een derde, onderscheiden van de ver kopers) en koper(s), die echter in geen enkel opzicht op de inhoud der akte invloed mag uitoefenen. Het recht (jus mancianum) werd ca. 117 gevestigd ten behoeve van de toenmalige eigenaar T. Curtulius Mancia, die consul suffect werd onder Nero, in het jaar 55. Mancia bezat toen zeer veel grond in Afrika. Hij was in 70-72 proconsul onder Vespasianus.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1973 | | pagina 14