ontwerp van wet aan de Staten-Generaal aan te bieden. In grote lijnen zal het wetsontwerp, naast voorzieningen ter verbetering van de landbouwstructuur van het gebied, mogelijk heden inhouden om te kunnen beschikken over grond voor diverse voorzieningen, mede in sa menhang met de reconstructie van dorpsker nen. Voorts is met betrekking tot de landinrichting in Zuid-West-Drenthe besloten over te gaan tot benoeming van een breed samengestelde commissie onder leiding van het Provinciaal Bestuur. Deze commissie zal werken aan de voorbereiding van het streekplan en tevens de uitgangspunten, voorwaarden en beperkingen voor landinrichtingsplannen uitwerken. Het secretariaat van de commissie zal daartoe in handen liggen van de Directeur van de Provin ciale Planologische Dienst en de Hoofdingeni eur-directeur voor de Landinrichting gezamen lijk. Overigens benadrukt minister Brouwer het gro te belang van streekplannen als planologisch ka der voor het opstellen van een visie op lange termijn voor de ontwikkeling van gebieden. Hij bepleit daarbij veelvuldig en zorgvuldig overleg op allerlei niveaus, begrip voor eikaars uitgangspunten en vertrouwen in de wederzijd se gesprekspartners. Watervoorziening Zowel voor de land-, tuin- en bosbouw, als voor de visserij, de landschapsbouw en het faunabeheer is het van het grootste belang dat een bevredigende oplossing voor het probleem van de watervoorziening in de toekomst wordt gekozen. De totstandkoming van het ontwor pen structuurschema voor de drink- en in dustriewatervoorziening is dan ook van zeer grote betekenis. Uitvoeringsprogramma ruilverkavelingen De ten aanzien van het programma voor 1973 en 1974 genomen beslissing te streven naar het daadwerkelijk in uitvoering nemen van 90.000 ha. ruilverkavelingen wordt gehandhaafd. Een verantwoorde voortgang van de in uitvoe ring zijnde ruilverkavelingen blijft mogelijk met het in de begroting beschikbaar gestelde bedrag voor 1974. Werd voor 1973 223,1 miljoen voor de uitvoering van werken en 20 miljoen voor SBL-overdrachten beschikbaar gesteld, voor 1974 is 292,9 miljoen begroot, waarvan f 221,4 miljoen aan voorschotten voor uitvoe ring van werken en Rijksbijdragen en 25 mil joen voor SBL-overdrachten. Voorts kan op een bedrag van 46,5 miljoen aan bijdragen van derden en bijstand uit het Europese Land bouwfonds worden gerekend (was 38 miljoen). Meer inspraak De groeiende betrokkenheid van de bevolking bij het ruilverkavelingsgebeuren blijkt in de praktijk uit een toenemende kritische beoor deling en begeleiding, zowel van de zijde van de direct belanghebbenden als van de kant van andere geïnteresseerden. In dit kader is de door de minister van volks huisvesting en ruimtelijke ordening onlangs uit gebrachte „Nota Openbaarheid bij de voorbe reiding van het ruimtelijk beleid" mede aan leiding geweest de voorbereidingsprocedure van ruilverkavelingsplannen ten aanzien van de mogelijkheden tot participatie en inspraak te toetsen. Door de Centrale Cultuurtechnische Commissie wordt een aanpassing van de gang bare procedures voorbereid en wel zodanig dat wetswijziging wordt vermeden, zodat spoedige invoering mogelijk is. Gedacht wordt o.a. aan het introduceren van een voorontwerp voor het plan van voorzieningen (eventueel met alter natieven) tijdens de voorbereidingsperiode. Dit voorontwerp dient dus alle belanghebbenden en geïnteresseerden de mogelijkheid van in spraak te geven. De resultaten van deze in spraakprocedure kunnen worden verwerkt in het rapport dat de CCC moet goedkeuren en aan het College van Gedeputeerde Staten aan bieden. De wettelijke bezwarenprocedure en tervisielegging van dit rapport worden uiter aard gehandhaafd. Nieuwe pachtnormen De Commissie van Advies voor het grond- en pachtprijspeil, en het Landbouwschap hebben inmiddels het gevraagde advies uitgebracht over een aanpassing van de pachtnormen. Mi nister Brouwer stelt zich voor, de nieuwe pachtnormen in de loop van 1974 in werking te doen treden. Reeds enkele jaren geleden is om redenen van efficiency een begin gemaakt met de concen tratie van de grondkamers door combinatie van functies bij het ontstaan van vacatures en het samenvoegen van kantoren. Zo zijn al in drie gevallen telkens twee secretariaten van grond kamers tot één samengevoegd. Nu uit de opge dane ervaringen kan worden afgeleid dat hier door het dienstbetoon niet is verminderd en de budgettaire situatie noopt tot bezuiniging waar zulks mogelijk is, is de bewindsman voor nemens de concentratie van de grondkamers in 1974 af te ronden. 225

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1973 | | pagina 17