straat zou een woud van palen, borden en
stenen ontstaan. Om veiligheidsredenen is een
minimale collectieve markering noodzakelijk.
Na overleg met de leidingleggers is daartoe een
markeringsplan opgesteld, dat voorziet in de
markering van de strook waarbinnen de lei
dingen zijn gelegen.
Bij de discussies over de opzet van de leidin
genregistratie binnen de leidingstraat is de mo
gelijkheid besproken tot het opbouwen van een
bestand waarmee met behulp van de elektro
nische tekenmachine beheerkaarten zouden
kunnen worden gemaakt. Om een aantal rede
nen is van dit plan afgezien en is gekozen voor
het met de hand vervaardigen van deze beheer
kaarten:
In de eerste plaats was de hoeveelheid
gegevens die in deze beginfase op een
beheerkaart van leidingen verwerkt moest
worden nog betrekkelijk klein.
Voorts leek het beter eerst ervaring op te
doen met de specifieke moeilijkheden en
mogelijkheden m.b.t. het leggen van leidin
gen binnen de leidingstraat. Bij het opbou
wen van een bestand en het schrijven van
de bijbehorende programma's dient duide
lijkheid te bestaan over vele organisatorische
en technische zaken. Deze duidelijkheid kon
niet worden verschaft.
Tenslotte was duidelijk dat de aanwezigheid
van een referentielijn zoals hiervoor is be-
beschreven de registratie van de nieuwe
leidingen erg eenvoudig zou maken. De
bijkaartering van de nieuwe leidingen zou
in ieder geval goedkoper met de hand kun
nen geschieden.
Besloten werd de registratie wél zodanig in te
richten dat evt. opbouw van een bestand in een
latere fase niet al te moeilijk zou zijn. De opzet
van de registratie is nu zodanig dat alle gege
vens van leidingen eerst op veldwerken worden
verzameld.
Dit betreft dus niet alleen de nieuw-gelegde
leidingen, maar ook de leidingen die al in de
straat aanwezig waren en in coördinaatvorm
beschikbaar waren. Om enige uniformiteit in
het veldarchiefwerk te brengen zijn veel van
deze R.D. coördinaten getransformeerd naar het
systeem van locale stelsels dat door de referen
tielijn wordt gevormd, zodat ook de oude
leidingen met voetpunt en loodlijn vastliggen.
Op de veldwerken komen verder de hoogtege-
gevens voor t.o.v. N.A.P. en een aantal admini
stratieve gegevens. De leidingen zijn alle genum-
elasticiteit
(Foto Kon. Ned. Fleidemij.)
Fig. 4.
279