Opzet voor liet registreren van verkeersgedrag op liet Vaanplein door ing. A. D. Baars en F M. M. Khiati, Meetkundige Dienst van de Rijkswater staat. Samenvatting doelstelling De Rijkswaterstaat gebruikt bij het ontwerpen van complexe verkeerssituaties foto's van ma quettes. Dit heeft geleid tot een aantal vragen: b.v. in hoeverre of deze opnamen representatief zijn in verband met visuele geleiding en of het resultaat te verbeteren is door de opnamepositie en de opnamerichting respectievelijk te laten corresponderen met de gemiddelde plaats en de gemiddelde kijkrichting van bestuurders. In dit verband werd gesteld dat het nodig is een onderzoek te doen naar het kijk- en rijgedrag van een bestuurder op een rechte weg in een „lege" ruimte en in een zeer „complexe" ruimte b.v. een of ander ingewikkeld verkeersplein. De heren drs. J. B. J. Riemersma en ir. G. J. Blaauw, verbonden aan het IZF (Instituut voor Zintuigfysiologie) hebben een onderzoeksvoor stel geschreven betreffende het kijk- en rijge drag op het Vaanplein (bij Barendrecht, afb. 1) waarin o.m. de volgende vragen gesteld wor den: 1. Is er een kijkstrategie bij het rijden langs gebogen weggedeelten vast te stellen, die alge meen genoeg is om er richtlijnen voor maquet te-fotografie mede op te baseren. 2. Gegeven een aantal continue metingen aan het systeem weg-bestuurder-auto gedurende het rijden over een gebogen en recht weggedeelte, zijn deze metingen dan samen te vatten tot een compacte en relevante gedragsbeschrijving waar in de differentiële effecten van de visuele ge leiding zijn terug te vinden? 3. In welke mate is het gedrag, zoals dat in een experimentele situatie in een „geïnstrumen teerde auto" wordt geregistreerd representatief voor het gedrag van automobilisten, zoals dat extern, zonder beïnvloeding door een experi mentele situatie, kan worden geregistreerd. Deze vragen passen ook in een project van de SWOV (Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid), genaamd „Analyse van de rijtaak". Bij dit project worden o.m. de optisch- geometrische mogelijkheden betreffende bepa ling van de koers onderzocht. Het is de bedoeling dat er een theorie over de gestelde vragen wordt opgebouwd. Om een der gelijke theorie zinvol te doen zijn, zal men goede basisgegevens nodig hebben, te verkrijgen door waarnemingen in reële situaties. In de literatuur is vrij weinig over dit onderwerp be kend. Proeven, gedaan met proefpersonen en een auto voorzien van veel meetapparatuur (ook aan de proefpersoon) acht men niet zonder meer representatief, ook in dit verband vindt men een nader onderzoek noodzakelijk. Zonder verder in te gaan op het onderzoeksvoorstel en de daaruit voortvloeiende vragen, beperkt dit verslag zich tot de opgave, die van belang voor de Meetkundige Dienst is, met name het regis treren van de baan van normaal verkeer op het Vaanplein op onopvallende wijze. Opnametechniek Bij de bepaling van de opnamemethode voor het project „Registratie van verkeersgedrag op het Vaanplein" moet met de volgende voor waarden rekening worden gehouden: 1. Vier posities van de gevolgde auto per sec. 2. Standaardafwijking per positie 5 cm. 3. Onopvallend opnemen. 4. Er moet een honderdtal banen gevolgd wor den. Bij dergelijke opdrachten, waarbij dus sprake is 107

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1974 | | pagina 15