HAAG-STREIT COÖRDINATOGRAFEN L1L2, deze tussen-berekening verhindert niet het oproepen van de juiste 2'F (stap 39) van de in stap 27 ingedrukte toets 9rxy. c. Met de hierboven genoemde stappen 35 t.e.m. 38 en de stappen 44 t.e.m. 47 rekent men de richting van LI naar B uit en trekt deze af sign van ^et 'n staPPen 51 t.e.m. 64 door middel van de uitgerekende tangens en de toets tan-1 bepaalde argument van L1L2, zo wordt dan de hoek L2L1B bekend. Ook nu worden de coördinaten van B via de örxy toets bepaald, door de poolcoördinaten van B ten op zichte van LI (poolas L1L2) om te rekenen in rechthoekige-coördinaten (in stap 67 wordt de afstand LIB als tweede functie van de in stap 38 ingedrukte berekeningstoets opgeroepen). N.B. Hier verschijnt wel eerst de abscis en daar na de ordinaat. Door na iedere berekening een dubbele stop in te voeren heeft men een indicatie waar men, als men door wat voor reden dan ook de draad is kwijt geraakt, in het programma is aangeland. Indien men door de LOAD toets in te drukken de machine dit programma heeft „geleerd" kan men door telkens een andere booglengte in te voeren en de start/stop toets in te drukken evenzovele malen de resultaten uit het venster overnemen. Zo werden door de Landmeetkundige afdeling van Gemeentewerken Gilze-Rijen ook program ma's ontwikkeld voor de berekening van o.a.: a. Meetpunten en daarvan afgeleide program ma's; b. Snijpunten [Heckmann (zig-zag methode), basishoeken methode Tienstra, Cassini (be naderde coördinaten)]; c. Gclijkvormigheidstransformatie (aansluiting op twee punten); d. Cirkel elementen en coördinaten middelpunt, tangentpunten en boogpunten; e. Veelhoeksberekeningen. De berekeningstijd is hierdoor ongeveer tot de helft teruggebracht. Omdat er zoals altijd vele wegen naar Rome leiden, is schrijver er van overtuigd, dat er wel licht kortere programma's mogelijk zijn. Een en ander dient dan ook slechts ter registratie van de mogelijkheden van de 322 G. III. Samenvatting. Uit het voorgaande, is het de lezer duidelijk geworden, dat deze, bij dezelfde firma ontwik kelde machines, ieder een andere manier van werken vragen. Kan men bij de 425 de program ma's met een magneetkaart invoeren, bij de 322 moet dit met de hand geschieden. Het is bij de laatste machine dus zaak de berekeningen van te voren zodanig te ordenen, dat het inslaan van programma's tot een minimum beperkt wordt. Bij de 425 zal het vaker invoeren van hetzelfde programma op minder bezwaren stuiten, daar de machine ook geladen kan zijn met meerdere programma's, mits de capaciteit van de machi ne niet wordt overschreden. Ook moet men bij de 322, in tegenstelling tot de 425, ieder resul taat zelf overnemen, hetgeen een foutenbron betekent. De programma's van de 425 kunnen ook veel langer zijn, dan die van de 322. In de program ma's van de 425 kan ook veel zorg besteed worden aan een overzichtelijke uitvoer. De overwegingen tot aanschaf van de een dan wel de andere machine, waren duidelijk van financiële aard, gekoppeld aan de hoeveelheid rekenwerk bij de landmeetkundige afdelingen van beide gemeenten. Rechthoekige coördinatografen 1200 X 1200 mm, 550 X 500 mm, 400 X 240 mm. Poolcoördinatografen, diameter 400 mm. Ruitpuntmallen. Coördinatografen met digitale aflezing. I N G E N I E U R S-B U R E A U KAUFMANN ZWITSERLAND 13S Alleenvertegenwoordiging voor Nederland: JOH. VERHULSTWEG 50 SANTPOORT-ZUID TELEFOON (023) 37 87 53

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1974 | | pagina 15