•g
u
De meest voorkomende coderingssymbolen:
Afstandsdraden
Middendraden
o
TD
G
O
c
3
O.
c.
O
8.3
—0.095
8.4 —2.565
l
1421)
(0191)
(0806) niet ponsen
0.514 Hpnt. 1
1601
1227
1415
(0?
1
8.3
1601
1227
1415
)4
1430
1214
1372
2
1687
1380
1534
(0.15
3
8.30661
1940
1635
1787
4
0
0
—1150
—4.0
5
0
0
—1450
—8.0
6
0
0
—1600
—12.0
7
0
0
—1700
—16.0
8
0
0
—1800
-20-0
9
0
0
—1100
-24-0
10
0
0
—0650
—28.0
11
1798
1774
1787
12
0
0
1614
2.25
13
0
0
1330
0
)1
14
0
0
1395
0.95
15
0
0
1359
1.20
>2
16
1753
1719
1736
17
1974
1896
1935
)4
18
2136
1956
2046
19
2257
2053
2155
20
0
2864
2983
21
1126
1001
1064
21
1339
1233
1286
22
1916
1816
1867
23
1904
1828
1866
(0-10
24
8.3639
1577
1504
1540
25
1218
1190
1204
26
0
0
1250
0
27
1433
1277
1355
28
mv.
1281
1114
1197
0
28
opst.
1337
1212
1270
1.95
29
buiten
1776
1640
1708
9.30
30
prof.
1773
1643
1708
10.35
(035?
31
8.4
1773
1643
1708
10.35
(0.35)1
16
Fig. 13. Lengteprofiel.
Codering lengteprofielen
code verklaring
signatuur
(0.15
(—0.08
)1
)2
)3
)4
bij die punten waarvan de kilome-
trering en hoogte in de kop zijn
vermeld.
bij de tweede waarneming van elk
wisselpunt.
de kop van het piket ligt 15 cm
boven maaiveld.
de kop van het piket ligt 8 cm
onder maaiveld,
begin verharding
einde verharding
scheiding verharding
opgaande muur opstallen enz.
Het sluitsymbool kan I of 2 zijn; 1 betekent:
dit lengteprofiel is niet het laatste lengteprofiel in de
band; 2 betekent: dit lengteprofiel is het laatste
lengteprofiel in de band.
TJÉÉ, WAT 'N SLU1TFOUT
178