Verder zijn gemeten de hoeken: a-345 200e) en a45i («s 50e). Bovendien is gegeven dat oa 6 dmgr en 0S sa 1 cm. Gevraagd: a. Stel de voorwaarde(n) en gelineariseerde voorwaarde(n) op volgens het eerste stan daardvraagstuk. b. Stel de pseudo-voorwaarden en correctie vergelijkingen op volgens het tweede standaardvraagstuk. c. Is dit een goede of slechte constructie? d. Bereken de grenswaarde van s13, s14 en a451. Waarom zou de grenswaarde van de overige gemeten grootheden niet ge vraagd worden? e. Wat wordt onder de interne- en externe betrouwbaarheid verstaan? Waarom is het noodzakelijk dit onderscheid te ma ken? Licht één en ander toe aan de hand van een voorbeeld. f. Geef aan hoe in bovenstaande insnij dingsconstructie tot een uitspraak over de externe betrouwbaarheid gekomen kan worden. In het bijzonder voor wat betreft punt 1. CIVIELE TECHNIEK Tijd: iy2 uur 1. Gevraagd: op schaal 1 50 een halve dwars doorsnede van een plattelandsweg, waarvan het volgende is gegeven: M.V. o K.W. 2,40 Grondslag: zanderige klei. Taluds 1 1 Verhardingsbreedte 3,50 m. Wegbreedte 9.m. Verharding: tussenlaag 0,07 dik (grindzand asfalt) deklaag 0,05 dik (asfalt beton) Greppels: bodembreedte diepte 0,50. 2. Voor een bouwput in een rivier moet een afdamming worden gemaakt. Beschikbare materialen: grond, steen en bamboe. Gevraagd: op schaal 1 50 een dwarsdoor snede van de dam, als gegeven is dat de waterkerende hoogte 1,80 m. 3. Van een tocht in een polder is het volgende gegeven: Q 1,8 mVsec; 4Jmax 50 m/sec; taluds 1 1 y2 en m 1,75. Gevraagd: de afmetingen van het voordelig ste profiel en het verhang van de tocht. 4. Over een riviertje moet een houten ligger- brug worden gebouwd op landhoofden van stampbeton. Van het riviertje is het volgende gegeven: bodem is 2.m breed en ligt op 9.00 H.W. 13.60 Taluds 1 1 y2. Gevraagd: a. De dagwijdte w zodanig te bepalen dat doorstromingsprofiel van het riviertje ge lijk is aan dat van de brugopening. b. Met de gevonden dagwijdte de afmetin gen van de houten liggers te bepalen als gegeven zijn: h 2b. Afstand h.o.h. 0,80 m. Ge lijkmatig verdeelde belasting 300 kgf/ m2. Opleglengte 0,40 m 0hout 100 kgf/cm2. c. Op schaal 1 100 te tekenen een halve langsdoorsnede over de brug. De door snede van het landhoofd is een rechthoe kig trapezium met achterhelling 5 1 en een aanlegbreedte van 0,47 h (h de grondkerende hoogte). RECHT Tijd iy2 uur Privaatrecht: 1. Sommige wijzen van eigendomsverkrijging zijn titelzuiverend. Ook is het soms moge lijk eigendom te verkrijgen onder bijzondere titel of onder algemene titel. aWat betekent verkrijging onder algemene titel, en wat betekent titelzuiverende ver krijging? b. Welke wijzen van eigendomsverkrijging zijn verkrijgingen onder algemene titel, en welke wijzen van eigendomsverkrijging zijn titelzuiverende verkrijgingen? 2. Waarom wordt er in de transportakten van onroerende goederen dikwijls door de ver koper verklaard, dat hij „afstand doet van zijn recht ontbinding te vragen van de koop overeenkomst, op grond van 1302 BW" of ook, dat „de koopsom volledig is gekwe ten"? 3. A verkoopt aan B een onroerend goed. Daarna verkoopt A hetzelfde goed aan C en 259 1

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1974 | | pagina 23