men deze lijst aanvullen of slechts gedeeltelijk aanwenden. De keuze van de gebruiksdoelen zal men moeten baseren op het gegevensgebruik. Een splitsing van gebruiksdoelen is alleen dan zinvol, als een significant verschil in gegevens gebruik (of verwerking) bestaat. Dit verschil kan betrekking hebben op verwerkingstijd, ver werkingskosten per uur of gebruik in combinatie met andere gegevens. Uit hoofde van verschil in verwerkingskosten per uur kunnen bijvoor beeld „schakelen ter opheffing van storing" en „schakelen ten behoeve van werkzaamheden" gesplitst zijn. De keuze van de te onderzoeken gegevens kan worden gedaan op basis van schatting van het kostenverhoudingsgetal. Voor een groot deel van de gegevens kan namelijk op basis van verkregen inzicht of van een heel summier vooronderzoek met zekerheid worden gesteld dat het betreffende kostenverhoudings getal „veel groter' of „veel kleiner" dan 1 zal zijn, met andere woorden dat al of niet direct verwerken van het gegeven voor een bepaald gebruiksdoel ongetwijfeld financieel voordeel oplevert. Een en ander kan worden aangegeven in een diagram, waarop men horizontaal alle gegevens vermeldt en verticaal de te onderzoe ken gebruiksdoelen. Door vermelding van plussen en minnen kan men zijn zekerheid omtrent het kostenverhou dingsgetal aangeven (zie fig. 3). De vakjes die vrij blijven (waar men dus twijfelt), moeten dan worden onderzocht. Bij het definiëren van de gegevens doet men er goed aan de gegevens, waarbij van een nauwkeurigheid sprake kan zijn, in te delen in een aantal nauwkeurigheids klassen en de gegevens uit elke klasse afzonder lijk te beschouwen. De volgende classificatie zou men kunnen maken: exact (onnauwkeurigheid ca. 10 cm) globaal (onnauwkeurigheid 1 a 2 m) onnauwkeurig (onnauwkeurigheid 2 m). 4. Bepaling van het kostenverhoudingsgetal De drie factoren die het kostenverhoudingsgetal bepalen, kunnen worden vastgesteld aan de hand van een enquête onder de gegevensgebrui kers of een onderzoek in het bestaande registra tiesysteem. Wij zullen van elk der factoren achtereenvolgens nagaan hoe zij kunnen worden bepaald. 4.1. De gebruiksintensiteit na Het aantal malen opzoeken gebruiken van de gegevens kan worden bepaald aan de hand van een enquête. Indien men zorgt voor een voldoend aantal geënquêteerden, kunnen de antwoorden globaal blijven, zoals enkele malen per week, enkele malen per maand, etc. Het aantal malen registreren kan men bepalen aan de hand van de bestaande registratie. Een goed hulpmiddel hierbij zijn gegevens betreffende magazijnafname en gegevens van bv. een admi nistratie- of statistiekafdeling. 4.2. De tijdenverhouding 'b Deze verhouding is afhankelijk van 2 factoren: a. Specifieke werkmethodeverschillen bij direct verwerken en naar behoefte verwerken. b. Invloed van de verwerkingsplaats. Ten aanzien van punt a. dient men zich de verschillen in werkmethoden te realiseren bij direkt verwerken en naar behoefte verwerken. De grote hoeveelheid te verwerken gegevens en het feit dat degene die opzoekt iemand anders is dan degene die registreert, verplichten bij direct verwerken tot een vaste werkmethode, waarbij de gegevens op zeer ordelijke wijze, volgens strakke regels, hoofdzakelijk op for mulieren e.d. moeten worden verwerkt. Dit is bij naar behoefte verwerken niet het geval. De verwerkte gegevens worden slechts door de gene die verwerkt gebruikt en hoeven niet meer te worden opgezocht, hetgeen in wijze van ver werken en notatie volledige vrijheid verschaft. Anderzijds kunnen de routine, de outillage (automatisering) en de kundigheid van de re gistratie-functionaris tijdwinst opleveren. Een tijdbestedings-analyse heeft uitgewezen dat in geval van een normale manuale werkmethode naar behoefte verwerken in beginsel slechts 75% van de tijd vergt van direct verwerken. De invloed die een automatisering hierop uit oefent, moet men van geval tot geval beoor delen. Punt b. de verwerkingsplaats heeft een tijdvermeerderende invloed. De omstandig heden op een registratieafdeling zijn meestal zo ideaal, dat elke verandering van verwerkings plaats een verslechtering van de toestand bete kent. Een oriëntatie op ergonomische en ar beidskundige aspecten heeft geleid tot de vol gende cijfers: V) z LU O GEBRUIKSDOELEN w n O T> <D O) 4) Schakelen ter opheffing van storing Schakelen t.b.v. werkzaamheden Graafwerk Netplanning Werkvoorbereiding etc. Fig. 3. Diagram voor bepaling van het gebied van het onderzoek. fl h td 278

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1974 | | pagina 6