in het Haringvliet en Hollandsdiep. Het derde
gebied waarvan een vegetatie en geomorfo-
logische interpretatie moet worden gemaakt is
het toekomstige Zeeuwse Meer (zie fig. 9), of
wel de Oosterschelde met de daarmee in open
verbinding staande wateren, zoals Keeten,
Mastgat, Krammer en Volkerak. Deze terreinen
omvatten een oppervlakte van ongeveer 11.285
ha. bij 50 cm NAP. Van deze getijdegebieden
vervallen de bodemvochtigheidskaart en de
gebruikskaart. De bodemvochtigheidskaart ver
valt omdat de periode waarin het gebied droog
valt en dus gefotografeerd wordt te kort is om
bruikbare vochtigheidsverschillen in de bodem
te kunnen waarnemen.
De gebruikskaart had alleen betrekking op de
drooggevallen gebieden in de Grevelingen en is
dus hier niet van toepassing. Door de dage
lijkse overstroming is het uitvoeren van water
passingen zeer beperkt mogelijk. De hoogte-
lijnenkaart wordt daarom voor dit soort gebie
den fotogrammetrisch vervaardigd met een
hoogtelijn-interval van 20 cm. Tussen deze
hoogtelijnen wordt een hoogtelijn geïnterpo
leerd, zodat toch een interval van 10 cm wordt
verkregen.
Ook het terreinbezoek voor de interpretatie is
door de getijden aan beperkingen onderhevig,
maar door een getijtafel te raadplegen kan
men er voor zorgen dat er toch een redelijke
tijd in het terrein doorgebracht kan worden.
Naast de landschapskaartering door de Meet
kundige Dienst voor het milieu-onderzoek in
zuid-west Nederland worden door MO van de
Deltadienst ter plaatse nog vele andere onder
zoekingen verricht zoals o.a. bodemonderzoek,
klimatologisch onderzoek, onderzoek naar
waterkwaliteit, onderzoek naar de visstand, tel
lingen van insekten en vogelonderzoek.
Omdat in deze technologische maatschappij de
bescherming en instandhouding van het natuur
lijk milieu een steeds grotere rol gaat spelen,
hoopt de afdeling foto-interpretatie van de
Meetkundige Dienst met zijn werk een klein
steentje bij te dragen tot het behoud van een
voor Nederland zo karakteristiek gebied.
92
Literatuur:
Luchtfoto's t.b.v. het terrestrisch milieu-onderzoek
in de delta van Zuid-West Nederland door Drs.
H. L. F. Saeijs.
Driemaandelijks bericht Deltawerken mei 1973.
De gezondheidstoestand van straatbomen gezien
vanuit de lucht.
Studiecommissie invloed aardgas op beplantingen
(SIAB) achtste rapport november 1973.
20
22
Fig. 9. Overzicht van de te kaarteren gebieden in de Oosterschelde (Zeeuwse Meer):
1. en 2. Slikken van de Heen. 6. Schorren bij St. Annaland. 11. Verdronken land van Zuid-Beveland.
5. Slikken van Vianen. 9. en 10. Slikken van de Dortsman.