Nationale parken
Nationale landschapsparken
Relatie landbouw en natuur-
en landschapsbehoud
Inleiding
Onlangs bood staatssecretaris W. Meijer van
C.R.M. de Tweede Kamer een drietal nota's
aan: een nota betreffende nationale parken
een interimnota betreffende nationale land
schapsparken 2) en een nota betreffende de
relatie tussen landbouw en natuur- en land
schapsbehoud 3). In de twee eerste nota's wordt
een systeem van parken voorgesteld, waarbij
aan twee typen parken wordt gedacht: natio
nale parken, die primair in verband met hun
natuurwaarde dienen te worden veilig gesteld
en die geen (onder meer landbouwkundig) in
cultuur en in exploitatie zijnde gebieden om
vatten, en nationale landschapsparken, waarin
ook landbouwgronden en woonkernen kunnen
voorkomen. De derde nota over de relatie tus
sen de landbouw en het natuur- en landschaps
behoud richt zich op de instandhouding en het
beheer van de uit een oogpunt van natuur- en
landschapsbehoud waardevolle cultuurland
schappen in ons land. Vanwege het grote be
lang van de in de nota's gedane aanbevelingen,
met name ook voor de ruilverkaveling en de
landinrichting, zal hierna een samenvatting van
de nota's worden gegeven, waarbij de twee
eerstgenoemde zeer summier aan bod zullen
komen en de derde uitvoeriger.
Ik zal mij hierbij geheel van commentaar ont
houden; de enige bedoeling is u, zo u ze nog
niet gelezen mocht hebben, met deze nota's
kennis te laten maken.
Nationale parken
De Interdepartementale commissie, bestaande
uit vertegenwoordigers van CRM, Binnenland
se Zaken, Financiën, Landbouw en Visserij en
Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening,
koos de volgende begripsomschrijving:
Een nationaal park is een aaneengesloten ge
bied van tenminste 1000 ha, bestaande uit
natuurterreinen, wateren en/of bossen, met een
bijzondere natuurlijke en landschappelijke ge
steldheid en een bijzonder planten- en dieren
leven.
Het gebied is eigendom van de overheid en/of
van rechtspersonen die zich de natuurbescher
ming ten doel stellen. Het gebied kan ook ge
heel of gedeeltelijk in eigendom zijn bij andere
instellingen of particulieren, mits een duur
zaam beheer van het gebied als nationaal park
verzekerd is. Een nationaal park wordt aan
gewezen of erkend door de rijksoverheid en
onder toezicht van de overheid als een geheel
beheerd, volgens richtlijnen die door de rijks
overheid zijn vastgesteld. Doel van het beheer
is de instandhouding en/of ontwikkeling van de
aanwezige natuurwetenschappelijke, landschap
pelijke en cultuurhistorische hoedanigheden,
waarbij binnen deze doelstelling mogelijkheden
worden geschapen voor het kennis nemen en
genieten van de schoonheid en de waarde van
het gebied.
Naast de drie reeds bestaande, komen naar het
oordeel van de commissie vooralsnog 20 ge
bieden voor de status van nationaal park in
aanmerking. De commissie beveelt aan de be
staande parken in de in dit advies voorgestelde
beheerssystemen in te passen. Op korte termijn
dient met de verwezenlijking van een program
ma betreffende de totstandkoming van natio
nale parken een aanvang te worden gemaakt.
In enkele gebieden doen zich vormen van
grondgebruik voor die bij continuering dan wel
intensivering moeilijk te verenigen zijn met de
status en het gewenste beheer van een nationaal
park. Zowel in het planologisch kader als in
overleg met de betrokken departementen en
Advies van de Interdepartementale commissie na
tionale parken en nationale landschapsparken. Deel
I, Nationale parken. Kamerstuk 13283.
2) Idem. Deel II, Interimadvies Nationale Land
schapsparken. Kamerstuk 13284.
3) Nota betreffende de relatie landbouw en natuur-
en landschapsbehoud. Gemeenschappelijke uit
gangspunten voor het beleid inzake de uit een oog
punt van natuur- en landschapsbehoud waarde
volle agrarische cultuurlandschappen. Kamerstuk
13285.
93