Foto-interpretatie ten behoeve van milieu-onderzoek door Avan Kan, landmeetkundig ambtenaar B bij de Meetkundige Dienst van de Rijkswaterstaat. Inleiding Begin 1972 werd binnen de Deltadienst van de Rijkswaterstaat een afdeling Milieu-Onderzoek opgericht. Deze afdeling kreeg tot taak het be studeren van de invloeden die de Deltawerken hebben op het ecosysteem van de buitendijkse gebieden in zuid-west Nederland. Tevens zou deze afdeling adviezen moeten geven met be trekking tot het beheer en het beleid (bijv. inrichting) van afgesloten rivierarmen en prog noses moeten opstellen voor de gebieden in de eventueel nog af te sluiten rivierarmen. Voor de milieu- of landschapskaartering van deze gebieden werd de hulp ingeroepen van de Meet kundige Dienst te Delft. Dit leidde tot de op richting van de afdeling Foto-Interpretatie bij deze dienst. Algemeen De Meetkundige Dienst is belast met het ver vaardigen van basis-, vegetatie- en geomorfo- logische kaarten van de door MO (Milieu- Onderzoek) aangewezen gebieden. Het gebruik van luchtfoto's is voor deze gebieden uitermate geschikt. Niet alleen omdat sommige van deze gebieden slecht toegankelijk zijn, maar vooral omdat de luchtfoto, mits juist toegepast, buiten de topografie een massa andere gegevens bevat betreffende reliëf, bodemvochtigheid en vege tatie. Met dit juist toepassen van de luchtfoto wordt ondermeer bedoeld de keuze van de fotoschaal en die van het gevoelig materiaal. De fotoschaal is o.a. bepalend voor de hoeveel heid informatie die men aan de foto wil ont trekken, van de terreinstructuur en de kaart- schaal (dus de geëiste nauwkeurigheid). De keuze van het gevoelig materiaal is afhankelijk van de soort informatie die men uit de foto wil halen. Keuze van de schaal van de luchtfoto's Na overleg met het ITC (International Institute for Aerial Survey and Earth Sciences), Delta dienst, DIHO (Delta Instituut voor Hydro- biologisch Onderzoek), SBB (Staatsbosbeheer), RIN (Rijks Instituut voor Natuurbeheer) en de universiteiten van Utrecht en Nijmegen, werd besloten bij alle milieu-onderzoek waarbij luchtfoto's gebruikt zullen worden, een foto schaal te gebruiken van 1 5000. Argumenten daarvoor waren: a) foto's op schaal 1 5000 geven een accep tabele hoeveelheid informatie; b) de schaal 1 5000 is nauwkeurig genoeg voor de milieu-kaartering; c) bij toepassing van dezelfde schaal bij alle milieu-onderzoek is onderlinge vergelijking mogelijk; d) aantrekkelijke keuze uit financieel oogpunt. Keuze gevoelig materiaal Daar men in de Nederlandse delta hoofdzake lijk te doen heeft met moeras-, schorren- en slikkenvegetatie werd na overleg met het ITC besloten, voor de vegetatiekaartering gebruik te maken van zogenaamde false-color fotogra fie Het gebied van het zichtbare licht ligt tussen het onzichtbare ultraviolet en het on zichtbare infrarood, waarbij het onzichtbare infrarood is te onderscheiden in fotografisch- en thermisch infrarood. Het fotografisch infra- Het milieu en de daarbij behorende karakteristieke levensgemeenschappen. Deze fotografie wordt o.a. door verschillende ge meenten gebruikt om zieke bomen op te sporen. Een andere toepassing is kwaliteitsonderzoek van gewassen. Zie ook Geodesia 1972 - 7/8, „niet me trisch gebruik van luchtfoto's" door ir. J. M. Remeijn. 83

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1975 | | pagina 3