Het „profiel" van een opnemer met de eisen, waaraan deze toekomstige
specialisten moeten voldoen.
Hart niet noodzakelijk
IJzersterk gestel (ver
schaald bier, brakwater,
verslaafd aan stamppot)
Ellebogen met eeltige stoot
kussens voor leunen op tapkast
Gezonde ingewanden (zie gestel)
Vingers als moersleutels
Stevige, liefst holle benen
(voor Hessen drank)
Gezichtsvermogen (onderschei
den van de haartjes van een
perzikschil op 1000 m.)
Een neus, welke niet verbrandt
Een krachtige bovenlip
Bekakt Nederlands accent
met Friese tongval
Behaarde borst
(maakt indruk op Arabieren)
Dik schedeldak (hersens niet onontbeerlijk)
Beweegbare oren, maar doof
Brede rug, dikke huid
Armen sterkte 2 (T.N.O.)
Gevijlde nagels
(schroevedraaiers)
Diepe zakken, waarin argumenten
van niet-landnieters verdwijnen
Naar hars ruikende voeten,
tenen met zwemvliezen voor
het doorkruisen van moerassen
zich niet door middel van grenspalen marke
ren. Een zo exact mogelijke kaartering van
's werelds oceanen is vereist. Naast de traditio
nele hydrografie in haar relatie tot de zeevaart
is er een behoefte ontstaan aan waarachtige
zeemeetkunde, aan mariene geodesie.
De hydrografie in haar beperkte betekenis is
een praktijkwetenschap, zij is geleidelijk ont
wikkeld en heeft steeds meer wetenschappelij
ke inhoud verkregen. Officieren-opnemer wer
den in de praktijk geschoold. Bij de Dienst der
Hydrografie ontstond de eigen „bijbel" getiteld
„Hydrografisch opnemen" (laatste editie 1952),
een doorwrocht handboek van bijkans 700
bladzijden, stoelend op enerzijds de ervaringen
van anderhalve eeuw, anderzijds achtgevend
op moderne ontwikkelingen en toepassingen.
182
Ieder land en iedere dienst kent een eigen
benadering. De Royal Navy heeft een eigen
J-fydrographic School, waarvan thans ook de
Koninklijke Marine gebruik maakt. Binnen
de fig (Féderation Internationale des Géomè-
tres) bestaat sedert enkele jaren Commissie IV
speciaal voor hydrografische problematiek. Tij
dens het XlIIe fig congres te Wiesbaden in
1971 werd door Commissie IV voorgesteld
en in plenaire zitting geaccordeerd dat een
speciale werkgroep een concept zou opstellen
inzake de gewenste „standards of competence
for the profession". Dit rapport zal tijdens het
a.s. XlVde congres te Washington ter discus
sie worden gesteld. De werkgroep staat onder
voorzitterschap van Lieutenant Commander rn
(retired) A. E. Ingham, Senior Lecturer in Hy-