de juiste rechtsgrenzen. Ook aan de afpaling
in het terrein dient de grootste zorg te worden
besteed om te voorkomen, dat de ligging van
de grenzen verandert. Eigendomsverkrijging
door middel van verjaring is dus onmogelijk.
Een ander kenmerk van het positieve stelsel is
dat de registrerende instantie niet alleen regi
streert maar ook de juistheid en de rechtsgel
digheid van het ter inschrijving aangebodene
onderzoekt en dus een oordeel uitspreekt over
de vestiging van een recht. Vandaar ook dat
de registratie van rechtshandelingen betreffen
de onroerend goed bij positieve stelsels vaak
wordt uitgevoerd door een rechter. Een derge
lijk absoluut positief stelsel komt echter ner
gens voor, omdat de invoering en handhaving
moeilijk te verwezenlijken en zeer tijdrovend
zouden zijn. Men zou namelijk bij de invoering
voor elk stuk onroerend goed moeten nagaan,
wie de rechthebbenden zijn en welke rechten
deze hebben zonder dat men ook maar iemand
zou mogen overslaan als mogelijke rechtheb
bende. De zo verkregen zekerheid zou absoluut
moeten zijn. Bovendien zou er bij elke wijzi
ging in de rechtstoestand een uitgebreid onder
zoek moeten plaatsvinden naar de bevoegd
heid van de vervreemder, het feit of de levering
daadwerkelijk is geschied en of deze juist is
geschied wat betreft de bedoeling van de par
tijen om over te dragen. Men moet dus ten
aanzien van een rechtsovergang absolute zeker
heid hebben over de juistheid ervan. De invoe
ring van een dergelijk stelsel is in jonge staten
in principe wel mogelijk, omdat hier de grond
eerst van de staat of van een stam is geweest,
zodat bij de invoering van een publiciteitsstelsel
en het ontstaan van particulier eigendom de
grenzen, de rechten en de rechthebbenden goed
bekend zijn of gemakkelijk vast te stellen zijn.
Het handhaven zou vooral bij een groot aantal
wijzigingen veel tijd en moeite kosten ten op
zichte van het bereikte resultaat.
Ook komen voor de zogenaamde quasi-
positieve stelsels. Deze geven geen absolute
positieve rechtskracht aan het register. De als
eigenaar ingeschrevene behoeft niet de werke
lijke eigenaar te zijn. Het register geeft slechts
een bescherming van derden, die te goeder
trouw afgaan op het register. Bovendien wordt
de akte van rechtsovergang ingeschreven zon
der na te gaan of de vervreemder inderdaad
bevoegd was tot deze rechtshandeling.
Gaat nu een derde te goeder trouw af op deze
inschrijving, dan kan zijn recht niet meer be
twist worden. Wie dus krachtens een geldige
titel een recht verwerft van een als rechtheb
bende geregistreerde krijgt daarmee het onbe
twistbare recht. Zijn op een dergelijke wijze ver
kregen recht is absoluut en kan niet worden
betwist.
3.2 Het negatieve stelsel
De belangrijkste kenmerken hiervan zijn a) op
dat de levering van een recht rechtsgeldigheid
zal verkrijgen, moet de akte van overgang wor
den ingeschreven in de openbare registers, b)
dat datgene, wat niet gepubliceerd is, ontkend
wordt en c) dat de publikatie niet wil zeggen,
dat het recht inderdaad is overgegaan en dat
de verkrijger volgens de akte eigenaar wordt.
Dit komt omdat niet wordt onderzocht of ten
aanzien van de akte en de bevoegdheid van de
vervreemder aan alle wettelijke vereisten voor
het rechtsgeldig zijn van een levering is vol
daan. De registrerende instantie schrijft de hem
aangeboden stukken dus zonder meer in. Hij is
dus lijdelijk. Ook ten aanzien van de begren
zing van de rechten geven de kaarten geen ze
kerheid, omdat in principe niet wordt onder
zocht of de door partijen aangewezen grens
dezelfde is als bij de akte is ontstaan. Worden
in een akte alleen kadastrale nummers ver
meld, dan geeft dit nog geen garantie omdat
de werkelijke rechtsgrenzen heel anders kun
nen lopen en het de bedoeling was van partijen
om tot deze grenzen te leveren en dit ook inder
daad is geschied. Terwijl volgens de akte het
kadastrale perceel is overgedragen, gaat door
middel van verjaring de eigendom van het be
trokken stuk grond toch over volgens de be
doeling van partijen.
Een ander kenmerk is, dat niemand meer rech
ten kan overdragen dan hijzelf bezit, zodat
iemand, die geen eigenaar is, een ander (ook al
is deze te goeder trouw op de registers afge
gaan) niet tot eigenaar kan maken. Men kan
dus zonder zelf mede te werken geen eigendom
verliezen (afgezien dan van verjaring).
Het recht van de eigenaar wordt beschermd
tegen die dit verkrijgt zonder geldige titel.
Er zijn verschillende graden van negativiteit
mogelijk. Absoluut negatief houdt in dat voor
elke rechtshandeling, die een verandering van
de rechtstoestand van het onroerend goed tot
gevolg heeft, de publikatie ervan nodig is voor
de rechtsgeldigheid van de betreffende rechts
handeling, zonder dat het feit van de publikatie
een bewijs is voor de rechtsgeldigheid ervan.
Wanneer niet voor alle rechtshandelingen pu
blikatie van 'n akte nodig is en het dus mogelijk
is rechten te verkrijgen zonder overschrijving
285