bruiker spraken is verondersteld, dat de infor
matie ook wordt verstrekt aan derden (gebrui
kers) en door dezen wordt benut (gebruikt).
Het totale proces bestaat dus uit het verzame
len, verwerken, verstrekken en gebruiken van
informatie (zie afbeelding 6). Het verstrekken
en gebruiken zullen we verder slechts ter zijde
behandelen. De aandacht zal geheel gericht
zijn op het verzamelen en verwerken (bewer
ken) van de informatie. Het verzamelen van
informatie komt overeen met het meetproces;
het verwerken en opslaan komt overeen met
kaarteren en archiveren (zie afbeelding 7).
9. Het proces van de topografische kaartver
vaardiging.
9.1. Activiteiten, instructies, middelen.
We zullen het proces nader bezien aan de
hand van het schema van afbeelding 8. Het
schema toont drie kolommen. In de derde
kolom worden van boven naar beneden de acti
viteiten opgesomd, welke moeten worden ver
richt om tot een getekende kaart te komen.
Het verrichten van die activiteiten kan ge
stuurd worden door bepaalde regels of instruc
ties in acht te nemen. In de tweede kolom
staan de instructies vermeld, welke bij het ver
richten van elke activiteit een rol spelen. Met
deze opsomming wordt niet gesuggereerd, dat
al deze instructies in geschreven tekst bestaan
of alsnog ontworpen zouden moeten worden.
Sommige regels welke men in de praktijk van
het meten opvolgt zijn ongeschreven wetten,
die in de praktijk zijn ontstaan en van de ene
generatie landmeters aan de andere wordt
doorgegeven. Ze spelen echter wel een rol,
maar we laten dat nu verder rusten. In de eer
ste kolom staan een aantal zaken opgesomd,
die van beslissende betekenis zijn voor het ver
richten van een activiteit. We hebben dat de
middelen genoemd. Met behulp van lijnen zijn
in het schema bepaalde relaties aangegeven
tussen activiteiten, instructies en middelen.
9.2. Het verzamelen (het meetproces).
De eerste vijf activiteiten vormen samen het
meetproces dat buiten verricht wordt. In ter
men van de informatica is dat hetzelfde als
verzamelen van informatie. Achtereenvolgens
spreken we van selectie, idealisatie, meting,
objectbenoeming en registratie. Na alles wat in
de vorige paragrafen hierover reeds is gezegd,
kunnen we nu verder kort zijn. Onder selectie
wordt verstaan het onderscheid maken tussen
objecten welke wel of niet worden ingemeten.
Dit geschiedt door de landmeter in het terrein
aan de hand van een daartoe gegeven instruc
tie. Het belangrijkste middel daarbij is een lijst
met trefwoorden, gebaseerd op het algemeen
taalgebruik.
Onder idealisatie wordt verstaan de overgang
van de concrete werkelijkheid naar het ab
stracte mathematische model. Oftewel aan het
terreinobject wordt door de landmeter een ma
thematische vorm toegevoegd, die de grillige
vorm van het object zo goed mogelijk bena
dert. Deze modellen zijn het lijnstuk, de cirkel
boog, andere bogen en het punt. Onder de me
ting wordt verstaan het proces waarbij aan de
INFO VERWERKEND PROCES
VERZAMELEN
VERWERKEN
EN
OPSLAAN
VERSTREKKEN
GEBRUIKEN
Afbeelding 6.
INFO. VERWERKEND PROCES
TOP. KAARTVERVAARDIGING
MEETPROCES
(BEREKENEN)
KAARTEREN
EN
ARCHIVEREN
Afbeelding 7.
50
VERZAMELEN
VERWERKEN
EN
OPSLAAN