uit Karlsruhe, over automatische beeldverwer king en interpretatie. Behalve voor militaire toepassingen zijn deze nog weinig in gebruik. Men krijgt de indruk dat hier met enorm veel moeite en kosten dingen gedaan worden die het menselijk oog veel en veel beter kan, zoals het herkennen van patronen en vormen. Ge zien de toenemende werkloosheid lijkt dit een bedenkelijke zaak. Gevraagd naar praktische toepassingen kon de spreker alleen de bos- bouwinterpretatie noemen. Op donderdag werd een excursie gemaakt naar de Zeiss-fabrieken in Oberkochen. Op de ver schillende afdelingen kon men het productie proces van geodetische en fotogrammetrische instrumenten volgen. Vrijdag was een belangrijke dag voor geïnte resseerden in de automatisering van de foto- grammetrie. De heer R. Schwebel begon met een verhaal over computerhulp bij het on-line kaarteren. De operateur kan b.v. de model oriëntering laten berekenen, of m.b.v. een dis play interactief wijzigingen in zijn kaartteke- ning aanbrengen. Prof. E. Dorrer uit München ging nader in op de benodigde software. Een bevredigend in teractief rekenprogramma vereist zowel inten sieve programmeerervaring als kennis van de fotogrammetrie. Vervolgens gaf de heer G. Krajïcek een over zicht van de thans beschikbare hardware, van zakrekenapparaat tot minicomputer. Als systeem uit de praktijk kwam vervolgens de heer Kröll van Hansa Luftbild het bij deze firma ontwikkelde automatiseringssysteem toe lichten. Alle metingen worden op ponsband geregistreerd. Een grote moeilijkheid is het aanbrengen van correcties in deze data. Dit kan o.a. door de ponsbanden naar ponskaar ten te converteren en verder met de hand te wijzigen. In samenwerking met prof. Boyle (Canada) is een systeem ontwikkeld, waarbij gebruik wordt gemaakt van een interactieve display. Een ander systeem voor semi-automatische productie van grootschalige kaarten is GEO- MAP, dat werd gepresenteerd door ir. G. Heupel van Geomess, Essen. Dit systeem werkt met een PDP 11/45 met GT40 grafi sche display (refresh). Tijdens de discussie merkte prof. Petrie (Schotland) terecht op dat voor de fotogram- meter de ideale toestand toch is die waarbij de benodigde correcties direct kunnen worden aangebracht, als het model zich nog in het uit werkingsinstrument bevindt. De vrijdag werd besloten met een forum-dis cussie o.l.v. prof. Ackermann over de rol van de computer in de fotogrammetrie. Er moet wel onderscheid gemaakt worden tus sen particuliere bedrijven, die zich vaak niet eens een computersysteem kunnen veroorloven en grote instellingen die bij het opzetten van digitale systemen niet alleen economische over wegingen maar ook status laten meespreken. Het forum zag echter zeker toekomst in de computer, vooral als massageheugens ter be schikking komen en kaarteersystemen zullen uitgroeien tot complete informatiesystemen. Een belangrijke factor is de humanisering van het werk. De slotzitting op zaterdag begon met een voor dracht van prof. Konecny over het „instru ment van de toekomst", de Analytical Plotter. Hoewel dit apparaat al in 1958 door Helava geïntroduceerd werd, was het blijkbaar zijn tijd zover vooruit, dat het zelfs nu nog weinig in gebruik is, behalve bij de militairen. Het gaat om een stereo-plotter die doorlopend modelcoördinaten zowel naar beeldcoördina ten als naar tekentafelcoördinaten omrekent. Daarbij kunnen dan allerlei correcties als ra diale lensvertekening, filmkrimp, aardkrom- ming en refractie meegenomen worden. Dat daarvoor veel geheugencapaciteit en program matuur nodig is, behoeft geen betoog. Tenslotte gaf de heer Gottschalk een over zicht van een aantal nog bestaande problemen bij de automatische kaartering: Digitaliseren is tijdrovend en saai (en duur!). Tekenautomaten zijn te langzaam. Databank-opbouw staat nog in de kinderschoenen. Foutenverbetering moet verfijnd worden. Er moeten methoden voor ge neralisatie en idealisatie gevonden worden. De oplossing van deze en andere problemen zal waarschijnlijk qua kosten weinig besparing op leveren, maar wel in tijd. Hierna sloot prof. Ackermann de Photogram- metrische Woche. A. Kranendonk GROOTSCHALIGE BASISKAART „HET BILDT" Op 22 december 1975 heeft te Leeuwarden op de Directie van het Kadaster en de Openbare Register in de provincie Friesland de onder tekening plaatsgevonden van de eerste over eenkomst voor het maken van een gedeelte van de grootschalige basiskaart van Nederland. De overeenkomst werd gesloten tussen de Staat der Nederlanden enerzijds en anderzijds het 58

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1976 | | pagina 20