Een vastgoedsysteem in de praktijk door J. van der Zee, groepsleider bij de afdeling Landmeten en Vastgoed van de Dienst Openbare Werken en Stadsontwikkeling te Dordrecht. Zoals u hebt kunnen lezen in mijn artikel „Computer en Vastgoedadministratie", gepu bliceerd in Geodesia van september 1975, heeft de gemeente Dordrecht in de afgelopen jaren een vastgoedsysteem ontwikkeld. In dit artikel is uitvoerig weergegeven, welke gege vens in de diverse bestanden zijn opgenomen. Thans zal ik u op drie punten, die in het arti kel nagenoeg buiten beschouwing zijn geble ven, nog wat nader informeren. 1. Waarom heeft de gemeente Dordrecht een een vastgoedsysteem ontwikkeld? 2. Op welke wijze en in hoeverre wordt het up to date gehouden. 3. Voor welke doeleinden wordt dit systeem gebruikt. Waarom een vastgoedsysteem? Rond 1970 ontstond er behoefte aan meer en betere informatie omtrent onroerend goed dan er in die tijd voorhanden was. Op vier plaatsen in het gemeentelijk apparaat deed deze behoef te zich gevoelen, waarna er viervoudig aan stalten gemaakt werd om hierin te voorzien. Merkwaardigerwijs was men unaniem van me ning, dat de computer moest worden ingescha keld, zodat er van vier zijden contact werd op genomen met het rekencentrum van het ge meentelijk energiebedrijf. Vanuit dit bedrijf kwam toen de suggestie eerst eens gezamenlijk na te gaan, welke gegevens voor de verschillende doeleinden nodig waren. Nadat een hiertoe gevormde werkgroep dit on derzoek had verricht, werd besloten dat niet ieder voor zich een systeempje zou laten ont wikkelen, dat alleen in de eigen behoefte voor zag, maar dat er één vastgoedsysteem zou wor den opgezet, waaruit voor alle doeleinden ge gevens konden worden geput. Men dacht hierbij aan de volgende doeleinden: 1. De invoering van de onroerendgoedbelas- ting. 2. Uitbreiding van de erfpachten- en opper vlakteadministratie van het grondbedrijf. 3. Het verschaffen van bestuursinformatie. 4. Het doorvoeren van een huurharmonisatie. Omdat de invoering van de onroerendgoedbe- lasting de voornaamste drijfveer was om zo snel mogelijk een vastgoedsysteem op te zetten, zal ik enkele facetten van deze belasting be lichten. De onroerendgoedbelasting wordt zowel van de eigenaar als van de gebruiker geheven. Voor de eigenaar vervallen de grondbelasting en de gemeentelijke straat- en rioolbelasting. Voor de gebruiker vervalt de personele belas ting in oorsprong, zoals de naam al doet vermoeden, een belasting op personeel (dienst bode, tuinman, keukenmeid, koetsier), later een belasting op het bezit van pleziervaartui gen en motorfietsen, en thans een belasting, die naar rato van de waarde van meubilair en de huurwaarde van woningen wordt geheven. Ook al voelt een gemeente niet voor invoering van de onroerendgoedbelasting, deze oude be lastingen vervallen toch. Ze worden dan voor het laatst in 1978 geheven. De meeste gemeenten streven echter naar een spoedige invoering van deze belasting, omdat dit een verruiming van inkomsten kan beteke nen. Immers, als de grondbelasting en de per sonele belasting vervallen, vermindert de rijks- Inleiding gehouden op 23 oktober 1975 in Utrecht op het achtste NGL-congres. 75

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1976 | | pagina 5