Nota over de
landinrichtingswet
ter discussie
Ontwerp-Landinrichtingswet kan nog dit jaar
gereedkomen
Het Kabinet heeft zich verenigd met de hoofd
lijnen van de Interim-nota Landinrichtingswet.
De ministers Mr. A. van der Stee (landbouw
en visserij) en Drs. J. P. A. Gruyters (volks
huisvesting en ruimelijke ordening) zullen de
nota een dezer dagen aan de Staten-Generaal
aanbieden. Het ontwerp-Landinrichtingswet
zal naar verwachting eind 1976 gereed kunnen
zijn, en wel gelijktijdig met de voorgenomen
publicatie van het derde deel van de Derde
Nota over de Ruimtelijke Ordening en de daar
bij behorende structuurschets voor het lande
lijke gebied.
Teneinde bij de uitwerking tot wetsontwerp
rekening te kunnen houden met de reacties
van belangstellenden, in het bijzonder van de
betreffende bestuurs- en adviescolleges, instan
ties en organisaties, wordt de Interimnota nu
ter discussie gesteld.
Tot 1 juli 1976 kunnen adviezen en commen
taren bij de minister van Landbouw en Visserij
worden ingediend.
Waarom een Landinrichtingswet
De commissie Landinrichtingswet, drie jaar
geleden ingesteld, heeft met deze nota haar
werk voorlopig afgerond. De Landinrichtings
wet zal de Ruilverkavelingswet moeten ver
vangen als instrument voor de inrichting van
landelijke gebieden.
De problematiek is bekend:
de functie van het landelijke gebied is uit
gegroeid tot veel meer dan alleen agrarisch;
de belangenafweging dient duidelijker te
worden geënt op de ruimtelijke ordening;
de besluitvorming moet worden aangepast
aan het karakter van het project en de be
langen die in het geding zijn;
de problemen van grondverwerving en
-beheer vragen om een oplossing;
de procedures moeten overzichtelijk en
hanteerbaar blijven.
Wat is landinrichting?
In de nota zijn voorstellen ontwikkeld voor
wettelijke procedures voor een projectmatige
aanpak van inrichtings- en beheersproblemen,
waarbij het planningsproces zoveel mogelijk
ruimte voor nieuwe ontwikkelingen dient te
bieden, maar tevens de rechtszekerheid niet in
het gedrang mag komen.
Het begrip landinrichting omschrijft de com
missie als volgt: „het projectgewijs, binnen het
kader van de ruimtelijke ordening, inrichten
van delen van het landelijke gebied voor
nieuwe, dan wel meer geschikt maken voor
bestaande doeleinden"
Ruimtelijke ordening en landinrichting
In de Interim-nota wordt de nadruk gelegd op
het programmatisch karakter, dat streekplan
nen naar verwachting steeds meer zullen krij
gen. Het streekplan zal de hoofdlijnen aan
geven, waarop het landinrichtingsprogramma
moet worden afgestemd. In de voorgestelde
procedures voor ruilverkaveling en herinrich
ting is de onderlinge afstemming tussen streek
plan en landinrichtingsprogramma geregeld.
Daarbij wordt ervan uitgegaan, dat gewoonlijk
aan de vaststelling van het landinrichtingspro
gramma, het streekplan of een herziening ervan
ten grondslag ligt.
Ook de verhouding tussen landinrichtingsplan
en bestemmingsplan vraagt om nadere regelin
gen. Indien deze plannen uiteen (dreigen te)
lopen, zullen Gedeputeerde Staten moeten be
slissen, welke oplossing dient te worden ge
kozen. Teneinde daartoe de nodige aanwijzin
gen mogelijk te maken, zal ook de Wet op de
Ruimtelijke Ordening ter zake moeten worden
aangepast.
Aparte beheerswet
In aansluiting op de voorstellen in de „Nota
betreffende de relatie tussen landbouw en na
tuur- en landschapsbehoud" wordt een aparte
wettelijke regeling voorgesteld ten behoeve van
het beheer van gronden met functies van
natuur- en landschapsbehoud. De wettelijke
regeling zou met name moeten voorzien in de
bescherming van de individuele burgers en te
vens meer zekerheid kunnen bieden op langere
termijn, o.a. ten aanzien van de mogelijkheden
van verlenging.
De materie van de beheersovereenkomsten
maakt enerzijds onderdeel uit van het land
bouwbeleid, anderzijds van het beleid voor
natuur- en landschapsbehoud. De wettelijke
regeling zal dan ook onder medeverantwoorde-
115