®@Dïl(ol®©[}tjG W®®F
JAARVERSLAG 1975 VAN DE
NEDERLANDSE VERENIGING VOOR
FOTOGRAMMETRIE
(uitgebracht op de algemene ledenvergadering
van 20 februari 1976 te Amersfoort).
Op 31 december 1975 had de vereniging 193
leden waaronder 22 firma-leden. Voor het
eerst sinds jaren betekent dit een kleine door
gaande stijging van het ledenaantal.
In 1975 zijn de volgende voordrachten gehou
den:
17 januari: De tape-to-film converter en de
caroussel door Ir. N. J. Mulder en Ir. S.
A. Hempenius;
21 februari: Kaartrevisie door Ir. L. van Zuy-
len;
21 maart: Automatisering bij Hansa Luftbild
door Dipl. Ing. F. S. Kröl;
23 mei: Side Looking Sonar door Ir. A. J.
van der Stelt;
10 oktober: De nieuwste ontwikkelingen t.b.v.
de automatisering van de kaartvervaardi
ging bij de firma Kern Co door J. Kla
ver;
31 oktober: De Stereopter door Drs. J. Wal-
rave.
Ook is er in het voordrachtenprogramma
ruimte open gehouden voor dagen die elders
werden georganiseerd. Zo was er in Enschede
van 22 tot 25 april een week met voordrachten
over automatisering in de kartografie. De voor
drachten handelden over databank- en digitali-
seersystemen en verder over een aantal speci
fieke problemen in de kartografie. Voor deze
week hebben de leden van onze vereniging een
uitnodiging gehad van de Nederlandse Vereni
ging voor Kartografie. Op 25 november hield
Snellius een dag over moderne opnametechnie
ken en fotointerpretatie. Bij de organisatie van
deze dag is het bestuur, vooral in de begin
periode, een vraagbaak en een ruggesteun ge
weest.
Het bestuur is eenmaal voltallig bijeen geweest,
maar vele malen zijn contacten tot stand ge
bracht in het dagelijks bestuur.
Op 1 oktober heeft het bestuur het Committee
Directeurs van de OEEPE in Amsterdam ont
vangen en op 26 juni de Commissie F van de
OEEPE in Enschede. Beide commissies waren
in genoemde plaatsen ter vergadering bijeen
gekomen.
Ook is de vereniging vertegenwoordigd geweest
bij het Congres van het Nederlands Genoot
schap voor Landmeetkunde in oktober en bij
het Snellius-lustrum in november van dit jaar.
H. J. G. L. A alders, secretaris.
LANDMEETKUNDE OP DE M T S
TE HENGELO (O.)
Het bestuur van de MTS te Hengelo ontving
7 mei 1976 van het Ministerie van Onderwijs
en Wetenschappen het zeer verheugende be
richt dat bij wijze van proef met de op
leiding „landmeetkunde" kan worden gestart.
Met ingang van het schooljaar 1976/77 wordt
de leerlingen van het tweede leerjaar aan de
MTS te Hengelo nu dus de gelegenheid ge
boden binnen de afdeling weg- en waterbouw
kunde de opleiding landmeetkunde te volgen.
Na een intensieve voorbereiding van meer dan
twee jaar om deze studierichting voor Twente
te verwezenlijken, mag inderdaad gesproken
worden van een zeer verheugend bericht.
Hoe ging het in zijn werk?
In december 1973 ontstond voor het eerst
contact tussen de MTS te Hengelo en de On
derwijscommissie van de Nederlandse Vereni
ging voor Geodesie (NVG). Deze commissie
opgericht op 11 mei 1973 heeft tot taak
het onderwijs in de landmeetkunde op alle
niveaus te verbeteren. Dit eerste contact leidde
er al spoedig toe, dat nagegaan werd of het
niet gewenst was in het dichtbevolkte Twente
op MTO-niveau een dergelijke opleiding te
situeren.
Om kort te gaan, op 12 juni 1974 richtten de
drie besturen van de drie MTS-en in Twente
een gezamenlijk verzoek aan de Minister van
Onderwijs en Wetenschappen om aan de MTS
te Hengelo deze opleiding te verbinden. Het
onderwijs in de eerste klassen van de afdelin
gen, resp. studierichting bouwkunde (B), weg
en waterbouwkunde (WW) en landmeetkunde
(Lm) zal volgens het leerplan voor deze drie
opleidingen volkomen gelijk zijn. Dit eerste
schooljaar heeft tot doel een algemene brede
voorbereiding te geven voor verdere studie. In
het tweede, derde en vierde jaar (aan de MTS
te Hengelo het stagejaar) is de opleiding uit
sluitend vakgericht, d.w.z. of bouwkunde, weg
en waterbouwkunde dan wel landmeetkunde.
Het feit dat het onderwijs in het eerste jaar
van de drie opleidingen volkomen gelijk is,
maakte het mogelijk eventueel spoedig te be
ginnen. Gerichte voorlichting in het voorjaar
150