Wat is zwaartekracht? De zwaartekracht wordt veroorzaakt door twee effecten: 1. de aantrekkingskracht van de massadeeltjes van de aarde volgens de wet van Newton: 2. de middelpuntvliedende kracht t.g.v. de draaiing van de aarde. Deze middelpuntvliedende kracht werkt tegen gesteld aan de aantrekkingskracht. Bij de equa tor is deze kracht het grootste, ongeveer 3% van de aantrekkingskracht. Hierdoor wordt de afplatting van de aarde veroorzaakt. Dit heeft tot gevolg dat de zwaartekracht aan de equator kleiner is dan aan de pool: g (equator) 9,780.3185 m/s2 g (pool) 9,832.1773 m/s2 Ook op kleine afstanden kan men dit noord zuid effect goed merken. In Nederland veran dert de zwaartekracht gemiddeld met 0,000.008 m/s2 per km noord-zuid. Daar de eenheid m/s2 nogal groot is wordt meestal met een kleinere eenheid gerekend. Deze eenheid ,,gal" is naar Gallilei genoemd: 1 gal 0,01 m/s2 Maar meestal gebruikt men: 1 milligal 0,001 gal 10-5 m/s2. De meetnauwkeurigheid waarmee tegenwoordig de g gemeten kan worden is in de orde van 0,01 milligal. Dit is dus 1 10» deel van de zwaarte kracht. Heel kleine veranderingen van de zwaartekracht kunnen daardoor vastgesteld worden. De zwaartekracht wordt kleiner wan neer we hoger boven de aarde komen. Een ver schil van 0,01 milligal komt overeen met een hoogteverschil van slechts 3 cm. De zwaarte krachtmeter zou dus gebruikt kunnen worden als een hoogtemeter indien niet allerlei onbe kende massaonregelmatigheden in de onder grond het zwaartekrachtsveld zouden verstoren. Aan de andere kant kunnen door zwaarte krachtsmetingen deze massaonregelmatigheden worden opgespoord, wat geologisch interessant is. Wanneer bijvoorbeeld in de grond olie voor komt is de zwaartekracht daar boven kleiner dan normaal. De zwaartekracht is een gerichte kracht, d.w.z. dat het naast een grootte ook een richting heeft. In de geodesie is vooral de richting belangrijk, omdat bij het horizonteren van instrumenten hiervan gebruik gemaakt wordt. De richting van de zwaartekracht is in feite niets anders dan de geografische lengte en breedte van de plaats op aarde. Lengte en breedte zijn namelijk de hoe ken tussen de richting van de zwaartekracht en het vlak van de meridiaan van Greenwich en het equatorvlak. Astronomische plaatsbepaling is dus eigenlijk de bepaling van de richting van de zwaartekracht. Zo zien we dat we zowel de grootte als de richting van de zwaartekracht uit metingen kunnen bepalen. Geodetische toepassingen Hieronder zullen we het gebruik van de zwaar tekracht bij verschillende geodetische gebieden bekijken. 1. Bepaling van de geo'ide Daar de zwaartekracht veroorzaakt wordt door de aantrekkingskracht van de massadeeltjes van de aarde, zal een massaonregelmatigheid in de ondergrond zowel de richting als de grootte van g beïnvloeden. Indien er een zwaardere massa onder de oppervlakte zit zal de richting van g in de omgeving enigszins hier naar toe wijzen, ter wijl de grootte van g groter wordt (fig. 1). yeo/de zware massa Daar de geoïde overal loodrecht op de zwaarte kracht staat, zal deze boven een zware massa enigszins omhoog gaan. Hieruit zien we dat er twee methoden zijn om de geoïde te bepalen: a) Uit de richting van g, dus uit astronomische lengte en breedtebepalingen. Indien we op veel punten astronomische metingen gedaan hebben kunnen we het vlak berekenen dat hier overal loodrecht op staat. Dit vlak op gemiddeld zee niveau is de geoïde. Deze methode noemt men astronomisch nivellement. „Nivellement" omdat het in zekere zin lijkt op waterpassing. Elke as tronomische meting is als het ware een slag waarmee het verloop van de geoïde bepaald wordt. Het nadeel van deze methode is dat een astronomische meting veel tijd kost en daardoor kostbaar is. In Nederland zijn in de jaren 1896 tot 1898 veertien astronomische stations geme ten. Daarna is er lange tijd weinig gebeurd op dit gebied, totdat in 1974 de Rijkscommissie voor Geodesie gelden beschikbaar stelde om nieuwe astronomische stations te bepalen. In 1974 en 1975 zijn 14 nieuwe punten gemeten en dit jaar zullen er nog eens 6 bij komen, zodat Hb Fig. 1 252

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1976 | | pagina 6