de landbouw, van natuur en landschap en van
de openluchtrecreatie.
Alvorens met de feitelijke reconstructie kan
worden begonnen, moeten een reconstructie-
programma en op basis daarvan een uitgewerkt
reconstructieplan worden opgesteld. Het recon
structieprogramma zal zodanig worden opge
steld dat het gedeelte van de open ruimte, dat
tot recreatiegebied wordt bestemd, zo nauwkeu
rig mogelijk wordt aangegeven.
Het gebied waarvoor de wet geldt is, bij amen
dement, uitgebreid met twee polders t.w. de
Kerkpolder en de Lickebaert.
Eveneens aangenomen werd een amendement,
waarbij de minister van landbouw en visserij
beheersvergoedingen kan verlenen, indien de
landbouw beperkingen worden opgelegd i.v.m.
de reconstructie. De wet voorziet daarnaast in
de mogelijkheid agrarische werknemers, werk
zaam op bedrijven, die in het kader van de re
constructie worden opgeheven, in aanmerking
te doen komen voor een schadevergoeding.
Voorts werd aangenomen een motie, waarin de
regering wordt gevraagd, de werkzaamheden
aan rijksweg 19 op te schorten en voor de te
verwachten verkeersontwikkelingen te zoeken
naar oplossingen waarbij Midden Delfland zo
weinig mogelijk wordt geschaad. Een motie, die
de regering uitnodigt in het gebied waarin ont
eigening kan plaatsvinden met spoed over te
gaan tot de aankoop van gronden langs minne
lijke weg teneinde de onzekerheid voor betrok
kenen te bekorten, werd eveneens aangenomen.
DIT JAAR STEMMING OVER 27.000 HA
RUILVERKAVELING VERWACHT
Landbouwbegroting 1977
«Naar verwachting zal in 1976 over ca. 27.000
ha ruilverkaveling worden gestemd. Voor 1977
is ca. 47.000 ha geprogrammeerd. In deze jaren
zal naar verwachting van 134.000 ha de akte
van toedeling worden gepasseerd en voor
142.000 ha de lijst der geldelijke regelingen
komen vast te staan. Deze oppervlakten kunnen
nog wijzigen als gevolg van de met de bezwa-
renbehandeling gemoeide tijd.» Dit o.m. ant
woordt minister Mr. A. van der Stee (landbouw
en visserij) op schriftelijke vragen van de Vaste
Commissie voor Landbouw en Visserij van de
Tweede Kamer der Staten-Generaal n.a.v. het
voorbereidend onderzoek naar de begroting van
zijn departement voor 1977.
In totaal zal de in 1975 en 1976 gestemde op
pervlakte 45.000 ha achterblijven bij de opper
vlakte, die volgens het programma van een
gemiddelde van 40.000 ha per jaar was
voorzien. Op grond van de ervaring met de
daartoe noodzakelijke procedures en mogelijke
vertragingen lijkt het gewettigd de verwachting
uit te spreken, dat in 1977 en 1978 in ieder ge
val het gemiddelde van 40.000 ha weer zal
worden gehaald. Dit mede gezien het feit, dat
de inspraak over een voorontwerp voor het plan
reeds heeft plaatsgevonden voor een opper
vlakte van ca. 47.000 ha en dat de inspraak
procedure in de komende herfst en winter zal
plaatsvinden voor ca. 62.000 ha. Voor een be
langrijk deel van deze ruilverkavelingen zal de
stemming eveneens nog in 1977 en 1978 kun
nen plaatsvinden. Hoewel het streven uiteraard
gericht blijft op het inlopen van de achterstand,
zal slechts de toekomst kunnen leren, in hoe
verre daartoe reële mogelijkheden bestaan. Fi
nanciële beletselen zijn er in elk geval niet.
Stichting Beheer Landbouwgronden
Uit de verhoging van het budget van de Stich
ting Beheer Landbouwgronden (S.B.L.) van
31,5 miljoen in 1976 tot 50,5 miljoen voor
1977 mag niet worden afgeleid, dat de SBL
haar aankoopbeleid zal wijzigen. Bij de vorming
van haar prijsbeleid heeft de Stichting per aan-
koopgebied drie oriëntatiepunten:
de door derden betaalde prijzen;
het marktaandeel van de SBL;
hoeveel hectares de SBL in het gebied moet
kopen en binnen welke tijd.
Hoewel de SBL een voorzichtig prijsbeleid
voert, zal ook zij de actuele marktprijzen moe
ten betalen. Daarbij zij erop gewezen dat dege
nen, die in het kader van bedrijfsbeëindiging via
het Ontwikkelings- en Saneringsfonds voor de
Landbouw of via de toewijzing van een domein-
bedrijf in de IJsselmeerpolders of via het ge
bruik maken van de regeling afkoop (potentiële)
toedelingsrechten in ruilverkavelingsverband,
verplicht zijn aan de SBL te verkopen en recht
hebben op de actuele marktprijs. Overigens kan
het feit dat deze aankopen door de SBL niet in
rechtstreekse concurrentie met derden plaats
vinden matigend werken op de prijsontwikke
ling. Voorts zij opgemerkt dat de SBL ook in
het kader van de Grondbank geen actieve wer
ving bedrijft, doch slechts gronden probeert aan
te kopen die de kandidaat erfpachter aandraagt.
Dit alles neemt niet weg dat ook de SBL wordt
geconfronteerd met de prijsontwikkeling waar
door handhaving van het marktaandeel van de
SBL reeds meer geld vraagt.
In het in maart jl. uitgebrachte advies van het
bestuur van de SBL over enige aanpassingen
van het grondbankstelsel is medegedeeld dat
302